“Onderwerp u dan omwille van de Heere aan alle menselijke orde…” (1 Petrus 2:13)

“Onderwerp u dan omwille van de Heere aan alle menselijke orde…” (1 Petrus 2:13)


Onze afkeer van God en overgave aan zonde en kwaad, wat onder tolerantie toegenomen is, vullen de schalen van Gods toorn die nu al in de vorm van verharding maar straks ook zeker over ons land in tastbare mate zal worden uitgegoten. We verdienen zowel het virus als het gezag wat velen nu vrezen.

Onze zonde en verdorvenheid komt zo duidelijk tot uitdrukking in het doden van kleine kinderen en het verwaarlozen van de ouderen, in de seksuele verwarring en de afkeer van Gods heilige seksualiteit tussen één man en één vrouw, in de verdwijning van familieliefde, die liefde die in de laatste dagen meer en meer zal verkillen, in de vervlakking en verdorring in gemeenten waardoor het leven in en met Christus verdwijnt. Ja, het oordeel dreigt, en terecht.

Kniel voor je opstaat

Maar we hebben nog adem, het is nog de tijd van het welbehagen (2 Korinthe 6:2). We krijgen nog de mogelijkheid om ons af te keren van de zonde en het toestemmen met de zonde van anderen door ons zwijgen. Laten we smeken om barmhartigheid door de Heere Jezus Christus, dat God de hemel scheurt en neerdaalt, het zuiverende vuur in de harten zal zenden om die bron van misdaden schoon te branden en het daarvoor in de plaats een bron van levend water te maken. We hebben Gods genade nodig, anders zijn we verloren!

Met de ontwikkelingen in ons land is ons vlees geneigd om te vluchten, of dat nu is voor het virus of voor het gezag. Maar Jezus ging een andere weg. Hij ging moedig de weg van opofferende liefde. We volgen zo makkelijk de stemmen van de wereld, maar niemand leidt je naar eeuwige voorspoed dan Jezus. Volg Hem, verneder je en laat Zijn gezindheid in je zijn. Kniel in verootmoediging voordat je opstaat en als Lichtdrager van Jezus’ licht en leven uitgaat in deze donkere wereld om te dienen en het Evangelie te verspreiden.

Ja, ga dan vrijmoedig, neem risico’s voor het geestelijke en eeuwige welzijn van ons land, zo nodig in ongehoorzaamheid aan maatregelen die het volgen van Jezus in de weg komen te staan.

Onderwerping omwille van Jezus

Maar vaak merk ik dat we grote uitspraken doen over de overheid en de maatregelen zonder dat we Jezus’ opdracht gehoorzamen om voor de overheid te bidden en het gezag te eren. Dit is vanzelfsprekend in een samenleving die eerbied voor gezag verloren is. Laten we ons daarvan bekeren. Het is onze opdracht om voor de overheden te bidden (1 Timotheüs 2:1-4). Zelfs wanneer ze ons zouden beledigen en vervolgen (Mattheüs 5:44).

Verootmoedig je daarom, bid om liefde voor het gezag wat de Heere over je gesteld heeft, zodat het pijn doet wanneer je ongehoorzaam moet zijn om risico’s te nemen voor het geestelijke en eeuwige welzijn van ons land. Niet in de geest van de wereld, in opstandigheid, in een geest van vreesachtigheid, maar in de geest van kracht, liefde en bezonnenheid (2 Timotheüs 1:7).

We hebben de Geest van de martelaren nodig en moeten ons zoals de discipelen voorbereiden en bidden om kracht uit de hoogte zodat we moedig ons leven geven voor onze naaste en zelfs standvastig zullen zijn wanneer de overheid zich ontaard in een wrede corrupte overheid zoals Rome die Christenen als fakkels gebruikte, of Herodes die kleine kinderen vermoordde. Het was deze overheid waar Jezus en Zijn volgelingen zich in gehoorzaamheid aan onderwierpen.

