Zie, al zou Hij mij doden, zou ik niet hopen? Maar toch zal ik mijn wegen voor Zijn aangezicht verdedigen. (Job 13:15)

Zie, al zou Hij mij doden, zou ik niet hopen? Maar toch zal ik mijn wegen voor Zijn aangezicht verdedigen. (Job 13:15)


Een tijd geleden dachten we er tijdens Bijbelstudie over na hoe de Heere soms lijden geeft, hoe de Heere ons soms in situaties brengt die zo moeilijk zijn. Waarom doet Hij dat? Juist omdat we op zo’n moment iets van Christus’ opofferende aan deze wereld kunnen laten zien. Dat zouden we nooit kunnen laten zien als alles goed ging.

Het is makkelijk om de Heere Jezus te volgen als alles goed gaat. Geen tegenslagen, geen weerstand. Prima, om dan de Heere Jezus te belijden. Maar door heel de Bijbel, zeker ook in het Nieuwe Testament, laat de Heere zien dat Hij ons geloof wil beproeven en dat we daarom niet verrast moeten zijn als we dingen meemaken die moeilijk zijn.

En ook afgelopen dagen, toen we huis aan huis mensen wilden uitnodigen, merkten we zo de weerstand. Het is echt niet fijn voor je vlees als ze je uitlachen, minachten en afwijzen. Het was geen fysiek lijden, toch beproefde het mijn geloof. De verleiding is groot om je terug te trekken, uitvluchten te verzinnen en dan maar te zwijgen.

Wat is jouw reactie hierop? Wat zeg jij als je verleidt wordt? Houd je vast aan Christus en Zijn Woord? “Nou, dat is makkelijk gezegd, je hebt nog niet meegemaakt wat ik mee heb gemaakt.” Dat hoor ik wel eens, “Wacht maar tot je ouder bent.” Maar het gaat er niet om wat ik meegemaakt heb. Onze ervaring zal altijd weer anders zijn, elk lijden is weer anders. Maar ik weet een ding, God geeft lijden, tegenstand, weerstand, als heerlijke mogelijkheid om van Hem te getuigen. Om te zeggen: “Hoe dan ook, ik vertrouw op God!”

De Heere wil je de mogelijkheid geven om niet de Boze ten toon te stellen maar Christus, dat de mensen om je heen door je reactie op moeilijke situaties een voorbeeld zien van het karakter van Christus.

Het is geen teken van vloek zoals sommigen je misschien willen doen geloven, maar veel eerder een zegen, zoals ook Jakobus zegt:

Jakobus 1:2-4
Acht het enkel vreugde, mijn broeders, wanneer u in allerlei verzoekingen terechtkomt, 3 want u weet dat de beproeving van uw geloof volharding teweegbrengt. 4 Maar laat die volharding ook volledig mogen doorwerken, opdat u volmaakt bent en geheel oprecht, en in niets tekortschiet.

Vandaag kijken we naar het leven van Job, naar zijn reactie op lijden, zijn weerwoord wat hij gaf in zijn lijden. Want als we moeten luisteren naar iemand met ervaring, dan steekt Job er zeker bovenuit!

Job 13:1
Zie, mijn oog heeft alles gezien, mijn oor heeft het gehoord en begrepen. 2 Zoals jullie het weten, weet ík het ook; ik zwicht niet voor jullie. 3 Maar ík zal tot de Almachtige spreken, en vind er behagen in mij voor God te verdedigen. 4 Maar werkelijk, jullie dekken alles toe met leugens; jullie zijn allemaal heelmeesters van niets. 5  Och, zwegen jullie maar helemaal!  Dat zou jullie tot wijsheid zijn. 6 Luister toch naar mijn verdediging, en sla acht op het verweer van mijn lippen. 7  Zouden jullie tegen God onrecht spreken, en zouden jullie tegen Hem bedrog spreken? 8 Trekken jullie partij voor Hem? Voeren jullie een rechtszaak voor God? 9 Zou het goed zijn, als Hij jullie onderzoekt?
Willen jullie Hem bedriegen, zoals men een sterveling bedriegt? 10 Hij zal jullie zeker straffen
als jullie in het geheim partij trekken. 11 Jaagt Zijn hoogheid jullie geen angst aan? Overvalt vrees voor Hem jullie niet? 12 Wat jullie in herinnering brengen, zijn spreuken van as, jullie verweer is als een verweer van leem. 13 Zwijg toch tegenover mij, zodat ik zelf kan spreken, en laat maar over mij komen wat komt: 14 waarom ik mijn vlees tussen mijn tanden neem, en mijn leven in de waagschaal stel. 15 Zie, al zou Hij mij doden,  zou ik niet hopen? Maar toch zal ik mijn wegen voor Zijn aangezicht verdedigen. 16 Ook zal Hij mij tot verlossing zijn; maar een huichelaar zal niet voor Zijn aangezicht komen. 17 Luister aandachtig naar mijn woorden, en laat mijn uiteenzetting in jullie oren komen. 18 Zie toch, ik heb de rechtszaak uiteengezet; ik weet dat ík rechtvaardig ben. 19 Wie is hij die een rechtszaak met mij voert? Als ik nu zweeg, zou ik de geest geven. 20 Alleen, doe twee dingen niet met mij, dan zal ik mij niet voor Uw aangezicht verbergen. 21 Doe Uw hand die op mij drukt, ver weg, en laat Uw bedreiging mij geen angst meer aanjagen. 22 Roep dan, en ík zal antwoorden; of ik zal spreken, en antwoord mij. 23 Hoeveel ongerechtigheden en zonden heb ik? Maak mij mijn overtreding en mijn zonde bekend. 24 Waarom verbergt U Uw aangezicht, en houdt U mij  voor Uw vijand? 25 Wilt U een weggewaaid blad schrik aanjagen, en wilt U droge stoppels achtervolgen? 26 Want U schrijft bittere dingen tegen mij uit, en U rekent mij de ongerechtigheden van mijn jeugd toe. 27 U legt mijn voeten in het blok, en let op al mijn paden; U maakt een teken in mijn voetzolen. 28 En dat bij iemand die veroudert als iets dat verrot, als een kleed dat de motten opeten.

