De eerste week dat we met elkaar nadachten over geloofszekerheid, zagen we dat we, zoals we geboren zijn, door de stroming meegesleurd worden als een stuurloos schip. Alles in je dringt je tot de zonde die leidt tot de dood en je kunt peddelen wat je wilt, maar je bent niet in staat om terug te keren naar de vaargeul die naar de haven leidt. Er is geen enkele kracht in je om te leven zoals de Heere dat van je vraagt.

Zo is je natuur. Je wezen ligt in de macht van Satan. Een sterke stroming drijft je tot ongehoorzaamheid. Of je nu gelovige ouders hebt of nooit van God gehoord hebt, allemaal worden we geboren in slavernij aan de zonde en Gods toorn rust op ons allemaal.

Zoals we geboren zijn leven we allemaal zo, zoals Paulus het in Efeze zegt: “overeenkomstig het tijdperk van deze wereld, overeenkomstig de wil van de aanvoerder van de macht in de lucht, van de geest die nu werkzaam is in de kinderen van de ongehoorzaamheid, 3 onder wie ook wij allen voorheen verkeerden, in de begeerten van ons vlees, door de wil van het vlees en de gedachten te doen; en wij waren van nature kinderen des toorns, evenals de anderen” (Efeze 2:2-3)

Daarom zegt de Heere Jezus tegen de Farizeeën die Zijn Woord afwezen:

“U bent uit uw vader de duivel, en wilt de begeerten van uw vader doen; die was een mensenmoordenaar van het begin af, en staat niet in de waarheid, want er is in hem geen waarheid. Wanneer hij de leugen spreekt, spreekt hij vanuit wat van hemzelf is, want hij is een leugenaar en de vader van de leugen.” (Johannes 8:44)

Wanneer je zondigt en ernaar verlangt om in zonde te leven, laat dat zien dat de duivel je vader is. Ja, God is je Vader, in de zin dat Hij je gemaakt heeft, alles is uit Hem voortgekomen, maar je lijkt niet meer op Hem. Met Adam en Eva ben je van Hem weggelopen terwijl je het heerlijke leven wat Hij je gegeven hebt verspilde voor jezelf, in dienst van de duivel. Ja, hij is nu je vader. Je lijkt niet meer op God, je lijkt op de vader de duivel. Je wordt gevoed en geleid door de vader van de leugen, de tegenstander van de betrouwbare God. Hij heeft je in Zijn macht. En Hij is een harde, slechte vader. Hij manipuleert je met mooie woorden, met listige verleidingen, maar hij misbruikt je en maakt je kapot. Hij zal je leven, nadat hij alles van je afgepakt heeft, laten eindigen in de modder van een varkensstal (Johannes 15:11-32)

De duivel is een harde, wrede slavendrijver. Voordat de Heere Jezus liet zien dat de Farizeeën kinderen van de duivel waren, omdat ze de werken van de duivel deden, zei Hij: “Voorwaar, voorwaar, Ik zeg u: Ieder die de zonde doet, is een slaaf van de zonde.” (Johannes 8:34)

De tegenstander van God drijft je van Hem af en zolang je in het donker van zijn misleidingen afdrijft, zolang je de begeerten van je vlees en gedachten volgt, ben je een slaaf van de duivel en zul je verloren gaan! Er zal niets van je schip overblijven.

Kinderen van God

Maar God had het onmogelijke beloofd. Hij wilde zondaren, vijanden, aannemen als Zijn eigen kinderen. In Zijn Zoon kwam Hij op deze donkere aarde. De Zoon is het vleesgeworden Woord wat eeuwig bij de Vader was geweest, Die God is, waardoor alles is gemaakt en Die de Vader aan ons heeft verklaard (Johannes 1:1-18).

Johannes getuigde ervan: “Dit was het waarachtige licht, dat in de wereld komt en ieder mens verlicht. 10 Hij was in de wereld en de wereld is door Hem ontstaan en de wereld heeft Hem niet gekend.” (Johannes 1:9-10).

De Heere Jezus is betrouwbaar, zo betrouwbaar als God zelf. Hij is licht. En juist dat roept afkeer op, zoals we geboren zijn. Zijn heerlijkheid schijnt over je donkere hart, zodat zichtbaar wordt hoe ver je van God bent afgedwaald, hoe kapot de zonde je schip gemaakt heeft. Misschien heb je het al jaren weggedrukt, je wilt er liever niet aan denken. En zo druk je Jezus zelf weg, net zoals het Joodse volk toen ze Hem afwezen omdat ze niet wilden dat Zijn licht hun donkere, vuile hart zou beschijnen.

“Hij kwam tot het Zijne, maar de Zijnen hebben Hem niet aangenomen.” (Johannes 1:11)

Maar niet iedereen wees Hem af. Sommigen namen het Hem aan, ze zagen Zijn heerlijkheid, ondanks Zijn onvoorstelbare vernedering. En ze ontvingen genade. Dit is het onuitsprekelijke wonder, zij die Hem aannamen, werden door God zelf aangenomen als Zijn eigen kinderen: “Allen die Hem aangenomen hebben, hun heeft Hij macht gegeven kinderen van God te worden, namelijk die in Zijn Naam geloven.” (Johannes 1:12)

Zo wordt zichtbaar dat ze niet alleen uit vlees geboren zijn, maar nu ook uit God. Het wonder van wedergeboorte wordt zichtbaar in geloof, in het aannemen van Christus Jezus al het levende Woord.

“…namelijk die in Zijn Naam geloven; 13 die niet uit bloed, niet uit de wil van vlees en ook niet uit de wil van een man, maar uit God geboren zijn.” (Johannes 1:12b-13)

In de Heere Jezus komt de Vader met open armen naar je toe, en iedereen die in Zijn open armen valt, ontvangt de macht, het recht om Zijn kind te worden. Neem de Heere Jezus aan, ontvang Hem als het Woord wat in het begin bij God was, door wie niets gemaakt is wat gemaakt is. Ontvang Hem als het leven. Hij is het licht dat al je duisternis zal verdrijven. Ontvang Hem als Degene Die de Vader verklaart, zichtbaar maakt. Ontvang Hem, Die vol is van de waarheid en uit wiens volheid je genade op genade mag ontvangen.

Ja, als je Hem aanneemt, als het betrouwbare Woord, mag je met recht zeggen dat je een kind van God bent. Hij wilde al Zijn rechten opgeven om jou de hoogste en heerlijkste rechten te geven.

Hoe kun je Hem aannemen?

Aannemen of ontvangen lijkt misschien onmogelijk. Hoe kun je iets geestelijks nu aannemen? Ja, straks zullen alle kinderen van God hun grote Broer letterlijk om de hals vallen! Maar Johannes zegt dat dit aannemen of ontvangen hetzelfde is als geloven. “hun heeft Hij macht gegeven kinderen van God te worden, namelijk die in Zijn Naam geloven.” Geloven in de Heere Jezus, vertrouwen wie Hij is, wat Hij gedaan heeft en geloven wat Hij zegt is Hem ontvangen. Je neemt alles van Hem aan.

Nee, niet je afkomst, geslacht, status of je werken geven je dat recht, niet de wil van het vlees of de wil van een man, maar het geloof alleen waardoor wedergeboorte zichtbaar wordt.

“Want u bent allen kinderen van God door het geloof in Christus Jezus. 27 Want u allen die in Christus gedoopt bent, hebt zich met Christus bekleed. 28 Daarbij is het niet van belang dat men Jood is of Griek; daarbij is het niet van belang dat men slaaf is of vrije; daarbij is het niet van belang dat men man is of vrouw; want allen bent u één in Christus Jezus. 29 En als u van Christus bent, dan bent u Abrahams nageslacht en overeenkomstig de belofte erfgenamen.” (Galaten 3:26-29)

Met Abraham, in wiens Nageslacht de hele wereld gezegend zou worden, mag je door het geloof als kind van God aangenomen worden. De Heere Jezus kan je dit recht geven doordat Hij alles wil vergeven wat tegen je getuigt. Hij rukt je uit de macht van Satan, Hij haalt je uit zijn huis en hij heeft geen recht meer op je als je vergeven bent, bedekt bent met bloed. Niet het bloed wat aan je handen kleeft vanwege je zonde, maar het bloed van Christus, hemels bloed wat ervan getuigt dat de straf gedragen is, dat de Heere rechtvaardig kan vergeven:

“Want allen hebben gezondigd en missen de heerlijkheid van God, 24 en worden om niet gerechtvaardigd door Zijn genade, door de verlossing in Christus Jezus. 25 Hem heeft God openlijk aangewezen als middel tot verzoening, door het geloof in Zijn bloed. Dit was om Zijn rechtvaardigheid te bewijzen vanwege het voorbij laten gaan van de zonden die eertijds hadden plaatsgevonden onder de verdraagzaamheid van God. 26 Hij deed dit om Zijn rechtvaardigheid te bewijzen nu in deze tijd, zodat Hijzelf rechtvaardig is én rechtvaardigt degene die uit het geloof in Jezus is.” (Romeinen 3:23-26)

Het is door Hem. Hij is het middel tot verzoening door het geloof in Zijn bloed, waardoor je gerechtvaardigd kunt worden. Hij rechtvaardigt je als je in Christus gelooft en dat is rechtvaardig omdat Christus de straf gedragen heeft. Hij rechtvaardigt en zo ontvang je het recht om een kind van God te worden.

Geloof in Hem! Neem de Heere Jezus aan, dit is Gods betrouwbare getuigenis. Misschien fluisteren zeerovers je iets anders in, misschien trekt de duivel aan je, maar vertrouw op het getuigenis van God zelf.

“Als wij het getuigenis van de mensen aannemen, het getuigenis van God is groter; want dit is het getuigenis van God dat Hij van Zijn Zoon getuigd heeft. Wie gelooft in de Zoon van God, heeft het getuigenis in zichzelf; wie God niet gelooft, heeft Hem tot leugenaar gemaakt, omdat hij niet geloofd heeft het getuigenis dat God van Zijn Zoon getuigd heeft. 11 En dit is het getuigenis, namelijk dat God ons het eeuwige leven gegeven heeft; en dit leven is in Zijn Zoon. 12 Wie de Zoon heeft, heeft het leven; wie de Zoon van God niet heeft, heeft het leven niet. 13 Deze dingen heb ik geschreven aan u die gelooft in de Naam van de Zoon van God, opdat u weet dat u het eeuwige leven hebt en opdat u gelooft in de Naam van de Zoon van God.” (1 Johannes 5:9-13)

Neem Zijn getuigenis aan wat groter is dan dat van mensen. Geloof in wat God zegt over Zijn Zoon, namelijk dat God Zijn Zoon gegeven heeft die het eeuwige leven is. Neem die Christus aan Die het Woord van God is, dat vlees is geworden, slaaf wilde worden om jou kind te maken. Hij heeft het leven voor je, eeuwig leven in plaats van eeuwige dood, ver van God, bij de duivel. Het leven is in Christus en je mag het ontvangen door het geloof.

Besef dit, als je dit niet gelooft, als je Hem niet aanneemt, zeg je dat God niet betrouwbaar is, dat Hij liegt.

Wil je meer dan het getuigenis van God? Denk je dat je echt zult geloven als er iets gebeurt wat zo weer voorbij is, een indruk of gevoel, een wonder of een teken? Gods Woord blijft in eeuwigheid, Zijn getuigenis is betrouwbaar. Vertrouw daarop, op het vleesgeworden Woord.

Je gaat op Hem lijken

Zoals we gezien hebben, wordt geloof, vertrouwen in het betrouwbare Woord, uitgedrukt in bekering, in afkeer van de zonde en overgave aan Christus om Hem door de kracht van de Heilige Geest te volgen in nieuwe gehoorzaamheid. Eerst leek je op je vader de duivel. Maar hoe meer je je overgeeft aan de Christus die de Vader heeft verklaard, hoe meer je op de Vader gaat lijken.

Daarom mag je met recht zeggen dat je een kind van God bent, wanneer je leven veranderd, wanneer de echtheid van je geloof zichtbaar wordt in gehoorzaamheid aan het Woord dat je gelooft. Als je Christus hebt aangenomen en Hem vertrouwt op Zijn Woord, volg Hem dan.

“Wees dan navolgers van God, als geliefde kinderen, 2 en wandel in de liefde, zoals ook Christus ons liefgehad heeft en Zichzelf voor ons heeft overgegeven als een offergave en slachtoffer, tot een aangename geur voor God.” (Efeze 5:1-2)

Misschien weet je niet goed hoe slecht het met je gesteld was in je zonde, misschien weet je alleen dat je afdreef. Maar kijk nu naar Christus en volg Hem, laat de zonde achter je, strijd daar tegen!

“Want als u naar het vlees leeft, zult u sterven. Als u echter door de Geest de daden van het lichaam doodt, zult u leven. 14 Immers, zovelen als er door de Geest van God geleid worden, die zijn kinderen van God.” (Romeinen 8:13-14)

Eerst werd je gedreven door de duivel, je vlees en je gedachten leidden je tot ongehoorzaamheid. Maar wanneer je je afkeert van je zonde en ernaar verlangt om in nieuwe gehoorzaamheid te leven, is dat de Heilige Geest die je drijft. Vanbinnen uit dringt Hij je terwijl je je ogen gericht houdt op de heerlijkheid die je van God ziet in Christus.

Misschien merk je de strijd die dat losmaakt in je leven. Aan de ene kant dringt je vlees je tot zonde, Satan blijft aan je trekken. Hij probeert je steeds weer over te halen om naar je vlees te leven, maar je wilt het niet. Je wilt strijden, je wilt die zonde dood hebben, omdat het je leven zo bitter maakte, omdat het tot de dood leidde en meer nog omdat je Christus ziet die zoveel heerlijker is dan de zonde. Je wilt op Hem lijken omdat Hij zoveel op de Vader lijkt.

O, verwonder je als je de Heere Jezus hebt aangenomen en op de Vader wilt gaan lijken, roep het uit naar God: “Abba, Vader.” Hij is je Vader, je bent niet langer een slaaf, niet langer onder de macht van Satan. Je bent niet langer verplicht om naar het vlees te leven (vers 8).

“Want u hebt niet de Geest van slavernij ontvangen, die opnieuw tot angst leidt, maar u hebt de Geest van aanneming tot kinderen ontvangen, door Wie wij roepen: Abba, Vader!” (Romeinen 8:15).

Door de Heilige Geest, die kracht in je hart die je dringt tot God, terwijl je vlees, de duivel en de wereld je de andere kant op trekken, weet je dat je een kind van God bent. Hij is de Geest van aanneming. Hij zucht door je heen als je bidt tot je Vader. Hij getuigt met jou mee voor Gods troon en Hij verzekert je ervan dat Gods Woord te vertrouwen is, terwijl je het eerst af wilde wijzen.

“Zo getuigt de Geest Zelf met onze geest dat wij kinderen van God zijn.” (Romeinen 8:16).

Een heerlijk vooruitzicht

En wat houdt het in dat we kinderen zijn? Paulus ziet een heerlijke, onvoorstelbare zegen:

“En als wij kinderen zijn, dan zijn wij ook erfgenamen: erfgenamen van God en mede-erfgenamen van Christus; wanneer wij althans met Hem lijden, opdat wij ook met Hem verheerlijkt worden.” (Romeinen 8:17)

Hoewel je, net als de verloren zoon, alles verspild hebt, wil de Heere je in Christus alles teruggeven. Hij heeft een onvergankelijke, onbevlekte en onverwelkbare erfenis, die in de hemelen bewaard wordt voor u. De zaligheid, de verlossing van je ziel (1 Petrus 1:3-12). Hij wil je vernieuwen en eeuwig leven geven (Titus 3:7), verheerlijkt met Hem.

Hij, om Wie alle dingen zijn en door Wie alle dingen zijn, hing als een rechteloze slaaf aan het kruis, om veel kinderen tot heerlijkheid te leiden, om voor jouw de dood te proeven, je te heiligen en je te verlossen van angst voor de dood waardoor je heel je leven in slavernij hebt geleefd (Hebreeën 2:9-15)

Hoe zwaar de tocht naar de haven ook zal zijn, door welk lijden je ook moet gaan, het zal eindigen in heerlijkheid. Ja, als je Christus aanneemt, neem je ook een kruis aan, want geloof wat in bekering wordt uitgedrukt zal niet aangenaam zijn voor je vlees. Maar Hij is het waard!

