De Zaaier (Lukas 8:4-15)

Sinds we in Borssele wonen, proberen we elke zondagavond een rondje te lopen. We kunnen de route door het bos naar het water kiezen, of de route door het korenveld.

In het korenveld zie je eerst kleine groene halmpjes, vervolgens een prachtige gouden zee van halmen die vol koren zitten. Maar toen we de halmen afgelopen zondag bekeken, waren ze zwart geworden. De maaiers waren te laat. Als de velden wit zijn om te oogsten, moeten we oogsten, niet blijven zitten en wachten. We moeten bidden of gaan!

Want de Koning verlangd vrucht, veel vrucht, voor de tijd van de oogst voorbij is.

Johannes 15:8
Hierin wordt Mijn Vader verheerlijkt, dat u veel vrucht draagt en Mijn discipelen bent.

Broeder, zuster, draag je vrucht? Dit is de ernstige vraag van deze tekst. Blijf je vruchten dragen? Wat gebeurt er in je leven als je het Woord van het Koninkrijk hoort, als je hoort over de grote Koning, wordt je veranderd door het Woord en leef je het Woord?

Kinderen, wat doen jullie als jullie uit de Bijbel lezen of naar een preek luisteren? Het geeft niet als je niet alles kunt volgen, en nog niet alles begrijpt, want ik ga heel veel zeggen, het wordt een heel lang verhaal, maar als de Bijbel open gaat, als er een Woord van God gesproken wordt, dan kan dat je leven veranderen. Luister daarom goed om te horen of er iets is wat je wel begrijpt.

De Heere wil jullie leren om zo te leven dat je straks blij bent om de Koning te zien en niet bang hoeft weg te kruipen omdat je alleen maar voor jezelf geleefd hebt. De Heere is als een boer die gaat zaaien, en wat wil de boer dan graag zien? Dat het land leeg blijft? Dat wil de duivel. Hij stuurt vijandige vogels die alles wat je hoort weg willen pikken, de duivel doet net alsof het veel te moeilijk en te zwaar is om de Koning te volgen, en hij wil je met het mooiste speelgoed afleiden zodat je niet te veel aan de Heere Jezus denkt, en al zeker niet doet wat Hij vraagt. Daar gaat het vanmiddag over. Over dat wat de Koning zegt, en hoe wij zo vaak niet luisteren, maar ook dat Hij je wil helpen om te luisteren. Dan ben je als een korenhalm die veel vrucht draagt.

Lukas 8
Toen nu een grote menigte bijeenkwam en ze van alle steden naar Hem toe kwamen, zei Hij met een gelijkenis: 5 Een zaaier ging eropuit om zijn zaad te zaaien. En toen hij zaaide, viel het ene deel langs de weg, en het werd vertrapt en de vogels in de lucht aten het op. 6 En een ander deel viel op de rots, en toen het opgegroeid was, verdorde het door gebrek aan vocht. 7 En een ander deel viel te midden van de dorens, en de dorens, die mee opgroeiden, verstikten het. 8 En een ander deel viel in de goede aarde en toen het opgegroeid was, bracht het honderdvoudige vrucht voort. Toen Hij dit gezegd had, riep Hij: Wie oren heeft om te horen, laat hij horen. 9 En Zijn discipelen vroegen Hem: Wat betekent deze gelijkenis? 10 Hij zei: Aan u is het gegeven de geheimenissen van het Koninkrijk van God te kennen, maar tot de anderen spreek Ik in gelijkenissen, opdat zij niet zien, ook al zien zij, en niet begrijpen, ook al horen zij. 11 Dit is de gelijkenis: Het zaad is het Woord van God. 12 Zij bij wie langs de weg gezaaid wordt, zijn zij die het horen; maar daarna komt de duivel en neemt het Woord uit hun hart weg, opdat zij niet geloven en zalig worden. 13 Zij bij wie op de rots gezaaid wordt, zijn zij die het Woord met vreugde ontvangen, wanneer zij het gehoord hebben. Maar dezen, die maar voor een bepaalde tijd geloven, hebben geen wortel, en in een tijd van verzoeking worden zij afvallig. 14 En bij wie het zaad in de dorens valt, dat zijn zij die het hebben gehoord, maar die gaandeweg door de zorgen en rijkdom en genietingen van het leven verstikt worden en geen vrucht dragen. 15 En waar het zaad in de goede aarde valt, dat zijn zij die het Woord horen, het in een oprecht en goed hart vasthouden, en in volharding vruchten voortbrengen.