Het boek Job is een lang boek, we vinden er gesprekken tussen Job en zijn vrienden, voor zover het vrienden zijn. En sommige dingen zijn moeilijk te begrijpen. Hier zien we Job, hij had alles verloren. In een moment was hij zeven zonen, drie dochters, zevenduizend schapen, drieduizend kamelen, vijfhonderd juk runderen en vijfhonderd ezelinnen kwijt. En vervolgens verliest hij ook nog zijn gezondheid.

Eigenlijk begint dan pas de strijd. Een herkenbare strijd die de Heere niet voor niets voor ons verwoord heeft in het boek Job. Dit is de strijd van iedere volgeling van Jezus die in allerlei verzoeking komt en hoe jij je hierin verdedigt, wat jouw weerwoord is, is heel belangrijk!

Is jouw reactie op lijden, dezelfde als de reactie van Job?

  1. Job’s overgave
  2. Zijn weerwoord voor God
  3. Het lot van de huichelaar

1. Job’s overgave

Vers 15
Zie, al zou Hij mij doden, zou ik niet hopen?

De God van Job is soeverein. Hij staat boven al het kwaad en lijden, Hij staat zelfs boven Satan. Satan kan niets doen, tenzij God het toelaat. Geloof je dat? Elk leven is in Gods hand, zoals ook Job zegt, “de Heere heeft gegeven, de Heere heeft genomen.” Zelfs de musjes op het dak zijn in Zijn hand. Prijs jij God daarvoor, net als Job?

Hier wordt Job beproefd door God terwijl Satan verantwoordelijk is voor al het leed wat hij aanricht zijn leven. Maar Job erkent, God staat hier boven en “al zou Hij mij doden.” Hij ziet Gods hand erin, Hij ziet dat God dit toestaat. Maar, zegt hij, “Zou ik niet hopen?” Of beter vertaalt, zoals het ook in Engelse vertalingen vaak vertaalt wordt, “Toch zal ik vertrouwen.”

Waarom zegt Job dit? Zou jij dit kunnen zeggen als je je vrouw of kind verliest, als je vals beschuldigd wordt, als je ziek wordt? Job had alles verloren en zit ziek op de puinhoop van zijn leven. En dan komen zijn vrienden. Eén voor één beschuldigen ze hem. Al deze moeite overkomt je, omdat je gezondigd hebt. Je zonde is de reden dat je zo moet lijden.

Misschien herken je het wel, sinds je de Heere Jezus volgt heb je een hekel aan de zonde, maar soms lijkt het wel alsof het leven makkelijker was voordat je de Heere Jezus volgde. Hoe kan dat? Je geweten begint je aan te klagen, de duivel gaat je verwijten maken. Hij laat je al je schuld zien die al lang verzoend was en je begint te twijfelen.

Dat is de geestelijke strijd die Job beschrijft. En zijn reactie moet onze reactie zijn als je lijdt om Christus, als je geloof beproefd wordt. Als God door hele moeilijke perioden heen van je vraagt: Wil je mij liever dan alles wat ik je geef?

Dit was wat Satan tegen God zei: Deze Job gelooft alleen maar omdat alles goed gaat.

