Wat zegt de Bijbel over het zelfbeeld van een mens? Je bent uniek geschapen door God met zoveel talenten. Hoe blijf je “nederig”, zonder arrogant te worden als je ergens goed in bent?

Wat zegt de Bijbel over het zelfbeeld van een mens? Je bent uniek geschapen door God met zoveel talenten. Hoe blijf je “nederig”, zonder arrogant te worden als je ergens goed in bent?


Alles om ons heen is erop gericht om ons gevoel van eigenwaarde te vergroten en onszelf te promoten. Sociale media, (christelijke) therapiesessies maar ook het onderwijs op scholen is gericht op het ontplooien van jezelf, om iemand te worden, iemand te zijn, om iets te bereiken waardoor je van anderen lof of likes krijgt. Of minstens om jezelf lof en likes te geven: “Wees lief voor jezelf.”

We leven in een narcistisch tijdperk waar alles om ons draait.

Dit dringt zelfs door in de christelijke liederen, preken en boeken die vandaag geschreven worden. Aanbidding is iets geworden wat óns een goed gevoel moet geven, waar wij blij van moeten worden. “Als wij blij zijn, zal God ook wel blij zijn.” Daarom zie je door de jaren heen een verschuiving in aandacht. Waar de nadruk eerst op God lag en Zijn werk, ligt de nadruk nu steeds vaker op ons, wie God voor óns is.

Mensen onder Gods genade

Zeker, de Heere zegt onvoorstelbare dingen over mensen. Hij springt op van vreugde over hen, Hij zwijgt in Zijn liefde en juicht van blijdschap over hen (Zefanja 3:16), Hij wil hen aannemen als Zijn geliefde kinderen (Efeze 5:1) en heeft hen zoveel liefde bewezen dat Hij Zijn Zoon voor hen wilde overgeven (Romeinen 5:8). Hij wilde alles verlaten om hen op te zoeken en bij zich te hebben (Mattheüs 18:10-14). Hij ziet hen als een kostbare bruid, zonder smet of rimpel, volmaakt en Hij verlangt naar haar (Openbaring 21:2, Efeze 5:27).

Maar als dat je trots maakt, als je denkt dat dit komt vanwege iets aantrekkelijks in jou, vanwege enige waarde in jou, dan ben ik bang dat God dit niet zegt over jou, dat je niet hebt begrepen wat genade is.

Mensen onder Gods toorn

Want zoals we geboren worden, rust Gods toorn op ons (Johannes 3:36). Door de zonde zijn we onze glans verloren en missen we Gods heerlijkheid (Romeinen 3:23). Door onze eigen zonde wordt Gods wonderlijk mooi gemaakte schepping geraakt met ziekte, rampen, schadelijke misvormingen en dood. Dit is niet meer de hof van Eden, dit is niet de hemel, dit is niet het vrederijk. Dit is het rijk van de duisternis, de wereld onder de vloek, de mensheid onder Gods toorn (Efeze 3:2) in lichamen die vergaan (Genesis 3:19).

Zolang we ons afkeren van God, zijn we als kaf, dat verwaait en niets anders waard is dan het eeuwige vuur (Mattheüs 3:12). Besef je dat? Dit is onze gruwelijke bestemming als we de genade die God ons biedt in Jezus, verwerpen en voor onszelf blijven leven: de eeuwige straf (Mattheüs 25:31-46).

Er is geen reden voor trots; er is geen reden voor grote gedachten van onszelf. Alles wat we meer krijgen dan die straf, elke adem, elke gave, elk talent, is genade. Genade waarmee we God kunnen verheerlijken of genade die we kunnen verspillen voor onszelf. Want als we blijven leven zoals we geboren zijn, voor onszelf als concurrenten van God, zal alles wat we doen nutteloos zijn, verbrand worden door Gods heilige boosheid vanwege onze opstand tegen hem.

Maak je klein voor God

Er is alleen reden voor verootmoediging. Hoe meer we beseffen wat we verdienen, hoe minder ruimte voor trots over zal blijven en hoe meer we God zullen verheerlijken voor Zijn genade. Bestudeer daarom Gods karakter en de ernst van de zonde, dan zul je je steeds meer verwonderen over het Evangelie, dat je door enkel te geloven onderdeel mag worden van een volk waarover God opspringt van vreugde.

Wanneer je jezelf in geloof en overgave aan Jezus afgekeerd hebt van jezelf, heb je vrede met God, is Hij vóór je en is al het oude voorbij gegaan. Alles is nieuw. O, Hij is voor ons gestorven, Hij is voor ons tot zonde gemaakt, opdat wij rechtvaardig zouden worden voor God. Hij is gestorven, opdat wij nu niet meer voor onszelf zouden leven, maar voor Hem die voor ons gestorven en opgewekt is (2 Korinthe 5:15).

Wees daarom lief voor Jezus. Voor God die zich wilde vernederen en in Jezus voor ons wilde sterven. Hem komt toe alle eer, met al onze kracht en met alles wat we zijn en hebben. Aanbid Hem, eer Hem, voor Zijn onuitsprekelijke genade. Neem alle lof en likes die je krijgt vanwege de gaven en talenten die Hij je onverdiend gegeven heeft, verzamel ze als prachtige bloemen. Maar houdt ze niet voor jezelf. Geef ze aan Hem die ze toekomt. Geef alle lof en likes door aan God, de Gever, de Vader van het licht van wie alle goede gaven en volmaakte geschenken neerdalen (Jacobus 1:17)

Het gaat niet om onze eigenwaarde, het gaat om Zijn oneindige waarde. Hij moet meer worden, ik minder (Johannes 3:30).

