In hoeverre zijn er mensen die de gave van profetie hebben (of was dit alleen in het Oude Testament en in de beginfase van de kerk)?

In hoeverre zijn er mensen die de gave van profetie hebben (of was dit alleen in het Oude Testament en in de beginfase van de kerk)?


De Heere is alwetend, Hij is de alfa en de omega. Hij stond aan het begin en aan het einde is Hij al en dit hele geheel overziet Hij. Hij weet wat er morgen zal gebeuren en wat je volgende week zult meemaken.

En niet alleen is niets in de tijd voor Hem verborgen, ook de diepste uithoeken van ons hart zijn Hem bekend. Hij kent onze gedachten, ieder verlangen, elke nood, elke zonde en elke gebrokenheid.

Wat een wonder dat Hij dan soms Zijn alwetendheid bewijst door aan iemand iets te openbaren wat verborgen was. Wat is het heerlijk om te merken dat Hij van je situatie afweet en je wil leiden doordat Hij op bovennatuurlijke manier verborgenheden bekend maakt.

Dat is wat Hij doet. Wanneer iemand de gave van profetie van de Heilige Geest ontvangt, openbaart Hij iets in de tijd of in het leven en hart van iemand wat eerst verborgen was.

De uithoeken van je hart aan het licht

Zo zien we in 1 Korinthe 14:23-25 dat wanneer iedereen in de gemeente zou profeteren en er een ongelovige binnen zou komen, zij de verborgenheden van zijn hart zouden openbaren.

De Heilige Geest laat op zo’n moment zien wat er in diegene omgaat, waar hij mee worstelt, in welke zonden hij leeft of welke bemoediging, troost of vermaning hij nodigt heeft. Dit is niet het werk van lang studeren en mensenkennis, ook niet van experimenteren met de geestelijke wereld, dat is levensgevaarlijk. Nee, dit is een bovennatuurlijk werk van de soevereine God “die aan ieder afzonderlijk uitdeelt zoals Hij wil” (1 Korinthe 12:11). En dit zal een bewijs voor hem zijn dat God werkelijk in hun midden is. Hij merkt het, dit had alleen God kunnen openbaren en daarom zal “hij zich met het gezicht ter aarde werpen en God aanbidden, en verkondigen dat God werkelijk in uw midden is” (1 Korinthe 14:25).

Profetie en onderwijs

Profetie is dus iets anders dan het uitleggen van de Bijbel. Daarom wordt er ook onderscheidt gemaakt tussen onderricht en profetie. Blijkbaar was ook niet elke profetie Gods Woord voor alle mensen. Als dat zo zou zijn, missen we nu openbaringen van de honderden profeten uit het Nieuwe Testament die niet opgeschreven zijn. Blijkbaar kan profetie dus een openbaring van Gods zijn die niet noodzakelijk van belang is voor alle mensen maar enkel voor iemand specifiek, zoals de man die de samenkomst binnenkwam waar iedereen profeteerde en bekend maakte wat er in zijn hart leefde.

Profeteren zal een keer ophouden

Ook vandaag is het zo nodig dat we deze alwetendheid van God ondervinden, dat we ervaren dat Hij van ons afweet en ons kent en wil leiden. Daarom is het zo bemoedigend dat profeteren niet op zal houden tot Jezus het volmaakte zal brengen.

In 1 Korinthe 13:8-12 laat hij zien dat profetie, talen en kennis ten dele is, en dat dat tenietgedaan zal worden wanneer het volmaakte gekomen zal zijn. Sommigen geloven dat met de komst van het volmaakte de Bijbel bedoelt wordt zoals we die nu kennen. Maar wanneer “het volmaakte” de Bijbel betekent zou het betekenen dat we nu ook van aangezicht tot aangezicht zien en kennen zoals ik zelf gekend ben.

Ook met Gods onfeilbare Woord kennen we nog niet zoals God ons kent. Daarom is het volmaakte nog niet gekomen en verwachten we het volmaakte wanneer Jezus terugkomt en we oog in oog met Hem zullen staan.

Ook Johannes laat zien dat we nu nog leven in die tijd waarin we maar ten dele zien, “Geliefden, nu zijn wij kinderen van God, en het is nog niet geopenbaard wat wij zullen zijn. Maar wij weten dat, als Hij geopenbaard zal worden, wij Hem gelijk zullen zijn; want wij zullen Hem zien zoals Hij is.” (1 Johannes 3:2)

Verlang ernaar

Dit betekent dat we ook vandaag nog mogen en zelfs moeten verlangen naar de gave van profetie tot opbouw van de gemeente.

Ja, wie je ook bent, wanneer je vervult bent met de Heilige Geest wil God je gebruiken als een kanaal waardoor Hij verborgenheden wil openbaren. Dit had God belooft, “En het zal zijn in de laatste dagen, zegt God, dat Ik zal uitstorten van Mijn Geest op alle vlees; en uw zonen en uw dochters zullen profeteren” (Handelingen 2:17). Zowel mannen als vrouwen, in tegenstelling tot het onderwijzen, zowel oud als jong.

Het is heerlijk dat God ons gereedschap wil geven tot opbouw van Zijn gemeente, maar blijkbaar kunnen we Zijn gereedschap links laten liggen. Daarom roept Paulus Timotheüs toe om de “genadegave van God die in u is door de oplegging van mijn handen, aan te wakkeren.” (2 Timotheüs 1:6). En zo roept God ons op om te streven naar “de geestelijke gaven, en vooral daarnaar dat u mag profeteren” (1 Korinthe 14:1). “Streef ernaar om te profeteren, en verhinder het spreken in andere talen niet.” (1 Korinthe 14:39).