Job 1:9-11
Toen antwoordde de satan de HEERE en zei: Is het zonder reden dat Job God vreest? 10 Hebt Ú niet voor hem en voor zijn huis en alles wat hij heeft, een beschutting gemaakt? Het werk van zijn handen hebt U gezegend en zijn vee breidt zich steeds verder uit in het land. 11 Maar steek toch Uw hand uit en tref alles wat hij heeft. Voorwaar, hij zal U in Uw aangezicht vaarwel zeggen.

Hoe reageer jij op deze beproevingen die de Heere zeker zal toestaan in je leven? Geef je Satan zijn zin en zeg je God vaarwel? Hoe reageer jij als je je gezondheid verliest, als het tegenzit op je werk? Als je gesmaad wordt om Christus. Vervloek je God en wil je liever sterven, zoals de vrouw van Job aanraadde?

Of reageer je als Job: “Zie, al zou Hij het nog erger maken, al zou ik nog meer verliezen, al zou het volgen van Jezus nog moeilijker worden, al Hij mij doden. Toch zal ik vertrouwen!”

Blijf jij hopen? We hebben bij Bijbelstudie gelezen hoe Paulus oproept: Laat je door niets afbrengen van de hoop van het Evangelie.

Door niets, al zou Hij mij doden, zou ik niet hopen?

Dit is hoe Job zich overgeeft aan de soevereine God. Hij vertrouwt Hem in het lijden, wat zijn vrienden ook zeggen. Hoe ze hem ook aanklagen dat het moet komen door een zonde in Zijn leven. Het zijn leugens. Het zijn aanvallen van Satan.

Wat er deze week gebeurde, was zo moeilijk, maar leer met Job te zeggen, “Toch zal ik vertrouwen!” Leer van de Heere Jezus zelf, “Niet mijn wil maar Uw wil geschiede.”

Maar wat is Job’s hoop? Waar vertrouwde Hij dan op? Wat zou er over blijven als God hem zelfs zou doden? Hij heeft een weerwoord!

2. Job’s weerwoord voor God

Vers 15-16
Maar toch zal ik mijn wegen voor Zijn aangezicht verdedigen. 16 Ook zal Hij mij tot verlossing zijn.

Job verdedigt zich. Hij weet dat hij een weerwoord heeft als hij voor God staat. Als jij straks voor God moet verschijnen, wat heb jij dan te zeggen? Wat is jouw verdediging?

Job wist dat hij rechtvaardig was, hij zegt in vers 18: “Zie toch, ik heb de rechtszaak uiteengezet; ik weet dat ík rechtvaardig ben.”

Kun jij dat ook zeggen? Is dit jouw verdediging als je moet lijden: “Ik weet dat ik rechtvaardig ben. Ik weet dat dit niet komt vanwege mijn zonde.” Heb jij zo’n weerwoord?

Zoals je geboren bent, met alle zonde die je tot nu toe gedaan hebt, zul je sprakeloos zijn als je voor God zult staan. Niet spottend bedoelt zul je dan echt je hand voor je mond moeten doen. Geen weerwoord.

Op die dag zul je het moeten zeggen, de straf is terecht Heere. Uw vonnis is eerlijk. Uw oordeel is rechtvaardig. Ik moet verloren gaan. Ik verdien dit lijden, het is het gevolg van mijn zonde.

’t Is niet alleen dit kwaad, dat roept om straf;

Neen, ‘k ben in ongerechtigheid geboren;

Mijn zonde maakt mij ’t voorwerp van Uw toren.

Reeds van het uur van mijn ontvang’nis af.

Dit zal het enige zijn wat je uit kunt brengen als je voor de Heilige soevereine rechter van hemel en aarde staat. Satan zal gelijk hebben als hij je aanklaagt als hij je wijst op al je schuld.

Hoe durf Job zich dan te verdedigen? Hoe durft hij te zeggen dat hij rechtvaardig is? Job is geschreven in het Oude Testament en daarom nog niet heel uitgesproken, maar vanuit het Nieuwe Testament weten we dat het volhardende vertrouwen van Job hem rechtvaardigde.

Jakobus 5:11
Zie, wij prijzen hen gelukzalig die volharden. U hebt gehoord van de volharding van Job, en u hebt de uitkomst van de Heere gezien, dat de Heere vol ontferming is en barmhartig.

In Handelingen 13:28 werd verkondigd: “Laat het u dan bekend zijn, mannenbroeders, dat door Hem aan u vergeving van de zonden verkondigd wordt 39 en dat ieder die gelooft, door Hem gerechtvaardigd wordt van alles waarvan u door de wet van Mozes niet gerechtvaardigd kon worden.”

En ook Abraham, geloofde God, op hoop tegen hoop. En dit werd hem, al in het Oude Testament gerekend tot gerechtigheid.

Zoals Paulus het in Romeinen 5:1-2: “Wij dan, gerechtvaardigd uit het geloof, hebben vrede bij God door onze Heere Jezus Christus. 2 Door Hem hebben wij ook de toegang verkregen door het geloof tot deze genade waarin wij  staan, en wij roemen in de hoop op de heerlijkheid van God.”