1. Waarom de Heere Jezus gelijkenissen gebruikte (Vers 4, 10)
2. Drie vruchteloze harten (Verzen 5-7, 12-14)
3. Een vruchtbaar hart (Vers 8, 15)

Deze gelijkenis wordt zowel door Mattheüs, Markus als Lukas opgeschreven. Lukas heeft de meest compacte geschreven wat ons wat meer overzicht geeft, maar soms zullen we de andere versies erbij nemen om het wat beter te begrijpen.

1. Waarom de Heere Jezus gelijkenissen gebruikte (Vers 4, 10)

Vers 10
Toen nu een grote menigte bijeenkwam en ze van alle steden naar Hem toe kwamen, zei Hij met een gelijkenis…

We beginnen in het midden, vers 10. De Heere Jezus gebruikte hier een gelijkenis. Niet om iets duidelijk te maken, zoals je zou denken, maar om iets te verbergen. Hij wilde geheim onderwijs geven aan degenen die oren hadden om te horen, oftewel aan hen die verlangden naar de geestelijke werkelijkheid van Zijn Woorden.

Zoals in Jesaja 6:8-10 stond geprofeteerd:

Toen zei Hij: Ga en zeg tegen dit volk: Luister voortdurend, maar u zult het niet begrijpen. Zie voortdurend, maar u zult het niet opmerken. 10 Maak het hart van dit volk vet, en stop hun oren toe, en sluit hun ogen; anders zullen zij met hun ogen zien, en met hun oren horen, en met hun hart begrijpen en zich bekeren, en zal Hij hen genezen.

Dit is Gods oordeel, Zijn soevereiniteit over gevallen opstandige zondaren. Dit is rechtvaardig, als we ons van Hem afkeren is het terecht dat Hij ons laat liggen in de zonde en onder Zijn toorn. Dat we blind blijven voor het Evangelie, verblind door de god van deze eeuw:

2 Korinthe 4:3-4
Maar in het geval dat ons Evangelie nog bedekt is, dan is het bedekt in hen die verloren gaan. 4 Van hen, de ongelovigen, geldt dat de god van deze eeuw hun gedachten heeft verblind, opdat de verlichting met het Evangelie van de heerlijkheid van Christus, Die het beeld van God is, hen niet zou bestralen. 

Dit zie je zo vaak, we preken het Evangelie maar het veranderd niemand. De mensen lopen door, verblind door de god van de eeuw, ze komen zondag aan zondag naar de kerk en het licht van Jezus heerlijkheid raakt hen niet, ze zien het niet. Hun ogen zijn gesloten voor Zijn heerlijkheid, hun hard is verhard. Je ziet niks in Jezus en alles in jezelf. Zie je meer in jezelf en in het plezier van de zonde dan in Jezus?

Daarom sprak Jezus in gelijkenissen, om iets te verbergen voor degenen die zichzelf en deze wereld willen.

Betekent dit dat wij in bedekte termen, tale Kanaäns, geheimzinnig moeten spreken over de dingen van de Heere Jezus en Zijn Koninkrijk? Moeten we dubbelzinnige dingen leren kennen die de Bijbel niet leert maar tussen de regels verstop zitten? Zoals “bedekte schuld is nog geen vergeven schuld.” “Er steeds weer achter moeten komen dat je niks anders bent dan een onbekeerde zondaar.” Dat je “iets moet leren van het geluk van Gods volk en jouw ongeluk, en dat het geluk van Gods volk dan het inleven is van het eigen ongeluk.” Wat een ernstige en nederig klinkende woorden: “Ik zie nu zoveel waardigheid in God dat ik liever met God verloren zou gaan, als zonder God zalig worden.”