Jezus en de overheid

Jezus Christus, onze Aanvoerder en ons Voorbeeld, kende de wreedheid van het Romeinse Rijk. Hij wist hoe de Romeinen het heilige land ingenomen hadden en het Joodse volk aan zich onderworpen hadden. Hij wist waarvoor zijn ouders met Hem naar Egypte gevlucht waren, Hij wist op welke gruwelijke manier Hij door die regering ter dood gebracht zou worden en Hij wist hoe de stad van God binnen zeventig jaar met de grond gelijk gemaakt zou worden, en Hij wist dat ze daarvoor geoordeeld zouden worden. God zou het niet ongestraft laten.

Toch riep Hij Zijn volgelingen op om deze wrede indringers te gehoorzamen en hun regeringsleiders te geven wat hen toekomt.

“Zeg ons dan: Wat denkt U? Is het geoorloofd de keizer belasting te betalen of niet? Maar Jezus, die hun boosaardigheid kende, zei: Huichelaars, waarom verzoekt u Mij? Toon Mij de belastingmunt. En zij brachten Hem een penning. En Hij zei tegen hen: Van wie is deze afbeelding en het opschrift? Zij zeiden tegen Hem: Van de keizer. Toen zei Hij tegen hen: Geef dan aan de keizer wat van de keizer is, en aan God wat van God is. En toen zij dit hoorden, verwonderden zij zich; en zij verlieten Hem en gingen weg.” (Mattheüs 22:17-22)

Reken maar dat die belasting niet altijd een zuivere bestemming had.

Jezus’ volgelingen en de overheid

Ook Paulus die de vervolging van Rome kende en wist welk onrecht de volgelingen van Jezus werd aangedaan, kende de geest van Christus en zei: “Ieder mens moet zich onderwerpen aan de gezagsdragers die over hem gesteld zijn, want er is geen gezag dan van God, en de gezagsdragers die er zijn, zijn door God ingesteld.” (Romeinen 13:1)

Ook tegen Titus zegt hij: “Herinner hen eraan dat zij de overheden en machten onderdanig behoren te zijn, dat zij hun gehoorzaam zijn en dat zij tot elk goed werk bereid zijn, dat zij niemand belasteren, niet strijdlustig zijn maar welwillend, en alle zachtmoedigheid bewijzen aan alle mensen.” (Titus 3:1-2)

En Petrus, die eerst wel de aanvoerder van het verzet kon worden heeft van Jezus geleerd:

“Onderwerp u dan omwille van de Heere aan alle menselijke orde, hetzij aan de koning, als hoogste machthebber, hetzij aan de stadhouders, als mensen die door hem gezonden worden tot straf van de kwaaddoeners, maar tot lof van hen die goeddoen. Want zo is het de wil van God, dat u door goed te doen het onverstand van de dwaze mensen de mond snoert; als vrije mensen, maar niet alsof u de vrijheid hebt als een dekmantel voor slechtheid, maar als dienstknechten van God. Houd iedereen in ere; heb al uw broeders lief; vrees God; eer de koning.” (1 Petrus 2:13-17)

Zeker, Petrus kende het gevaar waarin volgelingen van Jezus verkeerden, dat ze terwijl ze goeddeden, toch gestraft zouden worden. Dit weerhoudt hem er niet van om hen op te roepen tot onderwerping aan gezag en hij laat zien dat juist onterecht lijden een voorrecht is.

“Want dat is genade, als iemand om het geweten voor God dingen verdraagt die hem pijn doen, en daarbij ten onrechte lijdt. Want wat voor roem is er als u het geduldig verdraagt wanneer u zondigt en daarvoor slagen ontvangt? Maar als u het geduldig verdraagt wanneer u goeddoet en daarvoor lijdt, is dat genade bij God. Want hiertoe bent u geroepen, omdat ook Christus voor ons geleden heeft; Hij laat  ons zo een voorbeeld na, opdat u Zijn voetsporen zou navolgen” (Mattheüs 19:21)

Deze genade hoeven we niet op te zoeken, maar zeker hoeven we voor die genade niet wegvluchten door ongehoorzaam te zijn en ongeduldig en onverdraagzaam op te staan tegen het gezag vanwege onze eigen zaak en niet omwille van Christus. Nee, het is enkel genade wanneer we omwille van Christus lijden, niet wanneer we vanwege onze eigen wijsheid lijden.

Vrijmoedige geloofsongehoorzaamheid

We volgen het stemmeloze Lam in zachtmoedigheid, in nederige dienstbaarheid aan de wereld en als dat moeilijk wordt en er tegenstand komt, verheugen we ons dat we waardig geacht worden om vanwege de zaak van Christus “niet alleen in Hem te geloven, maar ook voor Hem te lijden” (Filippenzen 1:29). Dan zijn we gelukkig, dan zal ons loon groot zijn, als we omwille van de Zoon des mensen, verstoten worden, gesmaad worden en onze naam door het slijk gehaald wordt (Lukas 6:22‭-‬23)

We zijn vrijmoedig ongehoorzaam en bereid de gevolgen van geloofsongehoorzaamheid te dragen wanneer de onderwerping aan het gezag het volgen van de Heere Jezus in de weg staat. We zijn God meer gehoorzaam dan mensen (Handelingen 5:29).

Laten we het vuur van de martelaren voor ogen houden en niet terugschrikken en in de slachtofferrol kruipen als we, samen met de rest van de wereld, wat meer afstand moeten houden en een mondkapje moeten dragen, of dat nu terecht is of niet. Ook wanneer de overheid ons opdraagt om vanwege de veiligheid met minder mensen tegelijk samen te komen, gaat dat niet in tegen Jezus opdracht om samen te komen, of die zorgen om de veiligheid nu terecht zijn of niet.

Zeker, we moeten ons net zo veel zorgen maken om de gevolgen van de maatregelen als om de gevolgen van het virus. We begrijpen de zorgen om het virus en zeker ook de zorgen rondom de invloed van de overheid op het samenkomen. Er zijn genoeg voorbeelden van onderdrukking door de overheid in naam van wetenschap en volksgezondheid (lees daarvoor alleen al de verhalen van vervolgde Christenen in de voormalige Sovjet-Unie). Ja, we geven om al het lijden, lijden door ziekte en lijden door maatregelen, en vooral om eeuwig lijden. We zoeken daarom altijd naar mogelijkheden om, namens Jezus, vrijmoedig op te komen voor hen die Zijn licht en leven nodig hebben, we zijn daarvoor bereid risico’s te nemen en zelfs ons leven te geven zoals Jezus zich gaf voor ons.

Maar wat volgelingen van Jezus vandaag betreft, we mogen Hem gehoorzamen in het navolgen van de maatregelen die de regeringsleiders die Hij over ons gesteld heeft nodig achten en we mogen Hem gehoorzamen in het samenkomen om elkaar aan te sporen en toe te rusten Jezus’ te volgen, om onze lampen vullen met olie om te schijnen in deze wereld en klaar te zijn om de Bruidegom te ontmoeten. Ze sluiten elkaar nog niet uit.

Heiligende invloed

In onze liefdevolle onderwerping aan het gezag dat God over ons gesteld heeft en in onze vrijmoedige ongehoorzaamheid wanneer de overheid iets van ons vraagt wat de Bijbel verbiedt of als de overheid iets verbied wat de Bijbel van ons vraagt, zoeken we in gebed naar mogelijkheden om Jezus’ heiligende invloed uit te oefenen op het gezag voor het tijdelijke en eeuwige welzijn van onze omgeving. We mogen Jezus stem laten horen in gesprekken met hen die over ons gesteld zijn.

Veel volgelingen van Jezus hebben door de eeuwen heen Zijn invloed mogen uit oefenen op de overheid zoals Paulus zich met eerbied verdedigde voor het Romeinse gezag. Naast gebed kan God ook zo de harten van hen die over ons gesteld zijn veranderen en overtuigen zodat we ons, zonder ongehoorzaam te hoeven zijn, in kunnen blijven zetten voor het geestelijke en eeuwige welzijn zoals Hij dat door de eeuwen heen steeds weer gedaan heeft.

Ben je er klaar voor?

Ben je klaar om je omwille van Jezus te onderwerpen aan de overheid, ook als je het niet begrijpt en je leven daardoor moeilijker wordt? Ben je klaar om ongemak te verdragen omwille van je naaste en je leven te geven zoals Jezus Zijn heerlijkheid verliet en Zijn leven gaf voor jou? En ben je klaar om omwille van Jezus risico’s te nemen en Hem zo nodig meer gehoorzaam te zijn dan het aardse gezag voor het geestelijke en eeuwige welzijn van je omgeving? Ben je klaar om dit met eerbied en zachtmoedigheid te verantwoorden wanneer daarom gevraagd wordt?

Dit is de tijd om ons voor te bereiden. Bereid je voor, geknield met een open Bijbel. Bereid je voor, niet door elkaar op te zetten tegen het gezag, noch tot angst voor overheid, noch tot angst voor een virus, maar door elkaar aansporen om vervuld met de liefde van de Heere Jezus, met Zijn Heilige Geest, in nederigheid en vrijmoedigheid Zijn licht en leven te verspreiden nu ook de geestelijke nood toeneemt.

Volg Jezus, als schapen onder de wolven, moedig als de leeuwen, sluw als de slangen en onschuldig als de duiven. God zelf zal om ons heen zijn als een vurige muur, Hij gaat mee zelfs door het diepste water. Met lampen vol olie heeft Hij ons aangesteld tot een licht in de ze donkere wereld en tot redding van de uithoeken van de aarde.

Onder Zijn met bloed besmeurde vlag moeten we nederig knielen en moedig opstaan om uit te gaan als de wereld zich in angst verschuilt. Om Jezus, de hoop voor de volken, het Lam dat geslacht is, ten toon te stellen, tot genezing van de heidenvolken.

Onze afkeer van God en overgave aan zonde en kwaad, wat onder tolerantie toegenomen is, vullen de schalen van Gods toorn die nu al in de vorm van verharding maar straks ook zeker over ons land in tastbare mate zal worden uitgegoten. We verdienen zowel het virus als het gezag wat velen nu vrezen.

Onze zonde en verdorvenheid komt zo duidelijk tot uitdrukking in het doden van kleine kinderen en het verwaarlozen van de ouderen, in de seksuele verwarring en de afkeer van Gods heilige seksualiteit tussen één man en één vrouw, in de verdwijning van familieliefde, die liefde die in de laatste dagen meer en meer zal verkillen, in de vervlakking en verdorring in gemeenten waardoor het leven in en met Christus verdwijnt. Ja, het oordeel dreigt, en terecht.

Kniel voor je opstaat

Maar we hebben nog adem, het is nog de tijd van het welbehagen (2 Korinthe 6:2). We krijgen nog de mogelijkheid om ons af te keren van de zonde en het toestemmen met de zonde van anderen door ons zwijgen. Laten we smeken om barmhartigheid door de Heere Jezus Christus, dat God de hemel scheurt en neerdaalt, het zuiverende vuur in de harten zal zenden om die bron van misdaden schoon te branden en het daarvoor in de plaats een bron van levend water te maken. We hebben Gods genade nodig, anders zijn we verloren!

Met de ontwikkelingen in ons land is ons vlees geneigd om te vluchten, of dat nu is voor het virus of voor het gezag. Maar Jezus ging een andere weg. Hij ging moedig de weg van opofferende liefde. We volgen zo makkelijk de stemmen van de wereld, maar niemand leidt je naar eeuwige voorspoed dan Jezus. Volg Hem, verneder je en laat Zijn gezindheid in je zijn. Kniel in verootmoediging voordat je opstaat en als Lichtdrager van Jezus’ licht en leven uitgaat in deze donkere wereld om te dienen en het Evangelie te verspreiden.

Ja, ga dan vrijmoedig, neem risico’s voor het geestelijke en eeuwige welzijn van ons land, zo nodig in ongehoorzaamheid aan maatregelen die het volgen van Jezus in de weg komen te staan.

Onderwerping omwille van Jezus

Maar vaak merk ik dat we grote uitspraken doen over de overheid en de maatregelen zonder dat we Jezus’ opdracht gehoorzamen om voor de overheid te bidden en het gezag te eren. Dit is vanzelfsprekend in een samenleving die eerbied voor gezag verloren is. Laten we ons daarvan bekeren. Het is onze opdracht om voor de overheden te bidden (1 Timotheüs 2:1-4). Zelfs wanneer ze ons zouden beledigen en vervolgen (Mattheüs 5:44).

Verootmoedig je daarom, bid om liefde voor het gezag wat de Heere over je gesteld heeft, zodat het pijn doet wanneer je ongehoorzaam moet zijn om risico’s te nemen voor het geestelijke en eeuwige welzijn van ons land. Niet in de geest van de wereld, in opstandigheid, in een geest van vreesachtigheid, maar in de geest van kracht, liefde en bezonnenheid (2 Timotheüs 1:7).

We hebben de Geest van de martelaren nodig en moeten ons zoals de discipelen voorbereiden en bidden om kracht uit de hoogte zodat we moedig ons leven geven voor onze naaste en zelfs standvastig zullen zijn wanneer de overheid zich ontaard in een wrede corrupte overheid zoals Rome die Christenen als fakkels gebruikte, of Herodes die kleine kinderen vermoordde. Het was deze overheid waar Jezus en Zijn volgelingen zich in gehoorzaamheid aan onderwierpen.

Jezus en de overheid

Jezus Christus, onze Aanvoerder en ons Voorbeeld, kende de wreedheid van het Romeinse Rijk. Hij wist hoe de Romeinen het heilige land ingenomen hadden en het Joodse volk aan zich onderworpen hadden. Hij wist waarvoor zijn ouders met Hem naar Egypte gevlucht waren, Hij wist op welke gruwelijke manier Hij door die regering ter dood gebracht zou worden en Hij wist hoe de stad van God binnen zeventig jaar met de grond gelijk gemaakt zou worden, en Hij wist dat ze daarvoor geoordeeld zouden worden. God zou het niet ongestraft laten.

Toch riep Hij Zijn volgelingen op om deze wrede indringers te gehoorzamen en hun regeringsleiders te geven wat hen toekomt.

“Zeg ons dan: Wat denkt U? Is het geoorloofd de keizer belasting te betalen of niet? Maar Jezus, die hun boosaardigheid kende, zei: Huichelaars, waarom verzoekt u Mij? Toon Mij de belastingmunt. En zij brachten Hem een penning. En Hij zei tegen hen: Van wie is deze afbeelding en het opschrift? Zij zeiden tegen Hem: Van de keizer. Toen zei Hij tegen hen: Geef dan aan de keizer wat van de keizer is, en aan God wat van God is. En toen zij dit hoorden, verwonderden zij zich; en zij verlieten Hem en gingen weg.” (Mattheüs 22:17-22)

Reken maar dat die belasting niet altijd een zuivere bestemming had.

Jezus’ volgelingen en de overheid

Ook Paulus die de vervolging van Rome kende en wist welk onrecht de volgelingen van Jezus werd aangedaan, kende de geest van Christus en zei: “Ieder mens moet zich onderwerpen aan de gezagsdragers die over hem gesteld zijn, want er is geen gezag dan van God, en de gezagsdragers die er zijn, zijn door God ingesteld.” (Romeinen 13:1)

Ook tegen Titus zegt hij: “Herinner hen eraan dat zij de overheden en machten onderdanig behoren te zijn, dat zij hun gehoorzaam zijn en dat zij tot elk goed werk bereid zijn, dat zij niemand belasteren, niet strijdlustig zijn maar welwillend, en alle zachtmoedigheid bewijzen aan alle mensen.” (Titus 3:1-2)

En Petrus, die eerst wel de aanvoerder van het verzet kon worden heeft van Jezus geleerd:

“Onderwerp u dan omwille van de Heere aan alle menselijke orde, hetzij aan de koning, als hoogste machthebber, hetzij aan de stadhouders, als mensen die door hem gezonden worden tot straf van de kwaaddoeners, maar tot lof van hen die goeddoen. Want zo is het de wil van God, dat u door goed te doen het onverstand van de dwaze mensen de mond snoert; als vrije mensen, maar niet alsof u de vrijheid hebt als een dekmantel voor slechtheid, maar als dienstknechten van God. Houd iedereen in ere; heb al uw broeders lief; vrees God; eer de koning.” (1 Petrus 2:13-17)

Zeker, Petrus kende het gevaar waarin volgelingen van Jezus verkeerden, dat ze terwijl ze goeddeden, toch gestraft zouden worden. Dit weerhoudt hem er niet van om hen op te roepen tot onderwerping aan gezag en hij laat zien dat juist onterecht lijden een voorrecht is.

“Want dat is genade, als iemand om het geweten voor God dingen verdraagt die hem pijn doen, en daarbij ten onrechte lijdt. Want wat voor roem is er als u het geduldig verdraagt wanneer u zondigt en daarvoor slagen ontvangt? Maar als u het geduldig verdraagt wanneer u goeddoet en daarvoor lijdt, is dat genade bij God. Want hiertoe bent u geroepen, omdat ook Christus voor ons geleden heeft; Hij laat  ons zo een voorbeeld na, opdat u Zijn voetsporen zou navolgen” (Mattheüs 19:21)

Deze genade hoeven we niet op te zoeken, maar zeker hoeven we voor die genade niet wegvluchten door ongehoorzaam te zijn en ongeduldig en onverdraagzaam op te staan tegen het gezag vanwege onze eigen zaak en niet omwille van Christus. Nee, het is enkel genade wanneer we omwille van Christus lijden, niet wanneer we vanwege onze eigen wijsheid lijden.

Vrijmoedige geloofsongehoorzaamheid

We volgen het stemmeloze Lam in zachtmoedigheid, in nederige dienstbaarheid aan de wereld en als dat moeilijk wordt en er tegenstand komt, verheugen we ons dat we waardig geacht worden om vanwege de zaak van Christus “niet alleen in Hem te geloven, maar ook voor Hem te lijden” (Filippenzen 1:29). Dan zijn we gelukkig, dan zal ons loon groot zijn, als we omwille van de Zoon des mensen, verstoten worden, gesmaad worden en onze naam door het slijk gehaald wordt (Lukas 6:22‭-‬23)

We zijn vrijmoedig ongehoorzaam en bereid de gevolgen van geloofsongehoorzaamheid te dragen wanneer de onderwerping aan het gezag het volgen van de Heere Jezus in de weg staat. We zijn God meer gehoorzaam dan mensen (Handelingen 5:29).

Laten we het vuur van de martelaren voor ogen houden en niet terugschrikken en in de slachtofferrol kruipen als we, samen met de rest van de wereld, wat meer afstand moeten houden en een mondkapje moeten dragen, of dat nu terecht is of niet. Ook wanneer de overheid ons opdraagt om vanwege de veiligheid met minder mensen tegelijk samen te komen, gaat dat niet in tegen Jezus opdracht om samen te komen, of die zorgen om de veiligheid nu terecht zijn of niet.