Broeders en zusters, wat een weerwoord! Jezus Christus is je weerwoord als je voor Gods staat. Door Hem heb je toegang. Door Hem kun je voor God verschijnen en zul je genade ontvangen. Hij zal je tot verlossing zijn.

Vers 18: “Zie toch, ik heb de rechtszaak uiteengezet; ik weet dat ík rechtvaardig ben.”

Is dit jouw verdediging? Niet, “Ik heb niets verkeerd gedaan.” Maar, “Christus heeft mijn schuld betaalt!” Ik weet dat ik rechtvaardig ben, door het geloof.

Filippenzen 3:9
Niet met mijn rechtvaardigheid, die uit de wet is, maar die door het geloof in Christus is, namelijk de rechtvaardigheid uit God door middel van het geloof; 10 opdat ik Hem mag kennen, en de kracht van Zijn opstanding.

Dit is de hoop van Job. “Al zou Hij mij doden, toch zal ik hopen.”

Want hij zal weer leven, Hij zal God zien:

Job 19:25-27
Ik weet echter: mijn Verlosser leeft, en Hij zal ten laatste over het stof opstaan. 26 En als zij na mijn huid dit doorknaagd hebben, zal ik uit mijn vlees God aanschouwen. 27 Ik zelf zal Hem aanschouwen, en mijn ogen zullen Hem zien, niet een vreemde; mijn nieren bezwijken van verlangen in mijn binnenste.

Verlang jij er zo naar je Verlosser en de kracht van Zijn opstanding? Vertrouw je Hem, wat Hij ook toestaat hier in dit leven? Wil je Hem liever dan alles wat Hij geeft?

Of zul je verloren gaan met de huichelaars, die God alleen voor de mooie spullen, gezondheid en andere gaven wilden? De welvaartsprediker kunnen niets met deze tekst, het beschuldigd ze. Ze zijn als de vrienden van Job.

“Al die ellende, het is een vloek van God. Je hebt niet goed genoeg je best gedaan. Je schiet te kort.”

3. Het lot van de huichelaar

Vers 16
Maar een huichelaar zal niet voor Zijn aangezicht komen.

Het lijden in je leven kan zeker een gevolg zijn van de zonde. Wanneer je toegeeft aan de verzoeking, wanneer je niet langer volhard in het geloof en je overgeeft in de zonde om het lijden om Christus te ontlopen.

Wanneer je dit Weerwoord, gerechtigheid door het geloof in Christus, loslaat, zul je omkomen. Satan zal gelijk krijgen:”Zie je wel, Hij wilde Chrisus enkel volgen om wat sociale erkenning, om het goede gevoel, het idee suste het geweten wat maar Christus waste het niet schoon.”

Ben jij een huichelaar? Je mooie belijdenis en woorden brengen je daar niet. Geef je over, zoals Job, zoals Jozef, zoals Jezus zelf en roep het uit. “Al zou Hij mij doden, toch zal ik hopen.”

Er is zoveel vreugde in deze overgave. Ik moet daar nog zoveel in leren. Maar ik herken het. Soms als ik gezondigd heb, pijn heb en denk dat ik niet lang meer zal leven, maakt het me bang en kan ik me niet overgeven. Maar wanneer ik dan mijn zonden beleden heb en vertrouw op Christus, mijn enige weerwoord. Dan is het heerlijk om alles over te geven en te zeggen, “Al zou Hij mij doden, toch zal ik hopen.” Al wordt de pijn nog erger, ik zal op Hem vertrouwen.

Met een schoon geweten geeft het niet wat je hier overkomt. Straks sta je voor God, en zul je Hem aanschouwen vanuit je vlees, in een vernieuwd lichaam. Dan zul je, net zoals Job alles dubbel terugkrijgen.

Houd vol, net zoals Job, je hebt van zijn volharding gehoord en de uitkomst gezien, laat Christus’ gerechtigheid je weerwoord zijn.

1 Petrus 3:13-15
En wie is het die u kwaad zal doen, als u navolgers bent van het goede? 14 Maar als u ook zou moeten lijden vanwege de gerechtigheid, dan bent u zalig. En wees niet bevreesd zoals zij bevreesd zijn, laat u niet in verwarring brengen, 15  maar heilig God, de Heere, in uw hart;  en wees altijd bereid tot verantwoording aan ieder die u rekenschap vraagt van de hoop die in u is, met zachtmoedigheid en eerbied.

Psalm 130:2
Zo Gij in ’t recht wilt treden,
O HEER, en gadeslaan
Onz’ ongerechtigheden,
Ach, wie zal dan bestaan?

Maar neen, daar is vergeving

Altijd bij U geweest;

Dies wordt Gij, HEER, met beving,

Recht kinderlijk gevreesd.

Een tijd geleden dachten we er tijdens Bijbelstudie over na hoe de Heere soms lijden geeft, hoe de Heere ons soms in situaties brengt die zo moeilijk zijn. Waarom doet Hij dat? Juist omdat we op zo’n moment iets van Christus’ opofferende aan deze wereld kunnen laten zien. Dat zouden we nooit kunnen laten zien als alles goed ging.

Het is makkelijk om de Heere Jezus te volgen als alles goed gaat. Geen tegenslagen, geen weerstand. Prima, om dan de Heere Jezus te belijden. Maar door heel de Bijbel, zeker ook in het Nieuwe Testament, laat de Heere zien dat Hij ons geloof wil beproeven en dat we daarom niet verrast moeten zijn als we dingen meemaken die moeilijk zijn.

En ook afgelopen dagen, toen we huis aan huis mensen wilden uitnodigen, merkten we zo de weerstand. Het is echt niet fijn voor je vlees als ze je uitlachen, minachten en afwijzen. Het was geen fysiek lijden, toch beproefde het mijn geloof. De verleiding is groot om je terug te trekken, uitvluchten te verzinnen en dan maar te zwijgen.

Wat is jouw reactie hierop? Wat zeg jij als je verleidt wordt? Houd je vast aan Christus en Zijn Woord? “Nou, dat is makkelijk gezegd, je hebt nog niet meegemaakt wat ik mee heb gemaakt.” Dat hoor ik wel eens, “Wacht maar tot je ouder bent.” Maar het gaat er niet om wat ik meegemaakt heb. Onze ervaring zal altijd weer anders zijn, elk lijden is weer anders. Maar ik weet een ding, God geeft lijden, tegenstand, weerstand, als heerlijke mogelijkheid om van Hem te getuigen. Om te zeggen: “Hoe dan ook, ik vertrouw op God!”

De Heere wil je de mogelijkheid geven om niet de Boze ten toon te stellen maar Christus, dat de mensen om je heen door je reactie op moeilijke situaties een voorbeeld zien van het karakter van Christus.

Het is geen teken van vloek zoals sommigen je misschien willen doen geloven, maar veel eerder een zegen, zoals ook Jakobus zegt:

Jakobus 1:2-4
Acht het enkel vreugde, mijn broeders, wanneer u in allerlei verzoekingen terechtkomt, 3 want u weet dat de beproeving van uw geloof volharding teweegbrengt. 4 Maar laat die volharding ook volledig mogen doorwerken, opdat u volmaakt bent en geheel oprecht, en in niets tekortschiet.

Vandaag kijken we naar het leven van Job, naar zijn reactie op lijden, zijn weerwoord wat hij gaf in zijn lijden. Want als we moeten luisteren naar iemand met ervaring, dan steekt Job er zeker bovenuit!

Job 13:1
Zie, mijn oog heeft alles gezien, mijn oor heeft het gehoord en begrepen. 2 Zoals jullie het weten, weet ík het ook; ik zwicht niet voor jullie. 3 Maar ík zal tot de Almachtige spreken, en vind er behagen in mij voor God te verdedigen. 4 Maar werkelijk, jullie dekken alles toe met leugens; jullie zijn allemaal heelmeesters van niets. 5  Och, zwegen jullie maar helemaal!  Dat zou jullie tot wijsheid zijn. 6 Luister toch naar mijn verdediging, en sla acht op het verweer van mijn lippen. 7  Zouden jullie tegen God onrecht spreken, en zouden jullie tegen Hem bedrog spreken? 8 Trekken jullie partij voor Hem? Voeren jullie een rechtszaak voor God? 9 Zou het goed zijn, als Hij jullie onderzoekt?
Willen jullie Hem bedriegen, zoals men een sterveling bedriegt? 10 Hij zal jullie zeker straffen
als jullie in het geheim partij trekken. 11 Jaagt Zijn hoogheid jullie geen angst aan? Overvalt vrees voor Hem jullie niet? 12 Wat jullie in herinnering brengen, zijn spreuken van as, jullie verweer is als een verweer van leem. 13 Zwijg toch tegenover mij, zodat ik zelf kan spreken, en laat maar over mij komen wat komt: 14 waarom ik mijn vlees tussen mijn tanden neem, en mijn leven in de waagschaal stel. 15 Zie, al zou Hij mij doden,  zou ik niet hopen? Maar toch zal ik mijn wegen voor Zijn aangezicht verdedigen. 16 Ook zal Hij mij tot verlossing zijn; maar een huichelaar zal niet voor Zijn aangezicht komen. 17 Luister aandachtig naar mijn woorden, en laat mijn uiteenzetting in jullie oren komen. 18 Zie toch, ik heb de rechtszaak uiteengezet; ik weet dat ík rechtvaardig ben. 19 Wie is hij die een rechtszaak met mij voert? Als ik nu zweeg, zou ik de geest geven. 20 Alleen, doe twee dingen niet met mij, dan zal ik mij niet voor Uw aangezicht verbergen. 21 Doe Uw hand die op mij drukt, ver weg, en laat Uw bedreiging mij geen angst meer aanjagen. 22 Roep dan, en ík zal antwoorden; of ik zal spreken, en antwoord mij. 23 Hoeveel ongerechtigheden en zonden heb ik? Maak mij mijn overtreding en mijn zonde bekend. 24 Waarom verbergt U Uw aangezicht, en houdt U mij  voor Uw vijand? 25 Wilt U een weggewaaid blad schrik aanjagen, en wilt U droge stoppels achtervolgen? 26 Want U schrijft bittere dingen tegen mij uit, en U rekent mij de ongerechtigheden van mijn jeugd toe. 27 U legt mijn voeten in het blok, en let op al mijn paden; U maakt een teken in mijn voetzolen. 28 En dat bij iemand die veroudert als iets dat verrot, als een kleed dat de motten opeten.

