Toen zei Mozes tegen de HEERE: Och Heere, ik ben geen man van veel woorden. Dat ben ik sinds jaar en dag  al niet, zelfs niet vanaf het ogenblik dat U tot Uw dienaar gesproken hebt, want ik spreek onduidelijk en moeizaam. Maar de HEERE zei tegen hem: Wie heeft de mens een mond gegeven? Of wie maakt iemand stom, doof, ziende of blind? Ben Ik het niet, de HEERE?  Nu dan, ga, Ik zal Zelf met uw mond zijn, en u leren wat u spreken moet. (Exodus 4:10-12)


Toen zei Mozes tegen de HEERE: Och Heere, ik ben geen man van veel woorden. Dat ben ik sinds jaar en dag  al niet, zelfs niet vanaf het ogenblik dat U tot Uw dienaar gesproken hebt, want ik spreek onduidelijk en moeizaam. Maar de HEERE zei tegen hem: Wie heeft de mens een mond gegeven? Of wie maakt iemand stom, doof, ziende of blind? Ben Ik het niet, de HEERE?  Nu dan, ga, Ik zal Zelf met uw mond zijn, en u leren wat u spreken moet. (Exodus 4:10-12)


Deze verzen sluiten goed aan bij wat we gister zagen. Mozes zei, “Wie ben ik?” En God zegt, “Ik zal met je zijn.” En nu wordt het specifieker. Mozes zegt, “U roept mij om voor de farao te spreken, de koning van Egypte, en ik ben geen man van veel woorden. Ik kan dit niet.” Maar God zegt, “Wie heeft de mens een mond gegeven? Wie bepaalt of je wel of niet kunt spreken? Ben ik het niet, Yahweh? Ga en doe waartoe ik je roep, ik zal met je mond zijn, ik zal je leren wat je moet spreken.”

Denk erover na in je leven, denk aan de gaven die God je, in zijn genade, gegeven heeft, en denk aan je vaardigheden. Ik denk aan de dingen die ik kan doen. Die dingen gebeuren niet vanzelf. Ze gebeuren bovennatuurlijk. God heeft ze mij gegeven. Geen van onze gaven en vaardigheden komen uiteindelijk van onszelf of op een natuurlijke manier. Ze komen allemaal van God. God is de Gever van al onze gaven en degene die onze vaardigheden voortbrengt. En Hij zorgt ervoor dat die gaven en vaardigheden overeen zullen komen met datgene waartoe Hij ons roept.

Dit zien we door de hele Bijbel heen. God roept ons nooit op om iets te doen waartoe Hij ons ook niet toerust. Daarom kunnen we erop vertrouwen dat Hij zal voorzien. Ja, dat vraagt vaak geloof van ons omdat we ons vaak onbekwaam voelen. We hebben vaak het gevoel dat we het niet kunnen. En hier geeft de wereld ons een peptalk voor ons gevoel van eigenwaarde, “Geloof in jezelf, je kunt het.” Maar de Bijbel roept ons niet op om in onszelf te geloven, maar in God.

God zegt hier niet tegen Mozes, “Hé, vertrouw op jezelf, Mozes, je kunt het.” God zegt tegen Mozes, “Vertrouw op Mij! Ik ben het die bepaalt of iemand kan spreken of niet. Zolang je op Mij vertrouwt, kun je er zeker van zijn dat er voor je gezorgd wordt. Je zult de gaven en vaardigheden hebben om te doen waar Ik je toe geroepen heb.

Deze verzen sluiten goed aan bij wat we gister zagen. Mozes zei, “Wie ben ik?” En God zegt, “Ik zal met je zijn.” En nu wordt het specifieker. Mozes zegt, “U roept mij om voor de farao te spreken, de koning van Egypte, en ik ben geen man van veel woorden. Ik kan dit niet.” Maar God zegt, “Wie heeft de mens een mond gegeven? Wie bepaalt of je wel of niet kunt spreken? Ben ik het niet, Yahweh? Ga en doe waartoe ik je roep, ik zal met je mond zijn, ik zal je leren wat je moet spreken.”

Denk erover na in je leven, denk aan de gaven die God je, in zijn genade, gegeven heeft, en denk aan je vaardigheden. Ik denk aan de dingen die ik kan doen. Die dingen gebeuren niet vanzelf. Ze gebeuren bovennatuurlijk. God heeft ze mij gegeven. Geen van onze gaven en vaardigheden komen uiteindelijk van onszelf of op een natuurlijke manier. Ze komen allemaal van God. God is de Gever van al onze gaven en degene die onze vaardigheden voortbrengt. En Hij zorgt ervoor dat die gaven en vaardigheden overeen zullen komen met datgene waartoe Hij ons roept.

