Daarna sprak de HEERE tot Mozes: Zie, Ik heb Bezaleël, de zoon van Uri, de zoon van Hur, uit de stam Juda, bij zijn naam geroepen. Ik heb hem vervuld met de Geest van God, met wijsheid, inzicht, kennis en allerlei vakmanschap, om ontwerpen te bedenken en om die uit te voeren in goud, zilver en koper; en om edelstenen te bewerken en in te zetten, en om hout te bewerken, dus om allerlei werk te verrichten. En Ik, zie, Ik heb Aholiab, de zoon van Ahisamach, uit de stam Dan, aan hem toegevoegd. En in het hart van ieder die vakkundig  is, heb Ik wijsheid gegeven zodat zij alles kunnen maken wat Ik u geboden heb. (Exodus 31:1-6)


Daarna sprak de HEERE tot Mozes: Zie, Ik heb Bezaleël, de zoon van Uri, de zoon van Hur, uit de stam Juda, bij zijn naam geroepen. Ik heb hem vervuld met de Geest van God, met wijsheid, inzicht, kennis en allerlei vakmanschap, om ontwerpen te bedenken en om die uit te voeren in goud, zilver en koper; en om edelstenen te bewerken en in te zetten, en om hout te bewerken, dus om allerlei werk te verrichten. En Ik, zie, Ik heb Aholiab, de zoon van Ahisamach, uit de stam Dan, aan hem toegevoegd. En in het hart van ieder die vakkundig  is, heb Ik wijsheid gegeven zodat zij alles kunnen maken wat Ik u geboden heb. (Exodus 31:1-6)


In deze eerste zes verzen spreekt God over de bouw van de Tabernakel. Wat ik mooi vind aan dit gedeelte, en waarom ik al deze verzen wilde lezen, is omdat we hier de namen zien van verschillende mensen. Sommige namen zijn moeilijk uit te spreken. Maar neem bijvoorbeeld Bezaleël, we kennen Mozes, maar bijna niemand herkent zijn naam. We lezen hier hoe God hem specifiek vervuld met de Geest van God en hem wijsheid, inzicht, kennis en allerlei vakmanschap geeft om ontwerpen te bedenken en die uit te voeren in goud, zilver en koper; om edelstenen te bewerken en in te zetten, en om hout te bewerken, dus om allerlei werk te verrichten.

Ik denk niet dat de Tabernakel gebouwd kon worden zonder Bezaleël en andere mannen als hem. Ja, God spreekt tot Mozes en Hij gebruikt Mozes op een bijzondere manier, maar God gebruikt ook Bezaleël op een bijzondere manier. Het doet me denken aan 1 Korinthe 12. Daar spreekt Paulus over het lichaam van Christus, de gemeente, en Hij zegt dat we daar allemaal een leden van zijn, delen van Zijn lichaam, en elk lid doet ertoe.

Als we niet oppassen kunnen we opkijken naar bepaalde leiders in de gemeente en denken, “O nou, die persoon is erg belangrijk.” We kunnen vergeten dat echt elk lid ertoe doet. Ik zeg dit niet zomaar. Het klinkt bijna cliché als ik dit zeg, maar het is zo. Het is Bijbels. God heeft unieke gaven vaardigheden en talenten gegeven aan allerlei verschillende mensen om allerlei verschillende dingen te doen in de wereld.

Soms hebben we de neiging om te zeggen, “De mensen met de meest nobele beroepen zijn dominee, zendeling of leiders van een mooie stichting. En diegene is accountant, dat lijkt niet zo nobel als dominee. Of die ander die op het land werkt, dat lijkt niet zo waardevol als naar het buitenland gaan als zendeling.” Nee, het is allemaal waardevol!

God heeft Zijn volk gaven gegeven om allerlei verschillende rollen te spelen in de verspreiding van Zijn heerlijkheid in deze wereld. God zegt, “In het hart van ieder die vakkundig is, heb Ik wijsheid gegeven zodat zij alles kunnen maken wat Ik u geboden heb.” We zien hier Gods genade in gaven die Hij geeft aan allerlei verschillende mensen voor verschillende taken en verantwoordelijkheden, allemaal met hetzelfde doel, dat Hij verheerlijkt wordt.

Ik wil je aanmoedigen vandaag, als je accountant bent of als je op het land werkt, of als je in een levensfase zit waarin je geneigd bent te denken “O, ik doe niet zulk belangrijk werk als diegene daar.” Onderschat geen moment hoe God jouw gaven en de genade die Hij jou gegeven heeft gebruikt om Zijn heerlijkheid weer te geven. Besef dat God ons plaats waar we zijn met de gaven die Hij ons geeft voor de uitvoering van Zijn wil. Het belangrijkste is niet welke rol we spelen. Het belangrijkste is dat we trouw elke rol vervullen waartoe Hij ons roept met de middelen, gaven en de genade die Hij ons geeft tot verheerlijking van Hem.

In deze eerste zes verzen spreekt God over de bouw van de Tabernakel. Wat ik mooi vind aan dit gedeelte, en waarom ik al deze verzen wilde lezen, is omdat we hier de namen zien van verschillende mensen. Sommige namen zijn moeilijk uit te spreken. Maar neem bijvoorbeeld Bezaleël, we kennen Mozes, maar bijna niemand herkent zijn naam. We lezen hier hoe God hem specifiek vervuld met de Geest van God en hem wijsheid, inzicht, kennis en allerlei vakmanschap geeft om ontwerpen te bedenken en die uit te voeren in goud, zilver en koper; om edelstenen te bewerken en in te zetten, en om hout te bewerken, dus om allerlei werk te verrichten.

Ik denk niet dat de Tabernakel gebouwd kon worden zonder Bezaleël en andere mannen als hem. Ja, God spreekt tot Mozes en Hij gebruikt Mozes op een bijzondere manier, maar God gebruikt ook Bezaleël op een bijzondere manier. Het doet me denken aan 1 Korinthe 12. Daar spreekt Paulus over het lichaam van Christus, de gemeente, en Hij zegt dat we daar allemaal een leden van zijn, delen van Zijn lichaam, en elk lid doet ertoe.

Als we niet oppassen kunnen we opkijken naar bepaalde leiders in de gemeente en denken, “O nou, die persoon is erg belangrijk.” We kunnen vergeten dat echt elk lid ertoe doet. Ik zeg dit niet zomaar. Het klinkt bijna cliché als ik dit zeg, maar het is zo. Het is Bijbels. God heeft unieke gaven vaardigheden en talenten gegeven aan allerlei verschillende mensen om allerlei verschillende dingen te doen in de wereld.

Soms hebben we de neiging om te zeggen, “De mensen met de meest nobele beroepen zijn dominee, zendeling of leiders van een mooie stichting. En diegene is accountant, dat lijkt niet zo nobel als dominee. Of die ander die op het land werkt, dat lijkt niet zo waardevol als naar het buitenland gaan als zendeling.” Nee, het is allemaal waardevol!

God heeft Zijn volk gaven gegeven om allerlei verschillende rollen te spelen in de verspreiding van Zijn heerlijkheid in deze wereld. God zegt, “In het hart van ieder die vakkundig is, heb Ik wijsheid gegeven zodat zij alles kunnen maken wat Ik u geboden heb.” We zien hier Gods genade in gaven die Hij geeft aan allerlei verschillende mensen voor verschillende taken en verantwoordelijkheden, allemaal met hetzelfde doel, dat Hij verheerlijkt wordt.

Ik wil je aanmoedigen vandaag, als je accountant bent of als je op het land werkt, of als je in een levensfase zit waarin je geneigd bent te denken “O, ik doe niet zulk belangrijk werk als diegene daar.” Onderschat geen moment hoe God jouw gaven en de genade die Hij jou gegeven heeft gebruikt om Zijn heerlijkheid weer te geven. Besef dat God ons plaats waar we zijn met de gaven die Hij ons geeft voor de uitvoering van Zijn wil. Het belangrijkste is niet welke rol we spelen. Het belangrijkste is dat we trouw elke rol vervullen waartoe Hij ons roept met de middelen, gaven en de genade die Hij ons geeft tot verheerlijking van Hem.

God, ik prijs U voor Bezaleël in Exodus 31, en voor de mannen en vrouwen in Uw gemeente vandaag die allerlei dingen doen in de wereld, goede dingen tot verheerlijking van U. We bidden dat U ons verlost van elke hiërarchie van belangrijkheid op grond van positie en op grond van wat wij als meest effectief beschouwen voor de uitbreiding van Uw Koninkrijk. God, we bidden dat U ons een veel ruimer zicht geeft, een nederiger zicht, wat beseft dat U de Verdeler bent van gaven en talenten. U hebt ze op allerlei verschillende en creatieve manieren uitgedeeld om Uw heerlijkheid op zoveel verschillende manieren weer te geven.

Laat dat zo zijn vandaag, o God. Laat dat zo zijn in mijn leven als dominee. Laat het zo zijn in het leven van deze accountant, in het leven van diegene die op het land werkt , in het leven van die leraar, die moeder, die vader, die student en in het leven van deze gepensioneerde. God, help ons, help ons, help ons! We bidden het U, help ons met de gaven en vaardigheden die U ons gegeven hebt, met de talenten en mogelijkheden die U ons gegeven hebt. Help ons om U vandaag te verheerlijken, waar U ons ook geplaatst hebt.

We bidden dit in Jezus’ naam. Amen.

Overgenomen van Radical.net


God, ik prijs U voor Bezaleël in Exodus 31, en voor de mannen en vrouwen in Uw gemeente vandaag die allerlei dingen doen in de wereld, goede dingen tot verheerlijking van U. We bidden dat U ons verlost van elke hiërarchie van belangrijkheid op grond van positie en op grond van wat wij als meest effectief beschouwen voor de uitbreiding van Uw Koninkrijk. God, we bidden dat U ons een veel ruimer zicht geeft, een nederiger zicht, wat beseft dat U de Verdeler bent van gaven en talenten. U hebt ze op allerlei verschillende en creatieve manieren uitgedeeld om Uw heerlijkheid op zoveel verschillende manieren weer te geven.

Laat dat zo zijn vandaag, o God. Laat dat zo zijn in mijn leven als dominee. Laat het zo zijn in het leven van deze accountant, in het leven van diegene die op het land werkt , in het leven van die leraar, die moeder, die vader, die student en in het leven van deze gepensioneerde. God, help ons, help ons, help ons! We bidden het U, help ons met de gaven en vaardigheden die U ons gegeven hebt, met de talenten en mogelijkheden die U ons gegeven hebt. Help ons om U vandaag te verheerlijken, waar U ons ook geplaatst hebt.

We bidden dit in Jezus’ naam. Amen.

Overgenomen van Radical.net