Wanneer de Heere de vuilheid van de dochters van Sion afgewassen zal hebben en de vele bloedschuld van Jeruzalem uit het midden ervan weggespoeld zal hebben door de Geest van oordeel en door de Geest van uitbranding, 5 dan zal de HEERE over elke plaats op de berg Sion en over de samenkomsten ervan overdag een wolk scheppen en rook, en ’s nachts een schijnsel van vlammend vuur; ja, over alles wat heerlijk is, zal een beschutting zijn. (Jesaja 4:4-5)

Wanneer de Heere de vuilheid van de dochters van Sion afgewassen zal hebben en de vele bloedschuld van Jeruzalem uit het midden ervan weggespoeld zal hebben door de Geest van oordeel en door de Geest van uitbranding, 5 dan zal de HEERE over elke plaats op de berg Sion en over de samenkomsten ervan overdag een wolk scheppen en rook, en ’s nachts een schijnsel van vlammend vuur; ja, over alles wat heerlijk is, zal een beschutting zijn. (Jesaja 4:4-5)


Toen ik neerknielde om voor de Zak van Zuid Beveland te bidden, liet God me zien hoe Hij dit gebied ziet aan de hand van Zefanja.

Zefanja 3:8,12-18
Daarom, verwacht Mij, spreekt de HEERE, op de dag dat Ik opsta om buit te halen, want Mijn oordeel is de heidenvolken te verzamelen, de koninkrijken bijeen te brengen, om over hen Mijn gramschap uit te storten, heel Mijn brandende toorn. Want door het vuur van Mijn na-ijver zal heel dit land verteerd worden… Maar Ik zal in uw midden doen overblijven een ellendig en arm volk. Zij zullen op de Naam van de HEERE vertrouwen. 13 Het overblijfsel van Israël zal geen onrecht doen en geen leugen spreken, en in hun mond zal niet gevonden worden een tong die bedriegt. Ja, zij zullen weiden en neerliggen, en niemand zal hun schrik aanjagen.

Gods oordeel dreigt, maar er is een overblijfsel. Er zullen er zijn die op de naam van de Heere zullen vertrouwen en gereinigd worden van hun zonde. 

Jarno had het vorige week over de tempel van God, de gelovigen, en hij herinnerde ons eraan dat de zonde moet wijken wanneer God in ons woont. Zondaren konden de tempel niet in als de tempel vervuld was met Zijn heerlijkheid, ze vielen dood neer.

O, dat hebben we zo nodig als we hier herleving verwachten, dat de zonde wijkt. Zonde in ons leven kan zo makkelijk verstrikken en tegenhouden om vrijmoedig te getuigen, om te dienen in liefde. Want we kunnen hier preken wat we willen, maar als er geen liefde geproefd wordt zal het voor niks zijn. 

Hebben wij iets wat de mensen hier om ons heen missen? Hebben wij iets wat ze jaloers kan maken, of leven wij net als hen voor dit leven? Zijn we net zo zwak, aards en zondig als zij, maar dan met een andere belijdenis? O God, bekeer ons, maak ons vurig.

We hebben meer nodig dan geloof, we hebben de God van het geloof nodig, de kracht van het geloof, de Geest van het geloof, het vuur van het geloof. 

Zoals de discipelen. Ze bleven in de stad tot ze bekleed waren met kracht uit de hoogte. En die kracht kwam, als een machtige windvlaag, als een vuur wat al hun angst verteerde. Ze spraken vrijmoedig. Die Geest hebben we nodig, de Geest van heiliging, zoals Paulus Hem noemt, de Geest van oordeel en uitbranding, zoals we Hem vanmiddag noemen.

We kunnen het hebben over de gaven van de Geest, over het spreken in tongen, maar wat we allereerst nodig hebben is die windvlaag en de tongen van vuur. 

En Jesaja profeteerde hierover in de tekst die de Heere voor vanmiddag op mijn hart legde. 