Wees met nederigheid bekleed, want God keert Zich tegen de hoogmoedigen, maar de nederigen geeft Hij genade. (1 Petrus 5:5)

Alles om ons heen is erop gericht om ons gevoel van eigenwaarde te vergroten en onszelf te promoten. Sociale media, (christelijke) therapiesessies maar ook het onderwijs op scholen is gericht op het ontplooien van jezelf, om iemand te worden, iemand te zijn, om iets te bereiken waardoor je van anderen lof of likes krijgt. Of minstens om jezelf lof en likes te geven: “Wees lief voor jezelf.”

We leven in een narcistisch tijdperk waar alles om ons draait.

Dit dringt zelfs door in de christelijke liederen, preken en boeken die vandaag geschreven worden. Aanbidding is iets geworden wat óns een goed gevoel moet geven, waar wij blij van moeten worden. “Als wij blij zijn, zal God ook wel blij zijn.” Daarom zie je door de jaren heen een verschuiving in aandacht. Waar de nadruk eerst op God lag en Zijn werk, ligt de nadruk nu steeds vaker op ons, wie God voor óns is.

Mensen onder Gods genade

Zeker, de Heere zegt onvoorstelbare dingen over mensen. Hij springt op van vreugde over hen, Hij zwijgt in Zijn liefde en juicht van blijdschap over hen (Zefanja 3:16), Hij wil hen aannemen als Zijn geliefde kinderen (Efeze 5:1) en heeft hen zoveel liefde bewezen dat Hij Zijn Zoon voor hen wilde overgeven (Romeinen 5:8). Hij wilde alles verlaten om hen op te zoeken en bij zich te hebben (Mattheüs 18:10-14). Hij ziet hen als een kostbare bruid, zonder smet of rimpel, volmaakt en Hij verlangt naar haar (Openbaring 21:2, Efeze 5:27).

Maar als dat je trots maakt, als je denkt dat dit komt vanwege iets aantrekkelijks in jou, vanwege enige waarde in jou, dan ben ik bang dat God dit niet zegt over jou, dat je niet hebt begrepen wat genade is.

Mensen onder Gods toorn

Want zoals we geboren worden, rust Gods toorn op ons (Johannes 3:36). Door de zonde zijn we onze glans verloren en missen we Gods heerlijkheid (Romeinen 3:23). Door onze eigen zonde wordt Gods wonderlijk mooi gemaakte schepping geraakt met ziekte, rampen, schadelijke misvormingen en dood. Dit is niet meer de hof van Eden, dit is niet de hemel, dit is niet het vrederijk. Dit is het rijk van de duisternis, de wereld onder de vloek, de mensheid onder Gods toorn (Efeze 3:2) in lichamen die vergaan (Genesis 3:19).

Zolang we ons afkeren van God, zijn we als kaf, dat verwaait en niets anders waard is dan het eeuwige vuur (Mattheüs 3:12). Besef je dat? Dit is onze gruwelijke bestemming als we de genade die God ons biedt in Jezus, verwerpen en voor onszelf blijven leven: de eeuwige straf (Mattheüs 25:31-46).

Er is geen reden voor trots; er is geen reden voor grote gedachten van onszelf. Alles wat we meer krijgen dan die straf, elke adem, elke gave, elk talent, is genade. Genade waarmee we God kunnen verheerlijken of genade die we kunnen verspillen voor onszelf. Want als we blijven leven zoals we geboren zijn, voor onszelf als concurrenten van God, zal alles wat we doen nutteloos zijn, verbrand worden door Gods heilige boosheid vanwege onze opstand tegen hem.

Maak je klein voor God

Er is alleen reden voor verootmoediging. Hoe meer we beseffen wat we verdienen, hoe minder ruimte voor trots over zal blijven en hoe meer we God zullen verheerlijken voor Zijn genade. Bestudeer daarom Gods karakter en de ernst van de zonde, dan zul je je steeds meer verwonderen over het Evangelie, dat je door enkel te geloven onderdeel mag worden van een volk waarover God opspringt van vreugde.

Wanneer je jezelf in geloof en overgave aan Jezus afgekeerd hebt van jezelf, heb je vrede met God, is Hij vóór je en is al het oude voorbij gegaan. Alles is nieuw. O, Hij is voor ons gestorven, Hij is voor ons tot zonde gemaakt, opdat wij rechtvaardig zouden worden voor God. Hij is gestorven, opdat wij nu niet meer voor onszelf zouden leven, maar voor Hem die voor ons gestorven en opgewekt is (2 Korinthe 5:15).

Wees daarom lief voor Jezus. Voor God die zich wilde vernederen en in Jezus voor ons wilde sterven. Hem komt toe alle eer, met al onze kracht en met alles wat we zijn en hebben. Aanbid Hem, eer Hem, voor Zijn onuitsprekelijke genade. Neem alle lof en likes die je krijgt vanwege de gaven en talenten die Hij je onverdiend gegeven heeft, verzamel ze als prachtige bloemen. Maar houdt ze niet voor jezelf. Geef ze aan Hem die ze toekomt. Geef alle lof en likes door aan God, de Gever, de Vader van het licht van wie alle goede gaven en volmaakte geschenken neerdalen (Jacobus 1:17)

Het gaat niet om onze eigenwaarde, het gaat om Zijn oneindige waarde. Hij moet meer worden, ik minder (Johannes 3:30).

Wees met nederigheid bekleed, want God keert Zich tegen de hoogmoedigen, maar de nederigen geeft Hij genade. (1 Petrus 5:5)

Dit artikel is voortgekomen uit gesprekken in de MijnGeloofsvraag Whatsapp-groep waar we iedere werkdag samen een ingezonden vraag van deelnemers behandelen. Klik hier om deel te nemen →