Zo’n oude lieve oma uit Nieuwdorp, waarover mijn moeder zei “Dat was een echte hoor,” had dit zo ervaren en nu is dat een kenmerk geworden van echt geestelijk leven, van goede geploegde grond. Een echte vrucht van genade, dat je liever verloren gaat met God dan gered zonder God, hoe dat ook werkt! “Je moet maar niet te veel spreken van de Heere, voor je dit hebt ingeleefd.”

Dat dit zo beleeft word, kan zijn, maar dat het zo gepreekt wordt niet! De Bijbel spreekt niet zo! Zeker, besef dat het rechtvaardig is dat de Heere je verloren laat gaan in je zonde, dat Hij je hart en oren dicht laat zitten zodat je Zijn liefdevolle uitnodiging niet hoort en gehoorzaamd. En aanbid vol vrees en eerbied zo’n heilige, soevereine en eerlijke God, heb deze God lief met heel je hart, ook als alles in je in opstand komt tegen Zijn soevereiniteit. Heb Hem lief, maar negens in Gods Woord moet dit jou dringen tot een passieve overgave aan Zijn toorn om dan maar verloren te gaan. Hij dringt je, laat je met Mij verzoenen!

Dat is het Woord wat in je hart valt vanmiddag, wat verkondigd moet worden, wat je met vreugde aan mag en moet nemen, dit Woord mag je gehoorzamen. Al het andere is geestelijke strijd, ontketend door vijandige vogels van Satan die je van Hem af willen houden, of ze daar nu Gods eigen Woord voor gebruiken, indrukken van Zijn kinderen of pure leugens.

En als we preken kunnen we daar zo makkelijk aan bijdragen. Ik kan gebruikt worden door vijandige vogels. Daarom is preken, of het spreken van Gods Woord zo ernstig. We kunnen zo makkelijk dingen zeggen die een klein plantje verstikken. We kunnen zo makkelijk ontmoedigen in plaats van aanmoedigen. Zo’n ziel verlangend naar de Heere Jezus, en vol van Zijn liefde… hoort dat het zomaar niet gaat. We zaaien twijfel in plaats van waarheid.

Dit is de heldere boodschap van Gods Woord, het Koninkrijk is nabij, bekeer je en geloof om alle geestelijke zegeningen in Christus te ontvangen, op dit moment, heden, wat een rijkdom! Verdraai dit niet of keer het niet om om geestelijker en rechtzinniger te worden dan de Bijbel.

Want ook de discipelen, die niet verhard en verblind de Heere Jezus wilden verwerpen, begrepen de gelijkenissen in eerste instantie niet. Het was dus geen geheime kennis die je zonder uitleg tussen de regels moest lezen, maar die God wilde uitleggen aan degenen die ernaar verlangden.

Maar wat de Heere wil is dat we zoals de discipelen vragen om uitleg, dat is Zijn doel. “Heere, wat betekent dit!”

Als ze vragen wat het betekent zegt de Heere Jezus niet, “Ja, als je daar eens wat van mag beseffen.” “Als je ogen daar eens voor open gaan, dan zul je het begrijpen.” Nee, Hij wil het uitleggen!

Als je iets tegen komt in de Bijbel wat je niet begrijpt, bid dan, “Heere, laat het me zien, laat me de geestelijke werkelijkheid hier van zien.” Dat verheerlijkt Hem, zo maakt Hij een scheiding tussen de grote menigte luisteraars op de oever, daar bij de zee, zoals Mattheüs vertelt. Scheiding tussen harde onbuigzame harten die geen onderwijs willen maar liever nog een wonder zien, en zachte voorbereidde harten die ernaar verlangen om meer te leren van deze Koning, om die Koning zelf te kennen en te leren leven op een manier die bij Zijn Koninkrijk past.