Jesaja 4:1-6
1 Op die dag zullen zeven vrouwen één man vastgrijpen en zeggen: Ons eigen brood zullen wij eten en met onze eigen kleren zullen wij ons kleden. Laat ons slechts uw naam mogen dragen. Neem onze smaad weg! 2 Op die dag zal de SPRUIT van de HEERE tot een heerlijk sieraad  zijn, en de vrucht van de aarde tot trots en luister voor hen in Israël die ontkomen zijn. 3 Dan zal het gebeuren dat wie in Sion overgebleven is, en wie in Jeruzalem overgelaten is, heilig genoemd zal worden, eenieder die in Jeruzalem ten leven opgeschreven is. 4 Wanneer de Heere de vuilheid van de dochters van Sion afgewassen zal hebben en de vele bloedschuld van Jeruzalem uit het midden ervan weggespoeld zal hebben door de Geest van oordeel en door de Geest van uitbranding, 5 dan zal de HEERE over elke plaats op de berg Sion en over de samenkomsten ervan overdag een wolk scheppen en rook, en ’s nachts een schijnsel van vlammend vuur; ja, over alles wat heerlijk is, zal een beschutting zijn. 6 Dan zal een hut dienen tot schaduw overdag tegen de hitte, en als toevlucht en schuilplaats tegen de vloed en tegen de regen.

  1. Het komende oordeel (3,4:1)
  2. De Messias (vers 2)
  3. De heiligen (vers 3)
  4. Hun reiniging (vers 4)

1. Het komende oordeel (3,4:1)

Vers 2
Op die dag… 

Het volk Israel was van God afgedwaald.

Jeruzalem was gestruikeld, Juda gevallen (3:8), openlijk leefden ze in zonde (3:9) ze waren vuil en het bloed kleefde aan hun handen, en alle invloeden van de heidenvolken; de versieringen, de amuletten en alle uiterlijke schoonheid werd trots benadrukt. (3:16,22). 

Maar God zou het allemaal wegnemen, door het oordeel. “Die dag…” slaat op de oordeelsdag. De dag waarop God afrekent met de zonde. En zoals Hij afrekende met Israel, toen Hij hen naar Babel voerde, zo zal Hij straks afrekenen met de hele wereld. De verwoesting van Jeruzalem is nog maar een schaduw van de wereldwijde verwoesting die komt. De holocaust was maar een vonkje met de hel die wacht, dat betekent ook het woord holocaust: geheel verteerd, zoals een offer door het vuur verteerd wordt.

De dag van het oordeel komt, de wereldwijde holocaust komt, Hij zal de heidenvolken verzamelen en doen wat Hij deed met Israel. Ovezande en heel Zuid-Beveland, zal straks beven voor God.

Door Zijn Geest, dezelfde Geest van Pinksteren, door de machtige windvlaag van toorn uit Gods mond, zal Hij alles verschroeien. Daar waarschuwt Hij voor in Jesaja 30.

Zie, de Naam van de HEERE komt van ver, Zijn toorn brandt – de last is zwaar – Zijn lippen zijn vol gramschap, Zijn tong is als verterend vuur. 28 Zijn adem is als een overstromende beek, die reikt tot de hals, om de heidenvolken te wannen met de wan van nutteloosheid; en een toom die doet dwalen, ligt op de kaken van de volken… De HEERE zal Zijn majestueuze stem doen horen,
Hij zal het neerkomen van zijn arm doen zien in grimmige toorn: een vlam van verterend vuur, slagregens, een vloed, hagelstenen.
(Jesaja 30:27-28,30)

Ieder huis in dit dorp zal weggevaagd worden, maar meer nog iedere ziel zal de volle toorn over de zonde moeten dragen. 

Jesaja 2:12,19-21 wijst de grootste zonde aan, hoogmoed. 

