Het is aardedonker, maar op de tast zoekt een matroos zijn weg door de machinekamer. Al dagen loopt hij hetzelfde rondje. Hij moet weten wat er mis is met de motoren, hij moet weten waarom ze al die jaren afgedreven waren. “Luister niet naar de Stuurman voor je weet hoe je schip er aan toe is. Je mag pas naar de Stuurman als je hem precies kunt vertellen wat er mis is. Hij wil je pas helpen op het moment dat je echt ziet hoe nodig Zijn hulp is, want dan zul je Hem des te meer bewonderen.”
Een zeerover met een ernstige maar vriendelijke vastberadenheid had hem daarop gewezen, het klonk aannemelijk. Het zou een grotere eer zijn voor de Stuurman, als de matroos meer zou begrijpen van het probleem, zodat hij Zijn hulp meer zou bewonderen. Daarom liep hij daar al dagen in de donkere machinekamer, hopend nog meer te begrijpen van de grote nood.
Maar toen een andere matroos dat hoorde, rende hij naar beneden. “Wat doe je! We hebben geen tijd meer te verliezen, we zinken! Roep de Stuurman nu, nu Hij in de buurt is, nu je Zijn bevel hoort. Hij is de zoon van de scheepsbouwer die precies weet wat nodig is! Hij heeft zelf gezegd, dat je zodra Hij je roept, moet gehoorzamen! Nooit heeft Hij je gezegd het uit te stellen! En wat denk je te vinden in het donker? Zonder de zaklamp van de Stuurman zul je er nooit achter kunnen komen wat er mis is!”
Ja, de Stuurman die al het onmogelijke werk deed, dat de matrozen nooit konden doen, was niet meer vereerd door degenen die hem precies konden uitleggen wat er mis was met het schip. Hij wist hoe ze er aan toe waren. Nee, Hij genoot van hen, die, zodra ze Zijn bevelen hoorden, luisterden en deden wat Hij van hen vroeg, in het vertrouwen dat Hij ervoor zou zorgen dat zij konden doen wat Hij hen opdroeg.
Kom eerst tot Christus
Misschien heb je al vaak gehoord dat je zondaar moet worden voor God. Je bent opgeroepen om niet naar de Heere Jezus te komen voordat je Hem met passende emoties kunt vertellen hoe groot je zonde is en hoe zondig je bent. Je moet beseffen hoe onmogelijk het is en dat er geen enkele hoop meer is, zodat de Heere meer verheerlijkt wordt. Het lijkt soms alsof het beter is om twijfelen dan om overtuigd te worden door Gods Woord.
We zien twijfel en het erkennen van onze verlorenheid als geestelijke zegeningen en blijven daarin hangen uit valse nederigheid. We denken zo te laten zien dat we nooit ook maar durven denken dat we Christus zomaar aangenomen hebben. Je wilt niet hoogmoedig overkomen — niet op God, maar misschien meer nog niet op de mensen om je heen.
Hij zegt het: “Wie tot Mij komt, zal Ik beslist niet uitwerpen.” (Johannes 6:37) Maar, wat zullen ze zeggen als je je zo overgeeft aan de Heere Jezus in het vertrouwen dat Hij je niet afwijst als je tot Hem komt, zoals Hij zelf van je vraagt?
Deze valse nederigheid is een minachting van God. Alsof de Heere niet genoeg gedaan heeft om Zijn gewilligheid te laten zien. Hij is zo gewillig om jou te redden. Hij daalde neer uit de hemel, Hij knielde neer in het stof om zondaren als jou op te richten, om schuldige zondaren te redden. Je bent Zijn genade niet waard, maar Hij biedt het je aan, neem die dan met vreugde aan, Hij wil het, en Hij smeekt het je zelfs. Nergens roept Hij je op om dit uit te stellen tot na een tijd van zelfonderzoek!