En zo wil de Heere Jezus het uitleggen.

2. Drie vruchteloze harten (Verzen 5-7, 12-14)

Allereerst zien we dat er een zaaier op pad gaat om te zaaien (vers 5). Hij zaait wijd en overvloedig, het komt overal terecht. De oproep van het Koninkrijk komt daarom niet alleen tot de uitverkorenen, Christus heeft een boodschap voor de hele wereld. Hij beveelt iedereen die hij tegen komt, het Koninkrijk is dichtbij, bekeer je en geloof!

De vervolgde eerste volgelingen van deze Koning deden het Hem na:

Handelingen 8:4
Zij dan die overal verspreid waren, trokken het land door en verkondigden het Woord.

En zo gaan wij in de heggen en de steggen, in Goes en Ovezande, op straat en langs de deuren, met folders en op internet, iedereen moet de boodschap horen. Het goede nieuws van het Koninkrijk.

We bouwen geen kassen om daar met genetisch gemanipuleerd zaad, een aangepaste boodschap, te spelen met het Evangelie. We zaaien het zaad wat we ontvangen hebben, in heel de wereld, we verkondigen het niet anders dan we het gehoord hebben.

En we blijven trouw, dat vraagt de Heer van de Oogst. Of het zaad nu op komt of niet.

Want de Heere Jezus laat zien dat we kunnen verwachten dat het op drie manieren vruchteloos zal blijven.

Vers 5
En toen hij zaaide, viel het ene deel langs de weg, en het werd vertrapt en de vogels in de lucht aten het op.

En de Heere Jezus legt het uit:

Vers 12
Zij bij wie langs de weg gezaaid wordt, zijn zij die het horen; maar daarna komt de duivel en neemt het Woord uit hun hart weg, opdat zij niet geloven en zalig worden. 

Vanmiddag fladderen er smerige vijandige vogels van Satan door dit gebouw, die je afleiden en het Woord van God uit je hart wegroven. Dat is het doel van Satan. Hij is gekomen om te stelen, te slachten en verloren te laten gaan (Johannes 10:10).

Hij is een dief die woorden van waarheid wegpikt zodat je Zijn vuile leugens blijft geloven. Zodat je de Heere Jezus niet gelooft, zodat je niet het Woord van het Koninkrijk gelooft en gered wordt.

O, hoe heerlijk zou het zijn als we net zo verlangden naar het Woord van Christus als die smerige vogels van Satan. Zij zitten al de hele middag te wachten tot er een zaadje valt en proberen het zo snel mogelijk weg te pikken. Als je vanmiddag het Woord hoort, het vanavond leest en er deze week over nadenkt, jaag die vogels dan weg. Laat je hart niet platlopen door de week door alle leugens die je tot je neemt, verhard je hart niet als je Zijn stem hoort, maar geef je over. Laat alles los wat er zomaar voor kan zorgen dat je vergeet wat je gehoord hebt en vruchteloos blijft.

Hoe hard is jouw hart? Is je hart ontvankelijk? Dringt het Woord door in je hart? Kan het wortel schieten in je hart, blijf je er over nadenken?

Het volgende hart lijkt in eerste instantie ontvankelijk.

Vers 6
En een ander deel viel op de rots, en toen het opgegroeid was, verdorde het door gebrek aan vocht. 

En dit is hoe de Heere Jezus dit uitlegt:

Vers 13 
Zij bij wie op de rots gezaaid wordt, zijn zij die het Woord met vreugde ontvangen, wanneer zij het gehoord hebben. Maar dezen, die maar voor een bepaalde tijd geloven, hebben geen wortel, en in een tijd van verzoeking worden zij afvallig.