Want de dag van de HEERE van de legermachten zal zijn tegen al wie hoogmoedig en trots is, tegen al wie zich verheft, opdat hij vernederd zal worden…

En Jesaja vervolgt met woorden die je vast bekend klinken…

Dan zullen zij de grotten van de rotsen binnengaan en de holen in de grond, uit angst voor de HEERE en vanwege de glorie van Zijn majesteit, als Hij opstaat om de aarde te verschrikken. 20 Op die dag zal de mens zijn zilveren afgoden en zijn gouden afgoden, die hij voor zichzelf gemaakt had om zich daarvoor neer te buigen, voor de ratten  en de vleermuizen werpen. 21 Dan zullen zij de spleten in de rotsen binnengaan en de kloven in de rotsen, uit angst voor de HEERE, en vanwege de glorie van Zijn majesteit, als Hij opstaat om de aarde te verschrikken

Wie kan blijven staan op die dag? Het is verschrikkelijk om te vallen in de handen van de levende God! 

Zie je in welk gevaar je bent als je de Heere niet kent, zie je in welk gevaar Ovezande is? Dit is niet pessimistisch, dit is realistisch. Gods heiligheid kan niet samengaan met zonde.

Maar… op die dag is er niet alleen oordeel, er zal een SPRUIT zijn.

2. De Messias (vers 2)

Vers 2
Op die dag zal de SPRUIT van de HEERE tot een heerlijk sieraad zijn, en de vrucht van de aarde tot trots en luister voor hen in Israël die ontkomen zijn.

Wat is dat? Letterlijk staat er, “op die dag zal wat de Heere doet opkomen tot een heerlijk sieraad zijn.” Maar het gaat hier niet letterlijk over een plantje wat opkomt, maar over de Messias. De komende Verlosser die op zal bloeien. Ook Jeremia profeteerde over Hem.

Jeremia 33:15
In die dagen en in die tijd zal Ik voor David een SPRUIT van gerechtigheid doen opkomen. Hij zal recht en gerechtigheid doen op aarde. 

En in de bekende Kersttekst lezen we ook over Hem.

Jesaja 11:1-4
Want er zal een Twijgje opgroeien uit de afgehouwen stronk van Isaï, en een Loot uit zijn wortels zal vrucht voortbrengen. 2 Op Hem zal de Geest van de HEERE rusten: de Geest van wijsheid en inzicht, de Geest van raad en sterkte, de Geest van de kennis en de vreze des HEEREN. 3 Zijn ruiken zal zijn in de vreze des HEEREN. Hij zal niet oordelen naar wat Zijn ogen zien en Hij zal niet vonnissen naar wat Zijn oren horen. 4 Hij zal de armen recht doen in gerechtigheid en de zachtmoedigen van het land zal Hij met rechtvaardigheid vonnissen. Maar Hij zal de aarde slaan met de roede van Zijn mond en met de adem van Zijn lippen zal Hij de goddeloze doden.

Hij komt voort uit het geslacht van Isai, de vader van David en Hij zal bloeien en vruchten dragen, wie is dit anders dan de Jezus, de Christus? Hij zegt het zelf:

Openbaring 22:16
Ik, Jezus, heb Mijn engel gezonden om bij u in de gemeenten van deze dingen te getuigen. Ik ben de Wortel en het Nageslacht van David, de blinkende Morgenster.

Christus komt om te oordelen, de windvlaag uit Zijn mond zal de goddelozen doden. Maar, hier in vers 2 staat dat Hij tot sieraad zal zijn voor hen die ontkomen. 

Er is redding, er is een middel om de welverdiende straf te ontgaan. In Christus is verlossing, heerlijkheid en sieraad

Anders dan het Joodse volk verwachtte, kwam Christus eerst om in volmaakte gehoorzaamheid gerechtigheid te verwerven. Hoe schittert Hij, vol wijsheid, inzicht, raad, kracht, kennis en vrees. Hij kijkt niet naar wat voor ogen is, hij kijkt naar de harten.