Het maakt de Heere verdrietig als Hij voor je staat met uitgestoken handen en je keert je van Hem af, omdat je liever eerst nog meer wilt voelen hoe nodig je die hand hebt. Het is alsof je in het water ligt, dreigt te verdrinken en iemand reikt je zijn hand maar je schreeuwt naar hem: “Nu nog niet, wacht, het is misschien nog niet helemaal tot me doorgedrongen dat ik verdrink, misschien kan ik mijzelf nog boven water houden. Kom volgende week maar terug, dan weet ik misschien of ik je nodig heb, dan heb ik nog even de tijd om mijn kleren te onderzoeken of ze wel echt doorweekt zijn en voel ik om me heen of het wel echt water is.”
Het gevaar van uitstel
Je hebt Zijn genade nú nodig, morgen kan het te laat zijn. En ja, dan zul je je nood meer voelen. Als je wacht tot je je zonde goed genoeg voelt, is het te laat. De enige plek waar je beseft hoe ernstig je zonde is, is de hel. Het zal branden in je hart, het zal knagen aan je ziel. Als het te laat is en je wakker wordt in de hel, zul je beven en huilen dat je niet eerder in ging op Zijn betrouwbare Woord. Hoe dwaas was je dat je je kostbare tijd verspilde, omdat je het nog iets meer wilde voelen, iets meer wilde beseffen dat het nodig was.
Zou Zijn genade groter worden als je langer wacht? Als je langer in je zonde blijft liggen, als je nog wat rondjes in het donker door je hart tast, zodat je straks misschien beter kunt verwoorden hoe de Heere je moet helpen?
“Wat zullen wij dan zeggen? Zullen wij in de zonde blijven, opdat de genade toeneemt?” (Romeinen 6:1)
Je hebt nu genade nodig! Je bent nu in gevaar, je schip zinkt, op dit moment!
Je hebt gezondigd. Je bent schuldig. Het oordeel wacht. Maar God geeft een uitweg om van die terechte schuld verlost te worden. Hij vraagt niet om je eerst af te zonderen in een tijd van geestelijke zelfkastijding. Hij nodigt je om nu tot Hem te komen en te genieten van Zijn genadige vergeving, die mogelijk is gemaakt door het bloed van Jezus. Hij wilde de toorn over jouw zonden dragen.
Zo vaak willen we eerst zelf nog boete doen. Misschien slaan we niet op onze rug met een zweep, maar we willen eerst de gesel over ons hart halen voor we tot God durven komen. O, huil over je zonde! Want het minacht God en leidt tot de dood. Maar wacht niet om tot Christus te komen. De gesel is over Hem gegaan. Er hoeft niets meer bij, er mag niets meer bij, want dat kleineert je Redder die deskundig genoeg is.
De Heere Jezus wil je nu redden en je zult steeds meer leren, juist als Hij aan boord is, door het licht van de Heilige Geest, hoe zondig je vlees is, en groot Gods genade is. Je zult nooit beseffen hoe zondig je bent, voor je tot Christus komt. Nu hoort Hij, nu helpt Hij, vandaag is het Zijn grote verlangen om je te verlossen, niet morgen.
“Want Hij zegt: In de tijd van het welbehagen heb Ik U verhoord, en op de dag van het heil heb Ik U geholpen. Zie, nu is het de tijd van het welbehagen, zie, nu is het de dag van het heil!” (2 Korinthe 6:2)
Zelfonderzoek in je leven, met de Heere Jezus
Wanneer je zonder aarzelen, zonder langer uit te stellen het betrouwbare Woord van de Heere Jezus, dat door Zijn getuigen tot je komt, aangenomen hebt en je jezelf overgegeven hebt aan Hem om Hem te volgen in nieuwe gehoorzaamheid, is het goed om op bepaalde momenten je leven te onderzoeken. Als je zegt dat Hij de stuurman is geworden is van je schip, is het goed om af toe met het licht van de Stuurman je hele schip te inspecteren om te zien of de Stuurman echt aan boord is, of dat je nog steeds meegesleurd wordt door de stroming, naar de rotsen. De Bijbel roept je daartoe op:
“Onderzoek uzelf of u in het geloof bent, beproef uzelf. Of weet u niet van uzelf dat Jezus Christus in u is? Of het moet zijn dat u op enigerlei wijze verwerpelijk bent.” (2 Korinthe 13:5-6)
En voor de heerlijke maaltijd die de Stuurman bereidt als voorproefje op het feestmaal in de haven, wordt je ook opgeroepen om jezelf te beproeven.