Het boek Job is een lang boek, we vinden er gesprekken tussen Job en zijn vrienden, voor zover het vrienden zijn. En sommige dingen zijn moeilijk te begrijpen. Hier zien we Job, hij had alles verloren. In een moment was hij zeven zonen, drie dochters, zevenduizend schapen, drieduizend kamelen, vijfhonderd juk runderen en vijfhonderd ezelinnen kwijt. En vervolgens verliest hij ook nog zijn gezondheid.

Eigenlijk begint dan pas de strijd. Een herkenbare strijd die de Heere niet voor niets voor ons verwoord heeft in het boek Job. Dit is de strijd van iedere volgeling van Jezus die in allerlei verzoeking komt en hoe jij je hierin verdedigt, wat jouw weerwoord is, is heel belangrijk!

Is jouw reactie op lijden, dezelfde als de reactie van Job?

  1. Job’s overgave
  2. Zijn weerwoord voor God
  3. Het lot van de huichelaar

1. Job’s overgave

Vers 15
Zie, al zou Hij mij doden, zou ik niet hopen?

De God van Job is soeverein. Hij staat boven al het kwaad en lijden, Hij staat zelfs boven Satan. Satan kan niets doen, tenzij God het toelaat. Geloof je dat? Elk leven is in Gods hand, zoals ook Job zegt, “de Heere heeft gegeven, de Heere heeft genomen.” Zelfs de musjes op het dak zijn in Zijn hand. Prijs jij God daarvoor, net als Job?

Hier wordt Job beproefd door God terwijl Satan verantwoordelijk is voor al het leed wat hij aanricht zijn leven. Maar Job erkent, God staat hier boven en “al zou Hij mij doden.” Hij ziet Gods hand erin, Hij ziet dat God dit toestaat. Maar, zegt hij, “Zou ik niet hopen?” Of beter vertaalt, zoals het ook in Engelse vertalingen vaak vertaalt wordt, “Toch zal ik vertrouwen.”

Waarom zegt Job dit? Zou jij dit kunnen zeggen als je je vrouw of kind verliest, als je vals beschuldigd wordt, als je ziek wordt? Job had alles verloren en zit ziek op de puinhoop van zijn leven. En dan komen zijn vrienden. Eén voor één beschuldigen ze hem. Al deze moeite overkomt je, omdat je gezondigd hebt. Je zonde is de reden dat je zo moet lijden.

Misschien herken je het wel, sinds je de Heere Jezus volgt heb je een hekel aan de zonde, maar soms lijkt het wel alsof het leven makkelijker was voordat je de Heere Jezus volgde. Hoe kan dat? Je geweten begint je aan te klagen, de duivel gaat je verwijten maken. Hij laat je al je schuld zien die al lang verzoend was en je begint te twijfelen.

Dat is de geestelijke strijd die Job beschrijft. En zijn reactie moet onze reactie zijn als je lijdt om Christus, als je geloof beproefd wordt. Als God door hele moeilijke perioden heen van je vraagt: Wil je mij liever dan alles wat ik je geef?

Dit was wat Satan tegen God zei: Deze Job gelooft alleen maar omdat alles goed gaat.

Job 1:9-11
Toen antwoordde de satan de HEERE en zei: Is het zonder reden dat Job God vreest? 10 Hebt Ú niet voor hem en voor zijn huis en alles wat hij heeft, een beschutting gemaakt? Het werk van zijn handen hebt U gezegend en zijn vee breidt zich steeds verder uit in het land. 11 Maar steek toch Uw hand uit en tref alles wat hij heeft. Voorwaar, hij zal U in Uw aangezicht vaarwel zeggen.