Je hebt het woord met vreugde aangenomen, het is in je hart geplant, er waren geen smerige vogels die het wegpikten. Je dacht erover na, je geloofde het Woord. Dit is heerlijk! Je ziet de heerlijkheid van de Heere Jezus, je knielt neer voor Hem als de je Koning, Hij mag het voor het zeggen hebben in je leven, maar je beseft niet wat het je zal gaan kosten.

Het zaad viel in een hart wat een laagje zachte nieuwsgierigheid kende, maar verder ben je hard. Diep van binnen ben je hard. Zoals Mattheüs het verwoord, komt de zon op en verschroeid het kleine plantje wat was gaan groeien.

1 Petrus 4:12
Geliefden, laat de hitte van de verdrukking onder u, die tot uw beproeving dient, u niet bevreemden, alsof u iets vreemds overkwam. 13 Maar verblijd u naar de mate waarin u gemeenschap hebt aan het lijden van Christus, opdat u zich ook in de openbaring van Zijn heerlijkheid mag verblijden en verheugen.

Jakobus 1:2-12
Acht het enkel vreugde, mijn broeders, wanneer u in allerlei verzoekingen terechtkomt, 3 want u weet dat de beproeving van uw geloof volharding teweegbrengt.

De hitte van verdrukking, de zon steekt alle plantjes, alle gelovigen. Maar zonder wortels, met een hard hart zul je het niet vol houden.

Broeders en zusters, zul jij voor een tijd geloven? Is de Heere Jezus je alle tegenstand waard of zul je uiteindelijk liever opgeven omdat je liever je zonde hebt?

Ben je geworteld in de liefde voor God of wil je eigenlijk voor jezelf leven, verhard en onbuigzaam onder de liefdevolle hand van Koning Jezus?

Even ga je mee in alles wat de Koning van je vraagt, maar als het jezelf kost, als je tegenstand krijgt en verdrukking moet verdragen geef je op, je stoot het Woord af, het verdord en ook jij zult verdorren! Dit is een tijd geloof. Geloof voor een bepaalde tijd. Je gelooft even maar je verwerpt de heerlijkheid van Christus als het moeilijk wordt en het wat gaat kosten!

De politie staat aan de deur en wil je kinderen meenemen omdat je ze leert wat God leert over de zonde waartoe ze geneigd zijn, het kwaad wat in hun hart leeft (ze zeggen dat het psychologisch zo schadelijk is), je leert ze over man en vrouw, over het huwelijk. Je zegt dat Jezus Koning over je is, maar als je hem wilt volgen om Hem als de enige weg aan te prijzen en je buurman minacht je, plaagt je en maakt het je zo moeilijk mogelijk, wat doe je dan? Hou je dan vol? Kies je er met Mozes voor om “liever met het volk van God slecht behandeld te worden dan voor een ogenblik het genot van de zonde te hebben.”

Of zul je Hem verloochenen, stort heel je huis in als de storm op steekt? Laat je alles achter en keer je terug als een hond naar zijn braaksel?

Dat gebeurt als het zaad op de rotsen valt.

Vers 7
En een ander deel viel te midden van de dorens, en de dorens, die mee opgroeiden, verstikten het.

En hier weer de uitleg van de Heere Jezus:

Vers 14
En bij wie het zaad in de dorens valt, dat zijn zij die het hebben gehoord, maar die gaandeweg door de zorgen en rijkdom en genietingen van het leven verstikt worden en geen vrucht dragen.

Het heerlijke Evangelie viel in je hart, je denkt erover na. Je bent er vol van, maar uiteindelijk blijkt dat er nog zoveel andere uitwassen van slechtheid en zonde in je leven groeien. En misschien blijf je straks met je mond belijden, maar je hart is ver van God. Je leeft niet voor de vrucht maar voor de dorens.

