En de HEERE zag dat de slechtheid van de mens op de aarde groot was, en dat al de gedachtespinsels van zijn hart elke dag alleen maar slecht waren. Toen kreeg de HEERE er berouw over dat Hij de mens op de aarde gemaakt had, en het bedroefde Hem in Zijn hart. (Genesis 6:5-6)
En de HEERE zag dat de slechtheid van de mens op de aarde groot was, en dat al de gedachtespinsels van zijn hart elke dag alleen maar slecht waren. Toen kreeg de HEERE er berouw over dat Hij de mens op de aarde gemaakt had, en het bedroefde Hem in Zijn hart. (Genesis 6:5-6)
Er is zoveel in deze twee korte verzen waar we het over kunnen hebben, en ze zijn zo somber. Denk over deze paar zinnen. “De slechtheid van de mens op de aarde was groot.” Ik denk niet dat er iemand om zich heen kijkt in deze wereld vandaag en niet hetzelfde ziet. Het is niet meer zoals het moet zijn, kijk naar de armoede, de onderdrukking, de trots en de begeerte naar macht. De slechtheid wordt op zoveel verschillende manieren zichtbaar, we zien slavernij, sekshandel, oorlogen. En we zien de zonde niet alleen aan de andere kant van de wereld, maar ook om ons heen in ons eigen leven. Het is niet meer zoals het moet zijn. Er is slechtheid om ons heen in deze wereld.
Maar ook in ons eigen hart, kijk eens naar je eigen hart. “Al de gedachtespinsels van zijn hart waren elke dag alleen maar slecht.” Elke intentie en gedachte van het hart was voortdurend slecht. Besef dit, de slechtheid en het kwaad zijn niet alleen buiten mij. Het is binnenin mij, in de intenties van mijn hart. Ik ben geneigd om mijzelf voorrang te geven op anderen. Ik ben geneigd te zoeken naar het beste is voor mijzelf. Ik ben geneigd tot allerlei kwaad en slechtheid. Het is niet alleen buiten mij alsof het van mij gescheiden was. Het kwaad en de slechtheid is in mij, in een ieder van ons, op allerlei verschillende manieren. Natuurlijk ziet het er verschillend uit in onze verschillende levens, maar er zijn in ons hart slechte intenties.
En kijk nu hoe dit God bedroeft. “Het bedroefde Hem in Zijn hart.” Laten we bidden en belijden wat er in ons hart leeft.
Er is zoveel in deze twee korte verzen waar we het over kunnen hebben, en ze zijn zo somber. Denk over deze paar zinnen. “De slechtheid van de mens op de aarde was groot.” Ik denk niet dat er iemand om zich heen kijkt in deze wereld vandaag en niet hetzelfde ziet. Het is niet meer zoals het moet zijn, kijk naar de armoede, de onderdrukking, de trots en de begeerte naar macht. De slechtheid wordt op zoveel verschillende manieren zichtbaar, we zien slavernij, sekshandel, oorlogen. En we zien de zonde niet alleen aan de andere kant van de wereld, maar ook om ons heen in ons eigen leven. Het is niet meer zoals het moet zijn. Er is slechtheid om ons heen in deze wereld.
Maar ook in ons eigen hart, kijk eens naar je eigen hart. “Al de gedachtespinsels van zijn hart waren elke dag alleen maar slecht.” Elke intentie en gedachte van het hart was voortdurend slecht. Besef dit, de slechtheid en het kwaad zijn niet alleen buiten mij. Het is binnenin mij, in de intenties van mijn hart. Ik ben geneigd om mijzelf voorrang te geven op anderen. Ik ben geneigd te zoeken naar het beste is voor mijzelf. Ik ben geneigd tot allerlei kwaad en slechtheid. Het is niet alleen buiten mij alsof het van mij gescheiden was. Het kwaad en de slechtheid is in mij, in een ieder van ons, op allerlei verschillende manieren. Natuurlijk ziet het er verschillend uit in onze verschillende levens, maar er zijn in ons hart slechte intenties.
En kijk nu hoe dit God bedroeft. “Het bedroefde Hem in Zijn hart.” Laten we bidden en belijden wat er in ons hart leeft.
God, we belijden dat ons hart maar al te vaak vatbaar is voor het kwaad. God, we zijn zo geneigd om onszelf voorrang te geven, om te zoeken naar dat wat het beste is voor onszelf, alsof wij weten wat het beste voor ons is. We zijn zo geneigd om ons af te keren van Uw wegen en te vertrouwen op onze eigen wegen. We zien dit in onze gedachten, in de verlangens van ons hart, in onze woorden en in onze daden. God, we hebben een nieuw hart nodig. We hebben een nieuw hart nodig en we prijzen U, Heer Jezus, we prijzen U, want U hebt dit mogelijk gemaakt. We prijzen U voor de beloften die we later in de Bijbel lezen, dat U Uw volk een nieuw hart zult geven (Ezechiël 36:26-27). En U, Jezus, toen U kwam, zei U tegen Nicodemus dat hij opnieuw geboren kon worden met een nieuw hart, een nieuw leven en U zegt in 2 Korinthe 5 dat iemand een nieuwe schepping is als hij in Christus is, het oude is dan voorbijgegaan en alles is nieuw.
