Ik heb een geloofsvraag waar ik eigenlijk al maanden mee struggel. God doet mensen geen dingen aan die mensen niet aankunnen, waarom heeft mijn vriend dan zelfmoord gepleegd?

Ik heb een geloofsvraag waar ik eigenlijk al maanden mee struggel. God doet mensen geen dingen aan die mensen niet aankunnen, waarom heeft mijn vriend dan zelfmoord gepleegd?


De situatie waarin je zit, wat je hebt meegemaakt is echt zwaar, en zeker onbegrijpelijk. Alles in je schreeuwt om een antwoord.

Wat het specifieke antwoord op jouw vraag is, weet alleen God. Daarvoor weten wij te weinig over deze situatie. Vertrouw daarom op Gods karakter. Wat er ook om je heen gebeurt Hij is de rots, Wiens werk volmaakt is, want al Zijn wegen zijn een en al recht. God is waarheid en geen onrecht; rechtvaardig en waarachtig is Hij. (Deuteronomium 32:4)

Je ziet nu de achterkant van een prachtig tapijt. Maar straks mag je de voorkant zien en je verwonderen dat God werkelijk alles mee laat werken ten goede, hoe donker het nu ook is.

Ik wil je aansporen om een broeder of zuster te zoeken om dit specifieker mee te bespreken, om deze moeilijke gebeurtenis mee te delen, samen te huilen en te bidden, wij bidden mee.

Een gedeelte van het antwoord

Hoewel wij het specifieke antwoord op deze vraag niet weten, is er wat licht wat de Bijbel werpt op een gedeelte van het antwoord.

Vanwege onze zonde, onze opstand tegen een heilige God, ons spelen met de zonde, zijn we in duisternis terechtgekomen waarin Gods tegenstander grip op ons gekregen heeft. De geestelijke wereld is echt, de duivel is echt en zijn demonische dienaren zijn echt. En die duivel is gekomen om te stelen, te slachten en verloren te laten gaan. (Johannes 10:10a)

Omdat we gekozen hebben voor de zonde zijn we onder de macht gekomen van deze dodelijke vijand en het is daarom terecht dat we verloren gaan, dat we de straf ontvangen die we verdienen, de eeuwige dood.

Ja, God geeft ons meer dan we aankunnen, we zullen bezwijken onder Zijn oordeel, onder Zijn toorn.

Bezweken om ons te bevrijden

Maar hoewel het terecht hopeloos is voor zondaren, is God onterecht goed: genadig. Want Hij zond Zijn Zoon die zegt: Ik ben gekomen, opdat zij leven hebben en overvloed hebben. (Johannes 10:10b)

Hij heeft de dood en degene die macht heeft over de dood, overwonnen door in de plek van zondaren te bezwijken onder Gods toorn. God gaf Jezus meer dan Hij aankon, Hij gaf Hem de volledige straf die wij verdienen en Hij verdroeg en bezweek geduldig, vol liefde, in onze plek, om ons te bevrijden zodat er voor ons uitkomst is in verzoeking.

Wanneer we ons afkeren van de zonde en ons vertrouwen stellen op Jezus zal God onze zonden vergeven en ons bekleden met Jezus’ gerechtigheid waardoor we vrij zijn, vrij om te leven. Maar zolang we in dit lichaam zijn zal de duivel alles proberen om ons af te leiden van Jezus en Zijn overvloedige leven. Dit maakt de geestelijke strijd zwaar en cruciaal, van levensbelang.

De uitkomst

Maar weet dat God je met iedere verzoeking ook de uitkomst bied.

Hij zal niet toelaten dat u verzocht wordt boven wat u aankunt, maar Hij zal met de verzoeking ook de uitkomst geven om die te kunnen doorstaan. (1 Korinthe 10:13)

Matthew Henry zegt hierover: Dit is een volkomen aansporing om de zonde te ontvluchten en trouw te zijn aan God. We kunnen niet vallen door de verleiding wanneer we ons aan Hem vastklampen. Of de wereld ons nu toelacht of boos aankijkt, gelovigen zullen gesterkt worden om te weerstaan, hoe de vijand ook verschrikt of verleidt. De vrees van God in hun hart zal grote bescherming bieden.

Ja, God geeft soms meer dan we aankunnen, maar Hij heeft ook alles gegeven wat nodig is om dit te doorstaan.

Daarom is dit de boodschap voor de levenden. Vlucht naar Jezus, nu je nog leeft. Klamp je aan Hem vast, Hij heeft macht over duisternis en demonen, over zonde en ziekte. Als Hij je vrij maakt zul je werkelijk vrij zijn (Johannes 8:36). Hoe de wereld, de zonde, de duisternis of de dood ook lokt, blijf trouw aan God die een eeuwigheid van vreugde voor je bereid heeft, leven in overvloed.

Wees trouw tot in de dood, en Ik zal u de kroon van het leven geven. (Openbaring 2:10)

De situatie waarin je zit, wat je hebt meegemaakt is echt zwaar, en zeker onbegrijpelijk. Alles in je schreeuwt om een antwoord.

Wat het specifieke antwoord op jouw vraag is, weet alleen God. Daarvoor weten wij te weinig over deze situatie. Vertrouw daarom op Gods karakter. Wat er ook om je heen gebeurt Hij is de rots, Wiens werk volmaakt is, want al Zijn wegen zijn een en al recht. God is waarheid en geen onrecht; rechtvaardig en waarachtig is Hij. (Deuteronomium 32:4)

Je ziet nu de achterkant van een prachtig tapijt. Maar straks mag je de voorkant zien en je verwonderen dat God werkelijk alles mee laat werken ten goede, hoe donker het nu ook is.

Ik wil je aansporen om een broeder of zuster te zoeken om dit specifieker mee te bespreken, om deze moeilijke gebeurtenis mee te delen, samen te huilen en te bidden, wij bidden mee.

Een gedeelte van het antwoord

Hoewel wij het specifieke antwoord op deze vraag niet weten, is er wat licht wat de Bijbel werpt op een gedeelte van het antwoord.

Vanwege onze zonde, onze opstand tegen een heilige God, ons spelen met de zonde, zijn we in duisternis terechtgekomen waarin Gods tegenstander grip op ons gekregen heeft. De geestelijke wereld is echt, de duivel is echt en zijn demonische dienaren zijn echt. En die duivel is gekomen om te stelen, te slachten en verloren te laten gaan. (Johannes 10:10a)

Omdat we gekozen hebben voor de zonde zijn we onder de macht gekomen van deze dodelijke vijand en het is daarom terecht dat we verloren gaan, dat we de straf ontvangen die we verdienen, de eeuwige dood.

Ja, God geeft ons meer dan we aankunnen, we zullen bezwijken onder Zijn oordeel, onder Zijn toorn.

Bezweken om ons te bevrijden

Maar hoewel het terecht hopeloos is voor zondaren, is God onterecht goed: genadig. Want Hij zond Zijn Zoon die zegt: Ik ben gekomen, opdat zij leven hebben en overvloed hebben. (Johannes 10:10b)

Hij heeft de dood en degene die macht heeft over de dood, overwonnen door in de plek van zondaren te bezwijken onder Gods toorn. God gaf Jezus meer dan Hij aankon, Hij gaf Hem de volledige straf die wij verdienen en Hij verdroeg en bezweek geduldig, vol liefde, in onze plek, om ons te bevrijden zodat er voor ons uitkomst is in verzoeking.

Wanneer we ons afkeren van de zonde en ons vertrouwen stellen op Jezus zal God onze zonden vergeven en ons bekleden met Jezus’ gerechtigheid waardoor we vrij zijn, vrij om te leven. Maar zolang we in dit lichaam zijn zal de duivel alles proberen om ons af te leiden van Jezus en Zijn overvloedige leven. Dit maakt de geestelijke strijd zwaar en cruciaal, van levensbelang.

De uitkomst

Maar weet dat God je met iedere verzoeking ook de uitkomst bied.

Hij zal niet toelaten dat u verzocht wordt boven wat u aankunt, maar Hij zal met de verzoeking ook de uitkomst geven om die te kunnen doorstaan. (1 Korinthe 10:13)

Matthew Henry zegt hierover: Dit is een volkomen aansporing om de zonde te ontvluchten en trouw te zijn aan God. We kunnen niet vallen door de verleiding wanneer we ons aan Hem vastklampen. Of de wereld ons nu toelacht of boos aankijkt, gelovigen zullen gesterkt worden om te weerstaan, hoe de vijand ook verschrikt of verleidt. De vrees van God in hun hart zal grote bescherming bieden.

Ja, God geeft soms meer dan we aankunnen, maar Hij heeft ook alles gegeven wat nodig is om dit te doorstaan.

Daarom is dit de boodschap voor de levenden. Vlucht naar Jezus, nu je nog leeft. Klamp je aan Hem vast, Hij heeft macht over duisternis en demonen, over zonde en ziekte. Als Hij je vrij maakt zul je werkelijk vrij zijn (Johannes 8:36). Hoe de wereld, de zonde, de duisternis of de dood ook lokt, blijf trouw aan God die een eeuwigheid van vreugde voor je bereid heeft, leven in overvloed.

Wees trouw tot in de dood, en Ik zal u de kroon van het leven geven. (Openbaring 2:10)

Dit artikel is voortgekomen uit gesprekken in de MijnGeloofsvraag Whatsapp-groep waar we iedere werkdag samen een ingezonden vraag van deelnemers behandelen. Klik hier om deel te nemen →