De duivel laat je al je rijkdommen zien, op zichzelf niet slecht, je hebt ze van de Heere gekregen, en misschien wil je ze ook wel voor de Heere gebruiken. Maar het vraagt zoveel van je dat het Woord wat gezaaid is niet vruchtbaar is. Je hoort het wel, maar bent niet gehoorzaam. Je vestigt je hoop op de onzekerheden van je rijkdommen waar Paulus voor waarschuwt, en niet op de levende God, de Gever. Dat merk je als je rijkdommen bedreigt worden, dan merk je hoe vast je er aan zit. Daarom heeft de Heere vasten gegeven, om te beproeven hoe vast je aan de dingen van deze wereld zit.

Of de zorgen van het leven, je kinderen, de zwangerschap, wat mensen over je denken, hoe je rond moet komen. Alles neemt je zo in beslag. Jezus is er geen Koning over en het leidt je af. Het verstikt je leven. Het verlamd je om te gehoorzamen, om de Koning te volgen!

2 Timotheüs 4:10
Demas heeft mij verlaten, omdat hij de tegenwoordige wereld heeft liefgekregen. 

Belijd jij met je mond de Heere Jezus, maar is je leven overwoekerd door alle zorgen van dit leven of je rijkdommen? Neemt het de plek in van het Woord en vruchten, overschaduwen de dorens je hart zodat er geen plek is voor het Woord, laat staan voor gehoorzaamheid?

Misschien heb je de heerlijkheid geproefd, misschien ben je Christus gaan volgen. Maar wil je het liefst opgeven. O geef niet op, houd vol, volhard tot het einde om die kroon te ontvangen en te eten van de Boom des levens! Geef niet op want de Bijbel geeft je niet nog een offer voor je zonde. Verwerp Hem niet, wordt niet afvallig! Want het einde zal verbranding zijn. De brandende hel.

Hebreeën 6:4-10
Want het is onmogelijk om hen die eens verlicht zijn geweest, die de hemelse gave geproefd hebben en deelgenoot zijn geworden van de Heilige Geest, 5 en die het goede Woord van God geproefd hebben en de krachten van de komende wereld, 6 en die daarna afvallig worden, weer opnieuw tot bekering te brengen, omdat zij voor zichzelf de Zoon van God opnieuw kruisigen en openlijk te schande maken. 7 Want de aarde die de regen indrinkt, die er dikwijls op valt, en die nuttig gewas voortbrengt voor hen door wie hij ook bewerkt wordt, ontvangt zegen van God. 8 Maar de aarde die dorens en distels voortbrengt, is verwerpelijk en de vervloeking nabij, waarvan het einde tot verbranding leidt. 9 Ook al spreken wij zo, geliefden, wat u betreft zijn wij echter overtuigd van betere dingen, die met de zaligheid samenhangen. 10 Want God is niet onrechtvaardig dat Hij uw werk zou vergeten en de liefdevolle inspanning die u Zijn Naam bewezen hebt, doordat u de heiligen gediend hebt en nog dient.

O, broeders en zusters, drink Gods Woord, wordt vervuld met de Geest, draag vrucht! Breng nuttig gewas voort en ontvang de zegen! Ik ben wat jullie betreft ook overtuigd van betere dingen die met de zaligheid samenhangen! Hij ziet je jullie gehoorzaamheid, niet alleen hoorders van het Woord, maar daders van het Woord: dat is de vrucht die Hij verlangt, dat verheerlijkt de Vader.

Vers 8
En een ander deel viel in de goede aarde en toen het opgegroeid was, bracht het honderdvoudige vrucht voort.

En zo legt de Heere Jezus het zelf uit:

Vers 5
En waar het zaad in de goede aarde valt, dat zijn zij die het Woord horen, het in een oprecht en goed hart vasthouden, en in volharding vruchten voortbrengen.

Draag je vruchten, en volhard je in het dragen van vrucht? Met of zonder rijkdommen, met of zonder verdrukking?