“Want zo dikwijls als u dit brood eet en deze drinkbeker drinkt, verkondig de dood van de Heere, totdat Hij komt. 27 Daarom, wie op onwaardige wijze dit brood eet of de drinkbeker van de Heere drinkt, is schuldig aan het lichaam en bloed van de Heere. 28 Maar laat ieder mens zichzelf beproeven en laat hij zó eten van het brood en drinken uit de drinkbeker. 29 Want wie op onwaardige wijze eet en drinkt, die eet en drinkt zichzelf een oordeel, omdat hij het lichaam van de Heere niet onderscheidt.” (1 Korinthe 11:26-29)
Maar als je afdaalt in je hart, laat het licht van Christus dan schijnen. Zoek niet in jezelf, zonder vast te houden aan Zijn beloften en genade. Want je zult steeds weer zonde vinden, vuilheid en beschadigingen, die je angst zouden aanjagen als je geen bekwame Redder zou hebben die vooraf al weet wat je daar vind en die je graag wil helpen!
“Want wij hebben geen Hogepriester Die geen medelijden kan hebben met onze zwakheden, maar Een Die in alles op dezelfde wijze als wij is verzocht, maar zonder zonde. 16 Laten wij dan met vrijmoedigheid naderen tot de troon van de genade, opdat wij barmhartigheid verkrijgen en genade vinden om geholpen te worden op het juiste tijdstip.” (Hebreeën 4:15-16)
Laat steeds weer het licht van Gods Woord op je leven schijnen. In het licht van Gods Woord, zul je zien hoe zondig je bent. Elke dag weer zul je zien hoe je tekortschiet, zeker als je kijkt naar het kruis waar de Heere Jezus je ongerechtigheden droeg. Dat is wat jij verdiende. Dat is hoe groot jouw schuld was. Maar meer nog, je zult zien hoe groot Gods genade is. Daar getuigt Gods Woord van.
“U, Heere, bent immers goed, mild om te vergeven en rijk aan goedertierenheid voor allen die U aanroepen.” (Psalm 86:5)
Hij vergeeft graag!
Geloof en haar vruchten
Hoe meer je rust in de Heere Jezus, hoe meer je op Hem vertrouwt en vergeven groeit in genade, hoe meer Hij je ook zal leren om Hem te gehoorzamen. Want geloof wordt uitgedrukt in bekering, in afkeer van zonde en overgave naar Christus om Hem te volgen in nieuwe gehoorzaamheid. Wanneer het woord in je hart valt, groeit het op en draagt het vrucht. De woorden groeien op als daden, wanneer het woord gelovig ontvangen wordt.
De echtheid van je geloof kun je daarom niet afmeten aan de mate van verdriet over je zonde, maar aan gehoorzaamheid. Wees verdrietig over je zonde, haat je zonde, keer je ervan af, zeker! Maar meer nog, als je nu Zijn Woord hoort, neem het aan, gehoorzaam Zijn bevelen. Kom allereerst naar Hem toe, dat is Zijn eerste bevel, rust vervolgens in Zijn Woord en beloften en leer alles in acht te nemen, wat Hij geboden heeft (Mattheüs 28:19)
Je zult je geloof pas kunnen onderzoeken als je Hem gehoorzaamt. Zelfonderzoek in de binnenkamer als je alleen bent, laat niet alles zien. Pas in het echte leven met al haar verleidingen zul je zien hoe je standhoudt, pas als je geloof beproefd wordt, zul je weten of het echt is.
“Zalig is de man die verzoeking verdraagt, want als hij beproefd gebleken is, zal hij de kroon van het leven ontvangen, die de Heere beloofd heeft aan hen die Hem liefhebben.” (Jakobus 1:12)
Onderzoek Christus
Ja, geloof zonder werken is dood (Jakobus 2:26), zoals een zaadje zonder dat het opkomt, dood is. Maar als je onderzoekt of je vruchten draagt voor je gelooft, als je onderzoekt of je gered bent, voor je rust in Christus, zul je altijd teleurgesteld worden! Kom daarom eerst naar de Heere Jezus, Hij heeft alles wat je nodig hebt, door Zijn Heilige Geest: Licht om te leren hoe zondig je bent, licht om te leren op welke manieren dat tot uitdrukking komt, en licht om te leren hoe genadig Hij is, hoe graag Hij je wil vergeven. Ook heeft Hij de kracht die je nodig hebt om je af te keren van je oude zondige leven en Hem te volgen in een nieuw leven.