Ontvang Hem

Ja, je bent ver afgedreven, je zonden maken je kapot, het varkensvoer van de wereld vult even je maag, maar maakt je ziek. Verlaat de gevangenis van Satan. De deur staat open, Christus is hier. God heeft Zijn eniggeboren Zoon gegeven (Johannes 3:16)! Neem Hem aan. Ontvang Hem. Zou je Hem kunnen stelen als Hij Zichzelf aan je wil geven? Vertrouw Zijn Woord, Hij is geen leugenaar.

En wanneer je nu je vertrouwen stelt op Christus, Hem zelf als het betrouwbare Woord aanneemt, en je afkeert van je zonde in overgave aan dat Woord om Hem door de kracht van de Heilige Geest te volgen, mag je met recht zeggen dat je een kind van God bent en een erfenis zult ontvangen die alles in deze wereld laat verbleken.

“Zie, hoe groot is de liefde die de Vader ons gegeven heeft: dat wij kinderen van God worden genoemd. Daarom kent de wereld ons niet, omdat zij Hem niet kent. 2 Geliefden, nu zijn wij kinderen van God, en het is nog niet geopenbaard wat wij zullen zijn. Maar wij weten dat, als Hij geopenbaard zal worden, wij Hem gelijk zullen zijn; want wij zullen Hem zien zoals Hij is. 3 En ieder die deze hoop op Hem heeft, reinigt zich, zoals Hij rein is.” (1 Johannes 3:1-3)

Abba Vader, U alleen, U behoor ik toe.
U alleen doorgrondt mijn hart, U behoort het toe.
Laat mijn hart steeds vurig zijn, U laat nooit alleen.
Abba Vader, U alleen, U behoor ik toe.

Abba Vader, laat mij zijn, slechts van U alleen.
Dat mijn wil voor eeuwig zij, d’Uwe en anders geen.
Laat mijn hart nooit koud zijn Heer. Laat mij nimmer gaan.
Abba Vader, laat mij zijn, slechts van u alleen.

Kijk naar de Bijbel

1a. Wat is, volgens Efeze 2:1, jouw toestand zoals je geboren bent?

1b. Hoe noemt Efeze 2:3 ons zoals we geboren zijn?

1c. Op welke manier wordt dit, volgens Efeze 2:3a zichtbaar in je leven?

2a. Wat is het bedenken van het vlees, volgens Romeinen 8:7?

2b. Wat betekent het, volgens Romeinen 8:8, om in het vlees te zijn?

2c. Waar eindigt het leven als je luistert naar je vlees, volgens Romeinen 8:6?

3. Hoe komt het, volgens 1 Korinthe 2:14, dat we, zoals we geboren zijn, de dingen van God niet aannemen?

4. Op welke manier schiep God, volgens Genesis 1:3-25, het universum?

5. Hoe ontstaat iets uit niets, volgens Psalm 33:9?
Híj …………… en het is er, Híj ………… en het staat er.

6. Wat bewees de Heere Jezus in Markus 4:39-41?

7. Wat geloofde de hoofdman in Mattheüs 5:5-13 over de Heere Jezus?

8. Op welke manier wekte de Heere Jezus, volgens Johannes 11:43-44, de gestorven Lazarus op?

9a. Wat gebeurt er, volgens Johannes 5:25, als je het Woord van de Heere Jezus hoort?

9b. Wat ontvang je, volgens Johannes 5:24, als je de Heere Jezus gelooft?

10. Hoe mag je volgens, Romeinen 10:9, gehoor geven aan het gepredikte Woord?

11. Hoe wordt een dode zondaar, volgens Kolossenzen 2:13-15, levend gemaakt?

Door ……………………………………………….

Persoonlijke vragen

1. Hoe zie je in jouw leven de neiging van je vlees tot zonde?

2. Verlang je ernaar om deze neigingen kwijt te raken en waarom?

3. Hoe lees/hoor jij Gods Woord, geloof je wat je leest/hoort?

4. Welke waarheden uit Gods Woord zorgden ervoor dat er iets in je leven veranderde?

5. Op welke manier verlang je Gods levendmakende kracht in je leven te zien?

Inhoudsopgave