De Aansporing van 1542 is een oude belijdenis over de Doop en het Avondmaal wat grotendeels voortgekomen is uit een eerdere versie uit 1533. Pilgram Marpeck heeft hiervan samen met andere broeders een herziene versie geschreven en verspreid. Ook in Nederland was een van deze versies bekend zoals blijkt uit het recent hertaalde werk van Robertus Puppius waarin hij er kort iets uit aanhaalt maar verder niet ingaat op de de belangrijkste standpunten.
Deze belijdenis bewijst vanuit de Schrift het belang van hartelijk geloof en hartelijke liefde. Zonder het hartelijk geloof en hartelijke liefde is het uiterlijke te vergeefs, of het nu om de prediking gaat, het dienen, de doop of het Avondmaal. Maar met het hartelijke geloof en in liefde is het uiterlijke één met het innerlijke, geen schijn of bedrog en daarom waardevol en tot eer van God, in de vleesgeworden Zoon, Jezus Christus.
Voor de vertaling van deze belijdenis hebben we de originele fotokopieën gebruikt van een exemplaar uit de Bayerische Staatsbibliotheek in München. We hebben zoveel mogelijk geprobeerd om de oorspronkelijke tekst in structuur en hoofdstukken te volgen. Voor een meer uitgewerkte vertaling met extra achtergrond informatie bevelen wij de Engelse vertaling van William Klassen en Walter Klaassen.
Hier volgt het voorwoord op de belijdenis. De volledige tekst kun je hier als PDF downloaden of hier bestellen als je liever van een papieren versie leest (volgt later)
Voorwoord
Alle gelovigen en goedhartige liefhebbers van de waarheid wensen wij, bondgenoten en broeders in de eenheid van het geloof in Christus, genade van God en waarachtige kennis van Christus in de Heilige Geest. Amen.
Geliefde gelovigen en goedhartige mensen, de gruwelijke vijand (de Satan en zijn geslacht) brengt ons veel tegenwerking, lastering en afval toe. Dit gebeurt door gruwelijke dwalingen van vele sekten, scheuringen en verdeeldheid, veroorzaakt door de list en het gif van de slang.
Nu, in het twaalfde jaar – zoals voorheen in het begin van Christus’ gemeente, in de tijd van de apostelen – hebben valse boden van Satan zich vermengd met de bondgenoten van de waarheid in Christus. Ze hebben zich ondergedoken in hun midden. Dit leidt tot ergernis, verblinding en verbittering. Ook veroorzaakt het verhindering, verhulling en verachting van de waarheid.
De listige slang, als ware vijandin van het menselijk heil, heeft de ijverige, goedhartige mensen geheel uitgeput en moe gemaakt. Ja, zij heeft ieder goedhartig mens zelfs bijna verslagen en neergedrukt. Velen zijn in verwarring ontsteld geraakt en tot nu toe geheel verslagen en weten niet waar ze naar toe moeten.
Daarom is vandaag ons (de Christelijke bondgenoten) hartelijk en ernstig gebed tot God voor alle goedgezinden: dat God de Vader door Jezus Christus hen uit de gevangenschap van het geweten verlost en tot ware vroomheid vrij maakt. Dit is onze aansporing aan alle dwalenden, vermoeide, gewonde, zwakke en verslagen harten: hef uw hoofden samen met ons op, want onze verlossing nadert.
Wij bidden tot God voor hen en voor onszelf. We vragen dat Hij ons in deze gevaarlijke en laatste tijden behoudt in Zijn onvermengde, zuivere en reine Woord, waarheid en wil, als in Zijn ware rijk. Moge Hij dit laten toenemen en voortkomen. Laat de banier van goddelijke gerechtigheid, genade en waarheid in Christus opgaan tot troost van alle goedgezinden. Door deze banier kunnen de gewonde en vermoeide gewetens worden opgericht, geheeld, verzameld en verenigd. Dit geldt voor iedereen die door velerlei aanvallen en bestrijdingen van de vijand verwond, verjaagd, verstrooid, moe en verslagen zijn.
Wij verbinden ons als bondgenoten aan het vaandel van goddelijke gerechtigheid en waarheid. Door de genade en barmhartigheid van God, door Jezus Christus onze Heere en Verlosser, strijden wij met de wapens en het zwaard van de Heilige Geest, als hemelse en niet als aardse ridders. Want ons burgerschap en ridderschap is niet van het aardse, maar van het hemelse Jeruzalem. Dit is boven en niet hier beneden op aarde — een onvergankelijk rijk, niet van deze wereld. Deze strijders en hun wapens zijn niet vleselijk maar geestelijk. Ze zijn machtig voor God in Christus Jezus, onze Heere en Leidsman, om in het licht te strijden.
Wij strijden niet met lichamelijke macht zoals de overheden en heersers van de duisternis dezer wereld. In plaats daarvan bestrijden en werpen wij de plannen en hoogmoed van de duivel neer. Dit doen wij met nederigheid, zachtmoedigheid en geduld. Onze strijd voeren wij door verdrukking, noden, angsten, slagen en gevangenschap. Ook door werken, waken, vasten en bidden. Dit gaat gepaard met zuiverheid, kennis, geduld en vriendelijkheid, met de Heilige Geest en het woord der waarheid.
Door de kracht Gods en de wapens van gerechtigheid, ter rechter- en ter linkerzijde, nemen wij elke gedachte gevangen om die te brengen tot de gehoorzaamheid aan Christus (2 Korinthe 10:5). Dit doen wij door eer en schande, door slechte reputatie en goede naam. Wij zijn als verleiders en toch waarachtig, als onbekenden en toch bekend. Als stervenden die leven, als gestraften maar niet gedood. Als treurenden maar altijd vrolijk, als armen die velen rijk maken, als zij die niets hebben en toch alles bezitten (Naar 2 Korinthe 6).
Hoewel wij in het vlees wandelen, strijden wij niet op vleselijke wijze. De wapenen van onze ridderschap zijn machtig voor God om vestingen neer te halen. Hiermee vernietigen wij plannen en elke hoogte die zich verheft tegen de kennis van God (2 Korinthe 10:4-5).
Dit alles doen wij niet uit eigen macht en kracht, noch door aardse of lichamelijke macht en zwaard. Het komt door de macht en kracht van de Heere Jezus Christus, die door lijdzaamheid alles heeft overwonnen. Zo overwinnen ook wij door de dood in Christus onze Heere, als Zijn ware verbondsgenoten, uit Zijn genade.
Dit verbondsgetuigenis bestaat door Gods genade en zal tot het einde onwankelbaar betuigd worden, indien wij volharden zoals wij vanaf het begin geroepen zijn in Christus Jezus.
Wij zijn genoodzaakt om ons getuigenis te zuiveren, volgens onze plicht en verbond in Christus. Dit geldt ook voor andere getuigenissen van andere schrijver die in dit boekje zijn opgnomen, die zijn uitgegaan en door ons getoetst naar de woorden van Paulus.
Wij hebben enkele dwalingen daarin gevonden die niet overeenstemmen met ons geloof, liefde en geduld in Christus. Deze moeten worden gecorrigeerd, en de fouten en dwalingen moeten worden weggelaten. Zo kunnen wij alleen aan het goede en de zuivere waarheid vrij getuigenis geven, zonder vermenging met dwaling.
Dit is belangrijk omdat de waarheid anders gelasterd zou kunnen worden door lasteraars en onreine oordelaars. Zij zijn het gewend om het goede met het kwade te lasteren en te verwerpen, zonder onderscheiding of bescherming van het goede en de waarheid.
Wij hebben nu dit onvermengd en gezuiverd getuigenis geschreven, samen met onze medegetuigen. Het is bedoeld voor alle gelovigen in de waarheid en zij die de waarheid goedgezind zijn, tot liefde, lof en bevordering. Dit getuigenis is gericht tegen zowel nieuwe als oude dwalingen. Deze dwalingen hebben zich op sektarische wijze verspreid onder de naam van Christus. Zij hebben zich verheven en binnengedrongen, en velen van de waarheid afgeleid onder een schijn van waarheid. Ze hebben verderfelijke sekten opgericht, en bijna de hele wereld volgt hun verderf.
Wij bieden onszelf aan en willen ons altijd onderwerpen aan de gehoorzaamheid van de heiligen en aan de Heilige Geest in oordeel. Dit doen wij met ons getuigenis, in nederigheid. Wij hopen dat iedere bondgenoot met een zuiver geweten voor God gemakkelijk met ons zal oordelen in de eenheid van het geloof in Christus Jezus. Als God de Vader door Christus nog iets helderders en beters geeft en toont, hopen wij dat dit niet tegen ons getuigenis zal zijn. In plaats daarvan hopen we dat het ons getuigenis zuiverder en helderder zal maken en duidelijker aan het licht zal brengen.
Daarom sporen wij iedereen aan die dit verbond en deze vereniging van het geloof in Christus leest of hoort: strijd niet tegen de waarheid als je er niet tegen bent. Het zal alle Saulsgezinden zwaar vallen tegen deze prikkel te schoppen. Zij die echter mede willen getuigen, mogen samen met ons belijden en bondgenoten in Christus worden, waar zij ook in de wereld zijn.
Wanneer twee, drie of meer mensen samenkomen in de naam van Jezus Christus, volgens Zijn woord, en zich verbinden in het verbond van het goede geweten met God, dan is deze hoofdman Christus Jezus in hun midden. Wat zij ook vragen en begeren in Zijn naam van de hemelse Vader, naar Zijn wil, dat zal Christus hun geven, mits zij zich waarlijk met hun hart verbinden in het verbond van het goede geweten met God. Want onze Heere Jezus Christus, die heeft gezag, Hem is macht gegeven over hemel en aarde, onder wie wij (voor zover wij in waarheid wandelen) verplicht zijn, onder de banier van goddelijke gerechtigheid, als waarachtige bondgenoten met een rein geweten met God in de waarheid.
Op deze manier mag ieder goedhartig mens zich met God in Christus verbinden, zijn lichaam en al wat hij heeft aan God geven als een rein offer, zoals Christus zegt: “Als iemand tot Mij komt en niet haat zijn eigen vader en moeder en vrouw en kinderen en broers en zusters, ja, ook zelfs zijn eigen leven, die kan Mijn discipel niet zijn.” (Lukas 14:26). En Paulus spoort ons aan om onze lichamen te geven als een levend offer, wat (zegt hij) de redelijke godsdienst is, God welgevallig en aangenaam. Daartoe geve de hemelse Vader door Zijn Zoon Jezus Christus genade, dat alle goedhartige mensen, door zuiver inzicht en kennis, zich daartoe mogen begeven, want in de kennis van Christus en in de Vader ligt het eeuwige leven, zoals Christus de Heer zegt: “Dit is het eeuwige leven, dat zij U kennen, de enige waarachtige God, en Jezus Christus, Die U gezonden hebt” (Johannes 17:3). Tot dit begrip en deze kennis moge de hemelse Vader ons door en in Zijn Jezus Christus helpen. Amen.
De Aansporing van 1542 is een oude belijdenis over de Doop en het Avondmaal wat grotendeels voortgekomen is uit een eerdere versie uit 1533. Pilgram Marpeck heeft hiervan samen met andere broeders een herziene versie geschreven en verspreid. Ook in Nederland was een van deze versies bekend zoals blijkt uit het recent hertaalde werk van Robertus Puppius waarin hij er kort iets uit aanhaalt maar verder niet ingaat op de de belangrijkste standpunten.
Deze belijdenis bewijst vanuit de Schrift het belang van hartelijk geloof en hartelijke liefde. Zonder het hartelijk geloof en hartelijke liefde is het uiterlijke te vergeefs, of het nu om de prediking gaat, het dienen, de doop of het Avondmaal. Maar met het hartelijke geloof en in liefde is het uiterlijke één met het innerlijke, geen schijn of bedrog en daarom waardevol en tot eer van God, in de vleesgeworden Zoon, Jezus Christus.
Voor de vertaling van deze belijdenis hebben we de originele fotokopieën gebruikt van een exemplaar uit de Bayerische Staatsbibliotheek in München. We hebben zoveel mogelijk geprobeerd om de oorspronkelijke tekst in structuur en hoofdstukken te volgen. Voor een meer uitgewerkte vertaling met extra achtergrond informatie bevelen wij de Engelse vertaling van William Klassen en Walter Klaassen.
Hier volgt het voorwoord op de belijdenis. De volledige tekst kun je hier als PDF downloaden of hier bestellen als je liever van een papieren versie leest (volgt later)
Voorwoord
Alle gelovigen en goedhartige liefhebbers van de waarheid wensen wij, bondgenoten en broeders in de eenheid van het geloof in Christus, genade van God en waarachtige kennis van Christus in de Heilige Geest. Amen.
Geliefde gelovigen en goedhartige mensen, de gruwelijke vijand (de Satan en zijn geslacht) brengt ons veel tegenwerking, lastering en afval toe. Dit gebeurt door gruwelijke dwalingen van vele sekten, scheuringen en verdeeldheid, veroorzaakt door de list en het gif van de slang.
Nu, in het twaalfde jaar – zoals voorheen in het begin van Christus’ gemeente, in de tijd van de apostelen – hebben valse boden van Satan zich vermengd met de bondgenoten van de waarheid in Christus. Ze hebben zich ondergedoken in hun midden. Dit leidt tot ergernis, verblinding en verbittering. Ook veroorzaakt het verhindering, verhulling en verachting van de waarheid.
De listige slang, als ware vijandin van het menselijk heil, heeft de ijverige, goedhartige mensen geheel uitgeput en moe gemaakt. Ja, zij heeft ieder goedhartig mens zelfs bijna verslagen en neergedrukt. Velen zijn in verwarring ontsteld geraakt en tot nu toe geheel verslagen en weten niet waar ze naar toe moeten.
Daarom is vandaag ons (de Christelijke bondgenoten) hartelijk en ernstig gebed tot God voor alle goedgezinden: dat God de Vader door Jezus Christus hen uit de gevangenschap van het geweten verlost en tot ware vroomheid vrij maakt. Dit is onze aansporing aan alle dwalenden, vermoeide, gewonde, zwakke en verslagen harten: hef uw hoofden samen met ons op, want onze verlossing nadert.
Wij bidden tot God voor hen en voor onszelf. We vragen dat Hij ons in deze gevaarlijke en laatste tijden behoudt in Zijn onvermengde, zuivere en reine Woord, waarheid en wil, als in Zijn ware rijk. Moge Hij dit laten toenemen en voortkomen. Laat de banier van goddelijke gerechtigheid, genade en waarheid in Christus opgaan tot troost van alle goedgezinden. Door deze banier kunnen de gewonde en vermoeide gewetens worden opgericht, geheeld, verzameld en verenigd. Dit geldt voor iedereen die door velerlei aanvallen en bestrijdingen van de vijand verwond, verjaagd, verstrooid, moe en verslagen zijn.
Wij verbinden ons als bondgenoten aan het vaandel van goddelijke gerechtigheid en waarheid. Door de genade en barmhartigheid van God, door Jezus Christus onze Heere en Verlosser, strijden wij met de wapens en het zwaard van de Heilige Geest, als hemelse en niet als aardse ridders. Want ons burgerschap en ridderschap is niet van het aardse, maar van het hemelse Jeruzalem. Dit is boven en niet hier beneden op aarde — een onvergankelijk rijk, niet van deze wereld. Deze strijders en hun wapens zijn niet vleselijk maar geestelijk. Ze zijn machtig voor God in Christus Jezus, onze Heere en Leidsman, om in het licht te strijden.
Wij strijden niet met lichamelijke macht zoals de overheden en heersers van de duisternis dezer wereld. In plaats daarvan bestrijden en werpen wij de plannen en hoogmoed van de duivel neer. Dit doen wij met nederigheid, zachtmoedigheid en geduld. Onze strijd voeren wij door verdrukking, noden, angsten, slagen en gevangenschap. Ook door werken, waken, vasten en bidden. Dit gaat gepaard met zuiverheid, kennis, geduld en vriendelijkheid, met de Heilige Geest en het woord der waarheid.
Door de kracht Gods en de wapens van gerechtigheid, ter rechter- en ter linkerzijde, nemen wij elke gedachte gevangen om die te brengen tot de gehoorzaamheid aan Christus (2 Korinthe 10:5). Dit doen wij door eer en schande, door slechte reputatie en goede naam. Wij zijn als verleiders en toch waarachtig, als onbekenden en toch bekend. Als stervenden die leven, als gestraften maar niet gedood. Als treurenden maar altijd vrolijk, als armen die velen rijk maken, als zij die niets hebben en toch alles bezitten (Naar 2 Korinthe 6).
Hoewel wij in het vlees wandelen, strijden wij niet op vleselijke wijze. De wapenen van onze ridderschap zijn machtig voor God om vestingen neer te halen. Hiermee vernietigen wij plannen en elke hoogte die zich verheft tegen de kennis van God (2 Korinthe 10:4-5).
Dit alles doen wij niet uit eigen macht en kracht, noch door aardse of lichamelijke macht en zwaard. Het komt door de macht en kracht van de Heere Jezus Christus, die door lijdzaamheid alles heeft overwonnen. Zo overwinnen ook wij door de dood in Christus onze Heere, als Zijn ware verbondsgenoten, uit Zijn genade.
Dit verbondsgetuigenis bestaat door Gods genade en zal tot het einde onwankelbaar betuigd worden, indien wij volharden zoals wij vanaf het begin geroepen zijn in Christus Jezus.
Wij zijn genoodzaakt om ons getuigenis te zuiveren, volgens onze plicht en verbond in Christus. Dit geldt ook voor andere getuigenissen van andere schrijver die in dit boekje zijn opgnomen, die zijn uitgegaan en door ons getoetst naar de woorden van Paulus.
Wij hebben enkele dwalingen daarin gevonden die niet overeenstemmen met ons geloof, liefde en geduld in Christus. Deze moeten worden gecorrigeerd, en de fouten en dwalingen moeten worden weggelaten. Zo kunnen wij alleen aan het goede en de zuivere waarheid vrij getuigenis geven, zonder vermenging met dwaling.
Dit is belangrijk omdat de waarheid anders gelasterd zou kunnen worden door lasteraars en onreine oordelaars. Zij zijn het gewend om het goede met het kwade te lasteren en te verwerpen, zonder onderscheiding of bescherming van het goede en de waarheid.
Wij hebben nu dit onvermengd en gezuiverd getuigenis geschreven, samen met onze medegetuigen. Het is bedoeld voor alle gelovigen in de waarheid en zij die de waarheid goedgezind zijn, tot liefde, lof en bevordering. Dit getuigenis is gericht tegen zowel nieuwe als oude dwalingen. Deze dwalingen hebben zich op sektarische wijze verspreid onder de naam van Christus. Zij hebben zich verheven en binnengedrongen, en velen van de waarheid afgeleid onder een schijn van waarheid. Ze hebben verderfelijke sekten opgericht, en bijna de hele wereld volgt hun verderf.
Wij bieden onszelf aan en willen ons altijd onderwerpen aan de gehoorzaamheid van de heiligen en aan de Heilige Geest in oordeel. Dit doen wij met ons getuigenis, in nederigheid. Wij hopen dat iedere bondgenoot met een zuiver geweten voor God gemakkelijk met ons zal oordelen in de eenheid van het geloof in Christus Jezus. Als God de Vader door Christus nog iets helderders en beters geeft en toont, hopen wij dat dit niet tegen ons getuigenis zal zijn. In plaats daarvan hopen we dat het ons getuigenis zuiverder en helderder zal maken en duidelijker aan het licht zal brengen.
Daarom sporen wij iedereen aan die dit verbond en deze vereniging van het geloof in Christus leest of hoort: strijd niet tegen de waarheid als je er niet tegen bent. Het zal alle Saulsgezinden zwaar vallen tegen deze prikkel te schoppen. Zij die echter mede willen getuigen, mogen samen met ons belijden en bondgenoten in Christus worden, waar zij ook in de wereld zijn.
Wanneer twee, drie of meer mensen samenkomen in de naam van Jezus Christus, volgens Zijn woord, en zich verbinden in het verbond van het goede geweten met God, dan is deze hoofdman Christus Jezus in hun midden. Wat zij ook vragen en begeren in Zijn naam van de hemelse Vader, naar Zijn wil, dat zal Christus hun geven, mits zij zich waarlijk met hun hart verbinden in het verbond van het goede geweten met God. Want onze Heere Jezus Christus, die heeft gezag, Hem is macht gegeven over hemel en aarde, onder wie wij (voor zover wij in waarheid wandelen) verplicht zijn, onder de banier van goddelijke gerechtigheid, als waarachtige bondgenoten met een rein geweten met God in de waarheid.
Op deze manier mag ieder goedhartig mens zich met God in Christus verbinden, zijn lichaam en al wat hij heeft aan God geven als een rein offer, zoals Christus zegt: “Als iemand tot Mij komt en niet haat zijn eigen vader en moeder en vrouw en kinderen en broers en zusters, ja, ook zelfs zijn eigen leven, die kan Mijn discipel niet zijn.” (Lukas 14:26). En Paulus spoort ons aan om onze lichamen te geven als een levend offer, wat (zegt hij) de redelijke godsdienst is, God welgevallig en aangenaam. Daartoe geve de hemelse Vader door Zijn Zoon Jezus Christus genade, dat alle goedhartige mensen, door zuiver inzicht en kennis, zich daartoe mogen begeven, want in de kennis van Christus en in de Vader ligt het eeuwige leven, zoals Christus de Heer zegt: “Dit is het eeuwige leven, dat zij U kennen, de enige waarachtige God, en Jezus Christus, Die U gezonden hebt” (Johannes 17:3). Tot dit begrip en deze kennis moge de hemelse Vader ons door en in Zijn Jezus Christus helpen. Amen.
Pilgram Marpeck (1495-1556), een vergeten hersteller uit de tijd van de reformatie werd geboren in Rattenberg in Oostenrijk, maar vanwege zijn evenwichtige Bijbelse onderwijs werd hij vervolgd en verbannen uit zijn geboortestad. Zo werd hij daadwerkelijk een pelgrim, een vreemde in deze wereld, maar gekend in de hemel.