Dit zien we door de hele Bijbel heen. God roept ons nooit op om iets te doen waartoe Hij ons ook niet toerust. Daarom kunnen we erop vertrouwen dat Hij zal voorzien. Ja, dat vraagt vaak geloof van ons omdat we ons vaak onbekwaam voelen. We hebben vaak het gevoel dat we het niet kunnen. En hier geeft de wereld ons een peptalk voor ons gevoel van eigenwaarde, “Geloof in jezelf, je kunt het.” Maar de Bijbel roept ons niet op om in onszelf te geloven, maar in God.

God zegt hier niet tegen Mozes, “Hé, vertrouw op jezelf, Mozes, je kunt het.” God zegt tegen Mozes, “Vertrouw op Mij! Ik ben het die bepaalt of iemand kan spreken of niet. Zolang je op Mij vertrouwt, kun je er zeker van zijn dat er voor je gezorgd wordt. Je zult de gaven en vaardigheden hebben om te doen waar Ik je toe geroepen heb.

God, we danken U voor de gaven en vaardigheden die U ons gegeven hebt. U hebt ons unieke en verschillende gaven en vaardigheden gegeven. Als ik de mensen om mij heen zie met gaven en vaardigheden die ik niet heb, prijs ik U voor de manier waarop U hen gaven gegeven hebt. Tegelijkertijd prijs ik U voor de manier waarop U mij, in Uw genade, gaven en vaardigheden gegeven hebt. God, ik bid voor iedereen die dit nu leest, dat ze zullen beseffen hoe mooi, uniek en creatief U ons gemaakt en toegerust hebt om Uw heerlijkheid in deze wereld bekend te maken.

Help ons om deze gaven goed te beheren. Help ons om ze niet te onderschatten. Help ons om niet op onszelf te vertrouwen, om op onszelf te zien en in onszelf te geloven. God, we bidden dat U ons helpt om op U te vertrouwen, op U te zien en in U te geloven. U bent de Gever van alle goede gaven. Daarom bidden dat U de gaven en vaardigheden die U ons hebt gegeven, neemt en ons vandaag helpt om ze in volkomen afhankelijkheid en vertrouwen op U te gebruiken.

Thuis, op het werk, als we met anderen zijn, help ons dan, o God, werk door Uw genade in en door ons zodat U in ons leven verheerlijkt wordt. God, laat dat zo zijn vandaag en help ons om de hele dag op U te vertrouwen, niet op onszelf. Geef dat we niet in onszelf zullen geloven maar in U. Geef dat we op U zullen zien als de Gever van elke goede gave.

O, dank U wel voor Uw genade in ons, laat het zijn tot grote verheerlijking van U door ons vandaag. We bidden dit in Jezus’ naam. Amen.

Overgenomen van Radical.net


God, we danken U voor de gaven en vaardigheden die U ons gegeven hebt. U hebt ons unieke en verschillende gaven en vaardigheden gegeven. Als ik de mensen om mij heen zie met gaven en vaardigheden die ik niet heb, prijs ik U voor de manier waarop U hen gaven gegeven hebt. Tegelijkertijd prijs ik U voor de manier waarop U mij, in Uw genade, gaven en vaardigheden gegeven hebt. God, ik bid voor iedereen die dit nu leest, dat ze zullen beseffen hoe mooi, uniek en creatief U ons gemaakt en toegerust hebt om Uw heerlijkheid in deze wereld bekend te maken.

Help ons om deze gaven goed te beheren. Help ons om ze niet te onderschatten. Help ons om niet op onszelf te vertrouwen, om op onszelf te zien en in onszelf te geloven. God, we bidden dat U ons helpt om op U te vertrouwen, op U te zien en in U te geloven. U bent de Gever van alle goede gaven. Daarom bidden dat U de gaven en vaardigheden die U ons hebt gegeven, neemt en ons vandaag helpt om ze in volkomen afhankelijkheid en vertrouwen op U te gebruiken.

Thuis, op het werk, als we met anderen zijn, help ons dan, o God, werk door Uw genade in en door ons zodat U in ons leven verheerlijkt wordt. God, laat dat zo zijn vandaag en help ons om de hele dag op U te vertrouwen, niet op onszelf. Geef dat we niet in onszelf zullen geloven maar in U. Geef dat we op U zullen zien als de Gever van elke goede gave.

O, dank U wel voor Uw genade in ons, laat het zijn tot grote verheerlijking van U door ons vandaag. We bidden dit in Jezus’ naam. Amen.

Overgenomen van Radical.net