Hoe reageer jij op deze beproevingen die de Heere zeker zal toestaan in je leven? Geef je Satan zijn zin en zeg je God vaarwel? Hoe reageer jij als je je gezondheid verliest, als het tegenzit op je werk? Als je gesmaad wordt om Christus. Vervloek je God en wil je liever sterven, zoals de vrouw van Job aanraadde?

Of reageer je als Job: “Zie, al zou Hij het nog erger maken, al zou ik nog meer verliezen, al zou het volgen van Jezus nog moeilijker worden, al Hij mij doden. Toch zal ik vertrouwen!”

Blijf jij hopen? We hebben bij Bijbelstudie gelezen hoe Paulus oproept: Laat je door niets afbrengen van de hoop van het Evangelie.

Door niets, al zou Hij mij doden, zou ik niet hopen?

Dit is hoe Job zich overgeeft aan de soevereine God. Hij vertrouwt Hem in het lijden, wat zijn vrienden ook zeggen. Hoe ze hem ook aanklagen dat het moet komen door een zonde in Zijn leven. Het zijn leugens. Het zijn aanvallen van Satan.

Wat er deze week gebeurde, was zo moeilijk, maar leer met Job te zeggen, “Toch zal ik vertrouwen!” Leer van de Heere Jezus zelf, “Niet mijn wil maar Uw wil geschiede.”

Maar wat is Job’s hoop? Waar vertrouwde Hij dan op? Wat zou er over blijven als God hem zelfs zou doden? Hij heeft een weerwoord!

2. Job’s weerwoord voor God

Vers 15-16
Maar toch zal ik mijn wegen voor Zijn aangezicht verdedigen. 16 Ook zal Hij mij tot verlossing zijn.

Job verdedigt zich. Hij weet dat hij een weerwoord heeft als hij voor God staat. Als jij straks voor God moet verschijnen, wat heb jij dan te zeggen? Wat is jouw verdediging?

Job wist dat hij rechtvaardig was, hij zegt in vers 18: “Zie toch, ik heb de rechtszaak uiteengezet; ik weet dat ík rechtvaardig ben.”

Kun jij dat ook zeggen? Is dit jouw verdediging als je moet lijden: “Ik weet dat ik rechtvaardig ben. Ik weet dat dit niet komt vanwege mijn zonde.” Heb jij zo’n weerwoord?

Zoals je geboren bent, met alle zonde die je tot nu toe gedaan hebt, zul je sprakeloos zijn als je voor God zult staan. Niet spottend bedoelt zul je dan echt je hand voor je mond moeten doen. Geen weerwoord.

Op die dag zul je het moeten zeggen, de straf is terecht Heere. Uw vonnis is eerlijk. Uw oordeel is rechtvaardig. Ik moet verloren gaan. Ik verdien dit lijden, het is het gevolg van mijn zonde.

’t Is niet alleen dit kwaad, dat roept om straf;

Neen, ‘k ben in ongerechtigheid geboren;

Mijn zonde maakt mij ’t voorwerp van Uw toren.

Reeds van het uur van mijn ontvang’nis af.

Dit zal het enige zijn wat je uit kunt brengen als je voor de Heilige soevereine rechter van hemel en aarde staat. Satan zal gelijk hebben als hij je aanklaagt als hij je wijst op al je schuld.

Hoe durf Job zich dan te verdedigen? Hoe durft hij te zeggen dat hij rechtvaardig is? Job is geschreven in het Oude Testament en daarom nog niet heel uitgesproken, maar vanuit het Nieuwe Testament weten we dat het volhardende vertrouwen van Job hem rechtvaardigde.

Jakobus 5:11
Zie, wij prijzen hen gelukzalig die volharden. U hebt gehoord van de volharding van Job, en u hebt de uitkomst van de Heere gezien, dat de Heere vol ontferming is en barmhartig.

In Handelingen 13:28 werd verkondigd: “Laat het u dan bekend zijn, mannenbroeders, dat door Hem aan u vergeving van de zonden verkondigd wordt 39 en dat ieder die gelooft, door Hem gerechtvaardigd wordt van alles waarvan u door de wet van Mozes niet gerechtvaardigd kon worden.”

En ook Abraham, geloofde God, op hoop tegen hoop. En dit werd hem, al in het Oude Testament gerekend tot gerechtigheid.

Zoals Paulus het in Romeinen 5:1-2: “Wij dan, gerechtvaardigd uit het geloof, hebben vrede bij God door onze Heere Jezus Christus. 2 Door Hem hebben wij ook de toegang verkregen door het geloof tot deze genade waarin wij  staan, en wij roemen in de hoop op de heerlijkheid van God.”