De Heere Jezus zegt in Johannes 15:

Elke rank die in Mij geen vrucht draagt, neemt Hij weg; en elke rank die vrucht draagt, reinigt Hij, opdat zij meer vrucht draagt. 3  U bent al rein vanwege het woord dat Ik tot u gesproken heb. 4 Blijf in Mij, en Ik in u. Zoals de rank geen vrucht kan dragen uit zichzelf, als zij niet in de wijnstok blijft, zo ook u niet, als u niet in Mij blijft. 5 Ik ben de Wijnstok, u de ranken; wie in Mij blijft, en Ik in hem, die draagt veel vrucht, want zonder Mij kunt u niets doen. 6 Als iemand niet in Mij blijft, wordt hij buitengeworpen zoals de rank, en verdort, en men verzamelt ze en werpt ze in het vuur, en zij worden verbrand. 7 Als u in Mij blijft en Mijn woorden in u blijven, vraag wat u maar wilt en het zal u ten deel vallen. 8 Hierin wordt Mijn Vader verheerlijkt, dat u veel vrucht draagt en Mijn discipelen bent.

Vrucht dragen als discipelen, als leerlingen van Christus die gezegd heeft: Kom naar Mij toe, allen die vermoeid en belast bent, en Ik zal u rust geven. 29 Neem Mijn juk op u, en leer van Mij dat Ik zachtmoedig ben en nederig van hart;  en u zult rust vinden voor uw ziel; 30  want Mijn juk is zacht en Mijn last is licht.

Leer van Christus te leven zoals Hij dat als je Koning van je verlangd in Zijn Koninkrijk, leer de Wet van Zijn Koninkrijk kennen, leer alles te onderhouden wat Hij geboden heeft. De een zal meer leren dan de ander, de en honderd, de ander vijftig en weer een ander dertigvoudig, maar leer van Hem!

Daarom ben jij gestorven, zoals een tarwegraan, opdat je vrucht zult dragen:

Romeinen 7:4-6
Zo, mijn broeders, bent u ook door het lichaam van Christus gedood met betrekking tot de wet, opdat u aan een Ander zou toebehoren, namelijk aan Hem Die uit de doden opgewekt is, opdat wij vrucht zouden dragen voor God. 5 Want toen wij in het vlees waren, waren de hartstochten van de zonden, die geprikkeld worden door de wet, in onze leden werkzaam om vrucht te dragen voor de dood. 6 Maar nu zijn wij ontslagen van de wet, gestorven aan dat waaraan wij vastgebonden zaten, zodat wij in nieuwheid van Geest dienen, en niet in oudheid van letter.

Galaten 5:22
De vrucht van de Geest is echter: liefde, blijdschap, vrede, geduld, vriendelijkheid, goedheid, geloof, zachtmoedigheid, zelfbeheersing.

Dit is de vrucht die de Heere Jezus verlangt. En dit is de vrucht die Hij laat groeien. Je vrucht is uit Hem! Niet een depressief leven van groter zondaar worden voor God, al zit daar iets Bijbels in, of zo’n onzekerheid over je verlossing dat je op je sterfbed nog moet uitroepen… “nog zo onbekeerd.”

Neem het Woord met vreugde aan, ontvang het Woord! Zoals de eerste gelovigen op de Pinksterdag. Het met vreugde aannemen is geen teken van een tijdgeloof, het ontvangen van het Woord is niet waar de Heere Jezus hier voor waarschuwt. Die waarschuwingen komen van de tegenstander zelf die je tegen wil houden om het Woord aan te nemen met vreugde. Het zijn smerige vogels die zo het Woord wegpikken, terwijl er soms een ziel zo verlangd naar de Heere Jezus, maar ze mag het nog niet aannemen “omdat het niet zomaar gaat.”

Als je gelooft en niet volhoudt, als je gelooft en geen vruchten draagt had je een tijd geloof. Dat weet je pas achteraf.

Als je nu naar al die gronden kijkt en je denkt dat je herkent jezelf, onthoudt dan dat dit niet je leven bepaald. De Heere Jezus zegt niet dat als je nu hard bent en het Woord niet begrijpt, je het morgen als je het hoort ook niet begrijpt. Hij kan je stenen hart weg nemen en je een oprecht, goed en ontvankelijk hart geven, een zacht en vruchtbaar hart wat door de Geest geleid wordt.