De Heere is alwetend, Hij is de alfa en de omega. Hij stond aan het begin en aan het einde is Hij al en dit hele geheel overziet Hij. Hij weet wat er morgen zal gebeuren en wat je volgende week zult meemaken.

En niet alleen is niets in de tijd voor Hem verborgen, ook de diepste uithoeken van ons hart zijn Hem bekend. Hij kent onze gedachten, ieder verlangen, elke nood, elke zonde en elke gebrokenheid.

Wat een wonder dat Hij dan soms Zijn alwetendheid bewijst door aan iemand iets te openbaren wat verborgen was. Wat is het heerlijk om te merken dat Hij van je situatie afweet en je wil leiden doordat Hij op bovennatuurlijke manier verborgenheden bekend maakt.

Dat is wat Hij doet. Wanneer iemand de gave van profetie van de Heilige Geest ontvangt, openbaart Hij iets in de tijd of in het leven en hart van iemand wat eerst verborgen was.

De uithoeken van je hart aan het licht

Zo zien we in 1 Korinthe 14:23-25 dat wanneer iedereen in de gemeente zou profeteren en er een ongelovige binnen zou komen, zij de verborgenheden van zijn hart zouden openbaren.

De Heilige Geest laat op zo’n moment zien wat er in diegene omgaat, waar hij mee worstelt, in welke zonden hij leeft of welke bemoediging, troost of vermaning hij nodigt heeft. Dit is niet het werk van lang studeren en mensenkennis, ook niet van experimenteren met de geestelijke wereld, dat is levensgevaarlijk. Nee, dit is een bovennatuurlijk werk van de soevereine God “die aan ieder afzonderlijk uitdeelt zoals Hij wil” (1 Korinthe 12:11). En dit zal een bewijs voor hem zijn dat God werkelijk in hun midden is. Hij merkt het, dit had alleen God kunnen openbaren en daarom zal “hij zich met het gezicht ter aarde werpen en God aanbidden, en verkondigen dat God werkelijk in uw midden is” (1 Korinthe 14:25).

Profetie en onderwijs

Profetie is dus iets anders dan het uitleggen van de Bijbel. Daarom wordt er ook onderscheidt gemaakt tussen onderricht en profetie. Blijkbaar was ook niet elke profetie Gods Woord voor alle mensen. Als dat zo zou zijn, missen we nu openbaringen van de honderden profeten uit het Nieuwe Testament die niet opgeschreven zijn. Blijkbaar kan profetie dus een openbaring van Gods zijn die niet noodzakelijk van belang is voor alle mensen maar enkel voor iemand specifiek, zoals de man die de samenkomst binnenkwam waar iedereen profeteerde en bekend maakte wat er in zijn hart leefde.

Profeteren zal een keer ophouden

Ook vandaag is het zo nodig dat we deze alwetendheid van God ondervinden, dat we ervaren dat Hij van ons afweet en ons kent en wil leiden. Daarom is het zo bemoedigend dat profeteren niet op zal houden tot Jezus het volmaakte zal brengen.

In 1 Korinthe 13:8-12 laat hij zien dat profetie, talen en kennis ten dele is, en dat dat tenietgedaan zal worden wanneer het volmaakte gekomen zal zijn. Sommigen geloven dat met de komst van het volmaakte de Bijbel bedoelt wordt zoals we die nu kennen. Maar wanneer “het volmaakte” de Bijbel betekent zou het betekenen dat we nu ook van aangezicht tot aangezicht zien en kennen zoals ik zelf gekend ben.

Ook met Gods onfeilbare Woord kennen we nog niet zoals God ons kent. Daarom is het volmaakte nog niet gekomen en verwachten we het volmaakte wanneer Jezus terugkomt en we oog in oog met Hem zullen staan.

Ook Johannes laat zien dat we nu nog leven in die tijd waarin we maar ten dele zien, “Geliefden, nu zijn wij kinderen van God, en het is nog niet geopenbaard wat wij zullen zijn. Maar wij weten dat, als Hij geopenbaard zal worden, wij Hem gelijk zullen zijn; want wij zullen Hem zien zoals Hij is.” (1 Johannes 3:2)

Verlang ernaar

Dit betekent dat we ook vandaag nog mogen en zelfs moeten verlangen naar de gave van profetie tot opbouw van de gemeente.

Ja, wie je ook bent, wanneer je vervult bent met de Heilige Geest wil God je gebruiken als een kanaal waardoor Hij verborgenheden wil openbaren. Dit had God belooft, “En het zal zijn in de laatste dagen, zegt God, dat Ik zal uitstorten van Mijn Geest op alle vlees; en uw zonen en uw dochters zullen profeteren” (Handelingen 2:17). Zowel mannen als vrouwen, in tegenstelling tot het onderwijzen, zowel oud als jong.

Het is heerlijk dat God ons gereedschap wil geven tot opbouw van Zijn gemeente, maar blijkbaar kunnen we Zijn gereedschap links laten liggen. Daarom roept Paulus Timotheüs toe om de “genadegave van God die in u is door de oplegging van mijn handen, aan te wakkeren.” (2 Timotheüs 1:6). En zo roept God ons op om te streven naar “de geestelijke gaven, en vooral daarnaar dat u mag profeteren” (1 Korinthe 14:1). “Streef ernaar om te profeteren, en verhinder het spreken in andere talen niet.” (1 Korinthe 14:39).

Dit artikel is voortgekomen uit gesprekken in de MijnGeloofsvraag Whatsapp-groep waar we iedere werkdag samen een ingezonden vraag van deelnemers behandelen. Klik hier om deel te nemen →