Zonder Christus is het donker en Hij is niet onder de indruk als je Hem precies kunt vertellen hoe zondig je bent. Dat weet hij. Wat Hem verheerlijkt, is niet dat je wacht om tot Hem te komen tot het morgen te laat is en werkelijk proeft hoe zondig je bent, maar dat je tot Hem komt om Zijn aangeboden genade te ontvangen. Hij zal je niet uitwerpen en met Hem zul je veel beter kunnen leren, door de kracht van Zijn Heilige Geest, om Hem te volgen in groeiende heiligheid.
Misschien ben je een smeulend vuurtje, een geknakt riet. Ja, de tegenstander zal je maar al te graag laten weten dat het niks is. Let niet op hem. Let op Christus, onderzoek Zijn leven, sterven en opstanding. Zie op Hem. Hij verlangt ernaar dat je groeit, dat het vuur aanwakkert, dat je sterker wordt.
“Het gekrookte riet zal Hij niet verbreken, en het rokende lemmet zal Hij niet uitblussen, totdat Hij het oordeel zal uitbrengen tot overwinning. En in Zijn Naam zullen de heidenen hopen.” (Mattheüs 12:20-21)
Vertrouw op Hem die zo goed en vriendelijk is. Het is niet hoogmoedig om je in het geloof aan Christus vast te klampen, het verheerlijkt Hem. Hij zal je niet verbreken en niet uitblussen. Het is niet dwaas om je aan Hem over te geven, het laat zien dat Hij heeft wat je nodig hebt.
Jezus, niet mijn eigen kracht,
niet het werk door mij volbracht,
niet het offer dat ik breng,
niet de tranen die ik pleng,
schoon ik ganse nachten ween,
kunnen redden, Gij alleen.
Kijk naar de Bijbel
1a. Wat is, volgens Efeze 2:1, jouw toestand zoals je geboren bent?
1b. Hoe noemt Efeze 2:3 ons zoals we geboren zijn?
1c. Op welke manier wordt dit, volgens Efeze 2:3a zichtbaar in je leven?
2a. Wat is het bedenken van het vlees, volgens Romeinen 8:7?
2b. Wat betekent het, volgens Romeinen 8:8, om in het vlees te zijn?
2c. Waar eindigt het leven als je luistert naar je vlees, volgens Romeinen 8:6?
3. Hoe komt het, volgens 1 Korinthe 2:14, dat we, zoals we geboren zijn, de dingen van God niet aannemen?
4. Op welke manier schiep God, volgens Genesis 1:3-25, het universum?
5. Hoe ontstaat iets uit niets, volgens Psalm 33:9?
Híj …………… en het is er, Híj ………… en het staat er.
6. Wat bewees de Heere Jezus in Markus 4:39-41?
7. Wat geloofde de hoofdman in Mattheüs 5:5-13 over de Heere Jezus?
8. Op welke manier wekte de Heere Jezus, volgens Johannes 11:43-44, de gestorven Lazarus op?
9a. Wat gebeurt er, volgens Johannes 5:25, als je het Woord van de Heere Jezus hoort?
9b. Wat ontvang je, volgens Johannes 5:24, als je de Heere Jezus gelooft?
10. Hoe mag je volgens, Romeinen 10:9, gehoor geven aan het gepredikte Woord?
11. Hoe wordt een dode zondaar, volgens Kolossenzen 2:13-15, levend gemaakt?
Door ……………………………………………….
Persoonlijke vragen
1. Hoe zie je in jouw leven de neiging van je vlees tot zonde?
2. Verlang je ernaar om deze neigingen kwijt te raken en waarom?
3. Hoe lees/hoor jij Gods Woord, geloof je wat je leest/hoort?
4. Welke waarheden uit Gods Woord zorgden ervoor dat er iets in je leven veranderde?
5. Op welke manier verlang je Gods levendmakende kracht in je leven te zien?