God, laat dat zo zijn in ons leven, meer en meer. We prijzen U, Jezus, dat U de prijs voor onze zonden hebt betaalt, dat U ons gerechtvaardigd hebt voor God, zodat we nu tot God kunnen bidden, God kunnen kennen en vrede kunnen hebben met God. Maar, God, we weten dat er in onze zondige natuur, in ons vlees, nog steeds slechte en egoïstische begeerten zijn, en deze slechte en egoïstische begeerten doen U echt verdriet, en we willen dat niet, o God!
We willen dat U ons meer en meer reinigt. O zorg er alstublieft voor dat we niet meer egoïstisch zullen zijn. Zorg er voor dat we God-gericht zullen zijn. Help ons om ons leven te concentreren op U, op Uw heerlijkheid en het aanbidden van U. Help ons Heer, met onze verlangens. Laat alle intenties van ons hart U behagen. O laat alles wat we denken, wat niemand anders ziet, tot eer zijn van U. Verander ons, we bidden het U. Help ons om verdrietig te zijn over de zonde, zoals U daar verdrietig over bent. Help ons de zonde te haten, zoals U de zonde haat. Help ons om onszelf van de zonde af te keren, in Uw kracht. En zorg voor ons hart, maak ons hart aangenaam voor U. Alstublieft, o God, we bidden het U. En we bidden dit allemaal in volkomen afhankelijkheid van Uw genade, in Uw ontferming en liefde voor ons. We prijzen U dat U ons liefhebt, ondanks dat we zondig zijn. Alle eer aan Uw naam.
We bidden dit in Jezus’ naam. Amen.
Overgenomen van Radical.net
God, we belijden dat ons hart maar al te vaak vatbaar is voor het kwaad. God, we zijn zo geneigd om onszelf voorrang te geven, om te zoeken naar dat wat het beste is voor onszelf, alsof wij weten wat het beste voor ons is. We zijn zo geneigd om ons af te keren van Uw wegen en te vertrouwen op onze eigen wegen. We zien dit in onze gedachten, in de verlangens van ons hart, in onze woorden en in onze daden. God, we hebben een nieuw hart nodig. We hebben een nieuw hart nodig en we prijzen U, Heer Jezus, we prijzen U, want U hebt dit mogelijk gemaakt. We prijzen U voor de beloften die we later in de Bijbel lezen, dat U Uw volk een nieuw hart zult geven (Ezechiël 36:26-27). En U, Jezus, toen U kwam, zei U tegen Nicodemus dat hij opnieuw geboren kon worden met een nieuw hart, een nieuw leven en U zegt in 2 Korinthe 5 dat iemand een nieuwe schepping is als hij in Christus is, het oude is dan voorbijgegaan en alles is nieuw.
God, laat dat zo zijn in ons leven, meer en meer. We prijzen U, Jezus, dat U de prijs voor onze zonden hebt betaalt, dat U ons gerechtvaardigd hebt voor God, zodat we nu tot God kunnen bidden, God kunnen kennen en vrede kunnen hebben met God. Maar, God, we weten dat er in onze zondige natuur, in ons vlees, nog steeds slechte en egoïstische begeerten zijn, en deze slechte en egoïstische begeerten doen U echt verdriet, en we willen dat niet, o God!
We willen dat U ons meer en meer reinigt. O zorg er alstublieft voor dat we niet meer egoïstisch zullen zijn. Zorg er voor dat we God-gericht zullen zijn. Help ons om ons leven te concentreren op U, op Uw heerlijkheid en het aanbidden van U. Help ons Heer, met onze verlangens. Laat alle intenties van ons hart U behagen. O laat alles wat we denken, wat niemand anders ziet, tot eer zijn van U. Verander ons, we bidden het U. Help ons om verdrietig te zijn over de zonde, zoals U daar verdrietig over bent. Help ons de zonde te haten, zoals U de zonde haat. Help ons om onszelf van de zonde af te keren, in Uw kracht. En zorg voor ons hart, maak ons hart aangenaam voor U. Alstublieft, o God, we bidden het U. En we bidden dit allemaal in volkomen afhankelijkheid van Uw genade, in Uw ontferming en liefde voor ons. We prijzen U dat U ons liefhebt, ondanks dat we zondig zijn. Alle eer aan Uw naam.
We bidden dit in Jezus’ naam. Amen.
Overgenomen van Radical.net