Broeders en zusters, wat een weerwoord! Jezus Christus is je weerwoord als je voor Gods staat. Door Hem heb je toegang. Door Hem kun je voor God verschijnen en zul je genade ontvangen. Hij zal je tot verlossing zijn.

Vers 18: “Zie toch, ik heb de rechtszaak uiteengezet; ik weet dat ík rechtvaardig ben.”

Is dit jouw verdediging? Niet, “Ik heb niets verkeerd gedaan.” Maar, “Christus heeft mijn schuld betaalt!” Ik weet dat ik rechtvaardig ben, door het geloof.

Filippenzen 3:9
Niet met mijn rechtvaardigheid, die uit de wet is, maar die door het geloof in Christus is, namelijk de rechtvaardigheid uit God door middel van het geloof; 10 opdat ik Hem mag kennen, en de kracht van Zijn opstanding.

Dit is de hoop van Job. “Al zou Hij mij doden, toch zal ik hopen.”

Want hij zal weer leven, Hij zal God zien:

Job 19:25-27
Ik weet echter: mijn Verlosser leeft, en Hij zal ten laatste over het stof opstaan. 26 En als zij na mijn huid dit doorknaagd hebben, zal ik uit mijn vlees God aanschouwen. 27 Ik zelf zal Hem aanschouwen, en mijn ogen zullen Hem zien, niet een vreemde; mijn nieren bezwijken van verlangen in mijn binnenste.

Verlang jij er zo naar je Verlosser en de kracht van Zijn opstanding? Vertrouw je Hem, wat Hij ook toestaat hier in dit leven? Wil je Hem liever dan alles wat Hij geeft?

Of zul je verloren gaan met de huichelaars, die God alleen voor de mooie spullen, gezondheid en andere gaven wilden? De welvaartsprediker kunnen niets met deze tekst, het beschuldigd ze. Ze zijn als de vrienden van Job.

“Al die ellende, het is een vloek van God. Je hebt niet goed genoeg je best gedaan. Je schiet te kort.”

3. Het lot van de huichelaar

Vers 16
Maar een huichelaar zal niet voor Zijn aangezicht komen.

Het lijden in je leven kan zeker een gevolg zijn van de zonde. Wanneer je toegeeft aan de verzoeking, wanneer je niet langer volhard in het geloof en je overgeeft in de zonde om het lijden om Christus te ontlopen.

Wanneer je dit Weerwoord, gerechtigheid door het geloof in Christus, loslaat, zul je omkomen. Satan zal gelijk krijgen:”Zie je wel, Hij wilde Chrisus enkel volgen om wat sociale erkenning, om het goede gevoel, het idee suste het geweten wat maar Christus waste het niet schoon.”

Ben jij een huichelaar? Je mooie belijdenis en woorden brengen je daar niet. Geef je over, zoals Job, zoals Jozef, zoals Jezus zelf en roep het uit. “Al zou Hij mij doden, toch zal ik hopen.”

Er is zoveel vreugde in deze overgave. Ik moet daar nog zoveel in leren. Maar ik herken het. Soms als ik gezondigd heb, pijn heb en denk dat ik niet lang meer zal leven, maakt het me bang en kan ik me niet overgeven. Maar wanneer ik dan mijn zonden beleden heb en vertrouw op Christus, mijn enige weerwoord. Dan is het heerlijk om alles over te geven en te zeggen, “Al zou Hij mij doden, toch zal ik hopen.” Al wordt de pijn nog erger, ik zal op Hem vertrouwen.

Met een schoon geweten geeft het niet wat je hier overkomt. Straks sta je voor God, en zul je Hem aanschouwen vanuit je vlees, in een vernieuwd lichaam. Dan zul je, net zoals Job alles dubbel terugkrijgen.

Houd vol, net zoals Job, je hebt van zijn volharding gehoord en de uitkomst gezien, laat Christus’ gerechtigheid je weerwoord zijn.

1 Petrus 3:13-15
En wie is het die u kwaad zal doen, als u navolgers bent van het goede? 14 Maar als u ook zou moeten lijden vanwege de gerechtigheid, dan bent u zalig. En wees niet bevreesd zoals zij bevreesd zijn, laat u niet in verwarring brengen, 15  maar heilig God, de Heere, in uw hart;  en wees altijd bereid tot verantwoording aan ieder die u rekenschap vraagt van de hoop die in u is, met zachtmoedigheid en eerbied.

Psalm 130:2
Zo Gij in ’t recht wilt treden,
O HEER, en gadeslaan
Onz’ ongerechtigheden,
Ach, wie zal dan bestaan?

Maar neen, daar is vergeving

Altijd bij U geweest;

Dies wordt Gij, HEER, met beving,

Recht kinderlijk gevreesd.

Deze preek is gehouden op 4 februari 2024 in De Levensboom in Ovezande.