Moet je daar op wachten? Nee, wachten is harde grond, vruchteloos. Maar als de Heere je oproept tot geloof en bekering, geloof dan en breng vruchten voort van geloof en bekering.

Daar gaat dit stukje over, daar gaat het om in je leven, niet of de ploegschaar van de wet al diep genoeg door je ziel is gegaan, of je al zondaar geworden bent voor God, dat ben je! Maar dit stukje gaat erover dat je Zijn Woord hoort en doet.

Er zijn heel veel manieren waarop de Heere een hart voorbereid en kennis van zonde is nodig, want waar zou je je anders van bekeren? Maar wat de Heere hier verlangd is vrucht, daders van het Woord.

Wil je jezelf bedriegen, vertrouw dan op de Heere Jezus en doe niet wat Hij zegt. Hoor het aan, neem het aan, met vreugde of met tranen, zo je wil, maar geef het op als het moeilijk wordt, als je uitgelachen wordt, als het te veel gaat kosten of als de wereld en de zorgen van dit leven belangrijker lijken dan gehoorzaamheid.

Het zal makkelijk zijn om met je mond vol te blijven houden dat je gelooft, om jezelf nog wat te troosten. Maar als je straks niet meer leeft naar wat je zegt te geloven, omdat je de mensen om je heen niet wilt teleurstellen, omdat je werk en gezin zoveel van je vraagt of omdat pornografie je leven verlamt, ben je vruchteloos en zul je verdorren. Het zaad was niet vruchtbaar. Je werd geen dader van het Woord. Geloof groeide niet uit tot gehoorzaamheid. Het werd verstikt.

Nog even terug naar Jesaja 6, ook Paulus haalt dit aan in Handelingen 28:

Handelingen 28
Hij legde het Koninkrijk van God aan hen uit en getuigde ervan, en hij probeerde hen, van ’s morgens vroeg tot de avond toe, zowel uit de Wet van Mozes als uit de Profeten, te bewegen tot het geloof in Jezus. 24  En sommigen lieten zich wel overtuigen door wat er gezegd werd, maar anderen geloofden niet. 25 En zij waren het niet met elkaar eens en zij gingen uiteen nadat Paulus dit ene woord gezegd had: Terecht heeft de Heilige Geest door Jesaja, de profeet, tegen onze vaderen gezegd: 26 Ga naar dit volk toe en zeg: Met het gehoor zult u horen, maar beslist niet begrijpen, en ziende zult u zien, maar beslist niet opmerken, 27 want het hart van dit volk is vet geworden en zij hebben met de oren slecht gehoord, en hun ogen hebben zij dichtgedaan, opdat zij niet op enig moment met de ogen zouden zien en met de oren horen en met het hart begrijpen, en zij zich zouden bekeren en Ik hen zou genezen. 28 Laat het u dan bekend zijn dat de zaligheid van God aan de heidenen gezonden is, en die zullen luisteren.

We proberen geen twijfel aan te praten, we bewegen zondaren tot geloof. We willen ze overtuigen met het Woord van God, net zoals Paulus. We passen het Woord niet aan uit angst dat het te makkelijk aangenomen wordt. De Heer verlangd dat het aangenomen wordt en daar getuigen we van!

En als je je laat overtuigen, als je het betrouwbare Woord wat het aannemen waard is gelooft, laat dat zien dat je niet verhard bent, dat je een nieuw hart hebt, en volg dan het onderwijs van de Heere Jezus over het Koninkrijk.

Wees vruchtbaar, leg alle last en zonde af, alle uitwas van slechtheid, alle dorens van die je lijken te verstikken. Hoop op God, niet op je rijkdom. Wentel je weg en al je zorgen op de Heere, Hij zal uitkomst geven.

Draag vruchten, veel vruchten, als een discipel, een leerling van de Heere Jezus en verheerlijk zo je Vader deze week!