Zeker, we moeten ons net zo veel zorgen maken om de gevolgen van de maatregelen als om de gevolgen van het virus. We begrijpen de zorgen om het virus en zeker ook de zorgen rondom de invloed van de overheid op het samenkomen. Er zijn genoeg voorbeelden van onderdrukking door de overheid in naam van wetenschap en volksgezondheid (lees daarvoor alleen al de verhalen van vervolgde Christenen in de voormalige Sovjet-Unie). Ja, we geven om al het lijden, lijden door ziekte en lijden door maatregelen, en vooral om eeuwig lijden. We zoeken daarom altijd naar mogelijkheden om, namens Jezus, vrijmoedig op te komen voor hen die Zijn licht en leven nodig hebben, we zijn daarvoor bereid risico’s te nemen en zelfs ons leven te geven zoals Jezus zich gaf voor ons.

Maar wat volgelingen van Jezus vandaag betreft, we mogen Hem gehoorzamen in het navolgen van de maatregelen die de regeringsleiders die Hij over ons gesteld heeft nodig achten en we mogen Hem gehoorzamen in het samenkomen om elkaar aan te sporen en toe te rusten Jezus’ te volgen, om onze lampen vullen met olie om te schijnen in deze wereld en klaar te zijn om de Bruidegom te ontmoeten. Ze sluiten elkaar nog niet uit.

Heiligende invloed

In onze liefdevolle onderwerping aan het gezag dat God over ons gesteld heeft en in onze vrijmoedige ongehoorzaamheid wanneer de overheid iets van ons vraagt wat de Bijbel verbiedt of als de overheid iets verbied wat de Bijbel van ons vraagt, zoeken we in gebed naar mogelijkheden om Jezus’ heiligende invloed uit te oefenen op het gezag voor het tijdelijke en eeuwige welzijn van onze omgeving. We mogen Jezus stem laten horen in gesprekken met hen die over ons gesteld zijn.

Veel volgelingen van Jezus hebben door de eeuwen heen Zijn invloed mogen uit oefenen op de overheid zoals Paulus zich met eerbied verdedigde voor het Romeinse gezag. Naast gebed kan God ook zo de harten van hen die over ons gesteld zijn veranderen en overtuigen zodat we ons, zonder ongehoorzaam te hoeven zijn, in kunnen blijven zetten voor het geestelijke en eeuwige welzijn zoals Hij dat door de eeuwen heen steeds weer gedaan heeft.

Ben je er klaar voor?

Ben je klaar om je omwille van Jezus te onderwerpen aan de overheid, ook als je het niet begrijpt en je leven daardoor moeilijker wordt? Ben je klaar om ongemak te verdragen omwille van je naaste en je leven te geven zoals Jezus Zijn heerlijkheid verliet en Zijn leven gaf voor jou? En ben je klaar om omwille van Jezus risico’s te nemen en Hem zo nodig meer gehoorzaam te zijn dan het aardse gezag voor het geestelijke en eeuwige welzijn van je omgeving? Ben je klaar om dit met eerbied en zachtmoedigheid te verantwoorden wanneer daarom gevraagd wordt?

Dit is de tijd om ons voor te bereiden. Bereid je voor, geknield met een open Bijbel. Bereid je voor, niet door elkaar op te zetten tegen het gezag, noch tot angst voor overheid, noch tot angst voor een virus, maar door elkaar aansporen om vervuld met de liefde van de Heere Jezus, met Zijn Heilige Geest, in nederigheid en vrijmoedigheid Zijn licht en leven te verspreiden nu ook de geestelijke nood toeneemt.

Volg Jezus, als schapen onder de wolven, moedig als de leeuwen, sluw als de slangen en onschuldig als de duiven. God zelf zal om ons heen zijn als een vurige muur, Hij gaat mee zelfs door het diepste water. Met lampen vol olie heeft Hij ons aangesteld tot een licht in de ze donkere wereld en tot redding van de uithoeken van de aarde.

Onder Zijn met bloed besmeurde vlag moeten we nederig knielen en moedig opstaan om uit te gaan als de wereld zich in angst verschuilt. Om Jezus, de hoop voor de volken, het Lam dat geslacht is, ten toon te stellen, tot genezing van de heidenvolken.

Heere, maak ons zacht en moedig.