Wil je deze Christus kennen, en bekend maken? Wil je dat Ovezande en Zuid-Beveland deze Christus ontmoeten? Door Zijn Geest is het mogelijk! Voor jou!

3. De heiligen (vers 3)

We kunnen ontsnappen aan de toorn, Gods Geest heeft jouw daarvan overtuigd, maar als het voor jou kan, kan ook Beveland ontsnappen aan het oordeel! Want op die Oordeelsdag zal er een overblijfsel zijn! 

Vers 3
Dan zal het gebeuren dat wie in Sion overgebleven is, en wie in Jeruzalem overgelaten is, heilig genoemd zal worden, eenieder die in Jeruzalem ten leven opgeschreven is.

Er zal straks een heilig volk staan voor God en daar zullen Bevelanders staan die genaderd zijn tot het hemelse Jeruzalem. 

Hebreeën 12:22-24
Maar u bent genaderd tot de berg Sion en tot de stad van de levende God, tot het hemelse Jeruzalem en tot tienduizendtallen van engelen, 23 tot een feestelijke vergadering en de gemeente van de eerstgeborenen, die in de hemelen opgeschreven zijn, en tot God, de Rechter over allen, en tot de geesten van de rechtvaardigen, die tot volmaaktheid zijn gekomen, 24 en tot de Middelaar van het nieuwe verbond, Jezus, en tot het bloed van de besprenging, dat van betere dingen spreekt dan dat van Abel.

Christus kwam, de Messias kwam. Hij is the Great Reset van Israel. Hij bracht het grote herstel. Hij is het grote herstel. De Zoon van David, de ware Jood, de Rechtvaardige, de Wortel van het geslacht van David, de Nieuwe Mens en op Hem wordt een heilige Tempel gebouwd van levende stenen, Hij is wat God zou laten bloeien en in Hem geënt door het geloof, zowel Jood als heiden, zijn we het volk van God. Veilig in Sion tegen de terechte toorn.

Ben jij veilig in Sion? Ben jij ten leven opgeschreven in het hemelse Jeruzalem?

4. Hun reiniging

Ze zullen heilig genoemd worden… 

Vers 4
Wanneer de Heere de vuilheid van de dochters van Sion afgewassen zal hebben en de vele bloedschuld van Jeruzalem uit het midden ervan weggespoeld zal hebben door de Geest van oordeel en door de Geest van uitbranding.

Broeders en zusters, we moeten gewassen worden, je wordt heilig genoemd, omdat Hij al je bloedschuld wegspoelt. Al die zonde, al je hoogmoed en trots. Die demonen die je achtervolgen, die invloeden van de wereld die je geestelijke leven verlammen. Hoe vuil is het. Maar de Heere zal het afwassen, wegspoelen. 

Dochters van Sion, bruid van Christus, de Heere wil je wassen, door Zijn beloofde Heilige Geest.

1 Korinthe 6:10-11
Dwaal niet! Ontuchtplegers, afgodendienaars, overspelers, schandknapen, mannen die met mannen slapen, dieven, hebzuchtigen, dronkaards, lasteraars en rovers zullen het Koninkrijk van God niet beërven. 11 Sommigen van u zijn dat wel geweest, maar u bent  
schoongewassen, maar u bent geheiligd, maar u bent gerechtvaardigd, in de Naam van de Heere Jezus en door de Geest van onze God.

We zullen ze tegenkomen in Ovezande. O bid, dat ze hier binnen zullen komen en gewassen zullen worden. Dit volk onder Gods toorn kan gewassen worden! Hun lippen kunnen aangeraakt worden en veranderd worden in reine lippen!

De Heer wil alles wegspoelen wat zo heerlijk zichtbaar wordt in doop.

Handelingen 22:16
En nu, waarom aarzelt u? Sta op, laat u dopen en uw zonden afwassen onder aanroeping van de Naam van de Heere.

Dit gebeurt door de beloofde Pinkstergeest, in de Naam van de Heere Jezus. 

Handelingen 2:1-4
En toen de dag  van het Pinksterfeest vervuld werd, waren zij allen eensgezind bijeen. 2 En plotseling kwam er uit de hemel een geluid als van een geweldige windvlaag en dat vervulde heel het huis waar zij zaten. 3 En aan hen werden tongen als van vuur gezien, die zich verdeelden, en het zat op ieder van hen. 4 En zij werden allen vervuld met de Heilige Geest en begonnen te spreken  in andere talen, zoals de Geest hun gaf uit te spreken.

Al hun schuld en al hun vrees werd verteerd toen de Geest van God als een wind van vuur neerdaalde. Petrus was zijn angst kwijt en dacht er niet meer aan om Christus te verloochenen. Het is Gods adem die deze discipelen reinigt en aanvuurt. 

En Hij wil het vandaag doen, Hij wil het blijven doen, steeds als ons getuigenis door zonde verstilt. Want die Geest van oordeel, die Wind van oordeel begint bij het huis van God. Het is niet allereerst de wereld, het zijn niet de heidenvolken, maar de geheiligden (vers 3) die de Geest van oordeel en uitbranding (vers 4) kennen. Jij, als je Christus wilt volgen zult die Wind die alles wat onheilig is wegvaagt leren kennen. Wil je dat? 

Wil je dat Gods heiligende vuur nu neerdaalt en zuivert wat in de weg staat om door je heen te schitteren? Het zal komen, laat het je niet overvallen. Wees er blij mee als je het vuur in je hart voelt verteren wat zondig is.

Kom, Heilige Geest, stort op ons Uw vuur, en zend Uw rivier, in Ovezande en over de hele aarde. Laat Uw heil, Uw verlossing de hele aarde vervullen. 

Dit vuur is meer dan brandende liefde, het is oordeel, het is pijn, voor Gods geliefde kinderen.

1 Petrus 4:12-19
Geliefden, laat de hitte van de verdrukking onder u, die tot uw beproeving dient, u niet bevreemden, alsof u iets vreemds overkwam. 13 Maar verblijd u naar de mate waarin u gemeenschap hebt aan het lijden van Christus, opdat u zich ook in de openbaring van Zijn heerlijkheid mag verblijden en verheugen. 14  Als u smaad wordt aangedaan om de Naam van Christus, dan bent u zalig, want de Geest van de heerlijkheid en van God rust op u. Wat hen betreft wordt Hij wel gelasterd, maar wat u betreft wordt Hij verheerlijkt. 15 Maar laat niemand van u lijden als een moordenaar of dief, of kwaaddoener, of als iemand die zich met de zaken van iemand anders bemoeit. 16 Als iemand echter als christen lijdt, laat hij zich daarvoor niet schamen, maar God in dit opzicht verheerlijken. 17 Want nu is het de tijd dat het oordeel begint bij het huis van God; en als het eerst bij ons begint, wat zal het einde zijn van hen die het Evangelie van God ongehoorzaam zijn? 18  En als de rechtvaardige nauwelijks zalig wordt, waar zal de goddeloze en de zondaar verschijnen? 19 Daarom, laten ook zij die lijden naar de wil van God, hun zielen aan Hem, als de getrouwe Schepper, toevertrouwen in het doen van het goede.

Hij beproefd je om te zien of je echt Christus wilt of liever alle gemakken van de wereld. Maar het lijden met Hem, het vuur van verdrukking, maakt Zijn heerlijkheid zichtbaar, het brengt vruchten voort. Door het vuur van verdrukking heen wordt je een tempel waarin de Geest van de heerlijkheid rust.  

Hij zal in u zijn. Die Geest die de tempel vervulde met rook en vuur, wil in je hart wonen en werken.

Als je het Evangelie van God gehoorzaam bent, ben je het huis van God en zul je de Geest van oordeel leren kennen die je zuivert en reinigt zodat je straks smetteloos voor Hem gesteld zal worden in heerlijkheid. 

Dit is niet het laatst oordeel, niet de toorn van God, die volle gloed droeg Christus. Maar deze hitte is Zijn corrigerende vaderliefde.

Hebreeën 12:6-7
Want de Heere bestraft wie Hij liefheeft, en Hij geselt iedere zoon die Hij aanneemt. 7 Als u bestraffing verdraagt, behandelt God u als kinderen. Want welk kind is er dat niet door zijn vader bestraft wordt? 

De vonken die afspatten van een brandend huis schrikken ons af zodat we niet dichterbij komen en verbranden. Door het vuur van verdrukking verlost God je van het eeuwige vuur.

Wat is er in je leven wat je zo neerdrukt, wat maakt ons zo krachteloos? Waar mag het vuur branden, wat mag het verzengen in je leven? Laat alles verbranden wat Christus onteert, laat alles vergaan wat mijn getuigenis verhindert. 

Kan de Heere hier zielen brengen, kan Hij ze aan ons toevertrouwen? 

  • Er zal een vrouw binnenkomen die getreiterd word door demonen. Lachen we haar in ons hart uit omdat ze zich zo vreemd gedraagt? Zal ze hier liefde en vrijheid leren kennen?
  • Er zal een oude man binnenkomen die heel zijn leven gewerkt heeft en nooit iets van Christus gezien heeft, zuchten we dan om zijn blindheid?
  • De Heere zal een vrouw binnen brengen die gebroken is, bijna niks aan heeft, misbruiken we haar dan, met onze ogen, of beschermen we haar dan door onze ogen te bedwingen?
  • Er zal een jongen binnenkomen die je tijd nodig heeft, stuur je hem dan weg omdat je zo met deze wereld bezig bent en geen tijd hebt om te dienen?
  • Er zal een broeder binnenkomen die ons terechtwijst en beschuldigd, dit is niet van God, we spelen maar wat. Zullen we bang worden en zwijgen?
  • De Heere zal zielen tot geloof brengen. Zullen we dan trots zijn en alle eer van God roven door onszelf te verhogen?

Zijn zondaren hier veilig? Alles wat in jou een struikelblok kan Zijn tot Christus moet verbrand worden. Vandaag! Je kan zoveel in je leven opgebouwd hebben dat het je Christus niet meer kunt zien, vraag God om erop te blazen met de hitte van Zijn mond. Dat doet de Geest, alles wegneemt wat Christus bedekt en wat je tegenhoudt om Christus te volgen.

En dan door ons heen, gedreven door de geweldige wind van Gods Geest, met tongen van vuur, zullen we getuigen. Het oordeel aankondigen en de SPRUIT, de Messias, ten toonstellen tot sieraad en heerlijkheid. In Ovezande, in Zuid-Beveland, zodat we straks met het overblijfsel de Heere schouder aan schouder zullen dienen.

Ken je dat brandende schuldgevoel, ken je de schaamte die als een vuur naar je gezicht schiet als je denkt aan je Vader die verdrietig is over je zonde? Dat is het vuur wat je hart schoonmaakt. Luister naar de Heilige Geest als Hij je overtuigd. 

Als je Christus verlangd en Zijn heerlijkheid en sieraad, die kroon van het leven, samen met het overblijfsel hier in Ovezande, vraag dan nu om die Geest van oordeel en uitbranding. Laat Hem alle zonde, hoogmoed en haat in je hart aanwijzen en verschroeien, alles waarin je verkeerd bent opgevoed, alles waarin de duivel macht heeft in je leven, alles waarin de wereld de kamers van je hart is binnen gedrongen. Laat Gods vurige Geest erover blazen. Hij plant er heiligheid, nederigheid en liefde voor terug.

Dit is de grote schoonmaak, die van ons hart, voor we dit gebouw schoon kunnen maken en zielen kunnen ontvangen.

Als de Heere al het vuil wegbrandt, zal Zijn heerlijkheid hier zijn, over deze samenkomsten als een wolk en rook overdag en ’s nachts als een vlammend vuur. Hij zal ons beschutten. Hij zal ons beschermen. Wat er ook tegen op komt. 

Het overblijfsel zal behouden worden, ook in Beveland!

Gelijk de storm het water zweept,
En ’t naar de hoogste plaatsen jaagt,
Verneder zo, o Heer, mijn ziel,
En doe met haar wat U behaagt.

Zoals de rank des wijnstok buigt,
Gesneden op des Landsmans Woord
Zo reinig van mijn ‘ik’ mij Heer,
Dan breng ik meerder vruchten voort. 

Heer, buig mij als het trotse graan,
Dat Gij doet bukken voor de wind;
Maak zo mij door Uw Geesteskracht
Een ned’rig en ootmoedig kind.

En als mijn trotse hart vergeefs
De wind Uw Geestes ruisen laat,
Laat dan die Geest een vuur mij zijn;
Verteer wat dan nog wederstaat.

Zoals de Pottenbakker ’t leem
Tot vaten in Zijn handen kneedt,
Maak zo mij, Heer, een bruikbaar vat,
Vervuld met U, tot dienst bereid.
(742, wijs 573)

Toen ik neerknielde om voor de Zak van Zuid Beveland te bidden, liet God me zien hoe Hij dit gebied ziet aan de hand van Zefanja.

Zefanja 3:8,12-18
Daarom, verwacht Mij, spreekt de HEERE, op de dag dat Ik opsta om buit te halen, want Mijn oordeel is de heidenvolken te verzamelen, de koninkrijken bijeen te brengen, om over hen Mijn gramschap uit te storten, heel Mijn brandende toorn. Want door het vuur van Mijn na-ijver zal heel dit land verteerd worden… Maar Ik zal in uw midden doen overblijven een ellendig en arm volk. Zij zullen op de Naam van de HEERE vertrouwen. 13 Het overblijfsel van Israël zal geen onrecht doen en geen leugen spreken, en in hun mond zal niet gevonden worden een tong die bedriegt. Ja, zij zullen weiden en neerliggen, en niemand zal hun schrik aanjagen.

Gods oordeel dreigt, maar er is een overblijfsel. Er zullen er zijn die op de naam van de Heere zullen vertrouwen en gereinigd worden van hun zonde. 

Jarno had het vorige week over de tempel van God, de gelovigen, en hij herinnerde ons eraan dat de zonde moet wijken wanneer God in ons woont. Zondaren konden de tempel niet in als de tempel vervuld was met Zijn heerlijkheid, ze vielen dood neer.

O, dat hebben we zo nodig als we hier herleving verwachten, dat de zonde wijkt. Zonde in ons leven kan zo makkelijk verstrikken en tegenhouden om vrijmoedig te getuigen, om te dienen in liefde. Want we kunnen hier preken wat we willen, maar als er geen liefde geproefd wordt zal het voor niks zijn. 

Hebben wij iets wat de mensen hier om ons heen missen? Hebben wij iets wat ze jaloers kan maken, of leven wij net als hen voor dit leven? Zijn we net zo zwak, aards en zondig als zij, maar dan met een andere belijdenis? O God, bekeer ons, maak ons vurig.

We hebben meer nodig dan geloof, we hebben de God van het geloof nodig, de kracht van het geloof, de Geest van het geloof, het vuur van het geloof. 

Zoals de discipelen. Ze bleven in de stad tot ze bekleed waren met kracht uit de hoogte. En die kracht kwam, als een machtige windvlaag, als een vuur wat al hun angst verteerde. Ze spraken vrijmoedig. Die Geest hebben we nodig, de Geest van heiliging, zoals Paulus Hem noemt, de Geest van oordeel en uitbranding, zoals we Hem vanmiddag noemen.

We kunnen het hebben over de gaven van de Geest, over het spreken in tongen, maar wat we allereerst nodig hebben is die windvlaag en de tongen van vuur. 

En Jesaja profeteerde hierover in de tekst die de Heere voor vanmiddag op mijn hart legde. 

Jesaja 4:1-6
1 Op die dag zullen zeven vrouwen één man vastgrijpen en zeggen: Ons eigen brood zullen wij eten en met onze eigen kleren zullen wij ons kleden. Laat ons slechts uw naam mogen dragen. Neem onze smaad weg! 2 Op die dag zal de SPRUIT van de HEERE tot een heerlijk sieraad  zijn, en de vrucht van de aarde tot trots en luister voor hen in Israël die ontkomen zijn. 3 Dan zal het gebeuren dat wie in Sion overgebleven is, en wie in Jeruzalem overgelaten is, heilig genoemd zal worden, eenieder die in Jeruzalem ten leven opgeschreven is. 4 Wanneer de Heere de vuilheid van de dochters van Sion afgewassen zal hebben en de vele bloedschuld van Jeruzalem uit het midden ervan weggespoeld zal hebben door de Geest van oordeel en door de Geest van uitbranding, 5 dan zal de HEERE over elke plaats op de berg Sion en over de samenkomsten ervan overdag een wolk scheppen en rook, en ’s nachts een schijnsel van vlammend vuur; ja, over alles wat heerlijk is, zal een beschutting zijn. 6 Dan zal een hut dienen tot schaduw overdag tegen de hitte, en als toevlucht en schuilplaats tegen de vloed en tegen de regen.

  1. Het komende oordeel (3,4:1)
  2. De Messias (vers 2)
  3. De heiligen (vers 3)
  4. Hun reiniging (vers 4)

1. Het komende oordeel (3,4:1)

Vers 2
Op die dag… 

Het volk Israel was van God afgedwaald.

Jeruzalem was gestruikeld, Juda gevallen (3:8), openlijk leefden ze in zonde (3:9) ze waren vuil en het bloed kleefde aan hun handen, en alle invloeden van de heidenvolken; de versieringen, de amuletten en alle uiterlijke schoonheid werd trots benadrukt. (3:16,22). 

Maar God zou het allemaal wegnemen, door het oordeel. “Die dag…” slaat op de oordeelsdag. De dag waarop God afrekent met de zonde. En zoals Hij afrekende met Israel, toen Hij hen naar Babel voerde, zo zal Hij straks afrekenen met de hele wereld. De verwoesting van Jeruzalem is nog maar een schaduw van de wereldwijde verwoesting die komt. De holocaust was maar een vonkje met de hel die wacht, dat betekent ook het woord holocaust: geheel verteerd, zoals een offer door het vuur verteerd wordt.

De dag van het oordeel komt, de wereldwijde holocaust komt, Hij zal de heidenvolken verzamelen en doen wat Hij deed met Israel. Ovezande en heel Zuid-Beveland, zal straks beven voor God.

Door Zijn Geest, dezelfde Geest van Pinksteren, door de machtige windvlaag van toorn uit Gods mond, zal Hij alles verschroeien. Daar waarschuwt Hij voor in Jesaja 30.

Zie, de Naam van de HEERE komt van ver, Zijn toorn brandt – de last is zwaar – Zijn lippen zijn vol gramschap, Zijn tong is als verterend vuur. 28 Zijn adem is als een overstromende beek, die reikt tot de hals, om de heidenvolken te wannen met de wan van nutteloosheid; en een toom die doet dwalen, ligt op de kaken van de volken… De HEERE zal Zijn majestueuze stem doen horen,
Hij zal het neerkomen van zijn arm doen zien in grimmige toorn: een vlam van verterend vuur, slagregens, een vloed, hagelstenen.
(Jesaja 30:27-28,30)

Ieder huis in dit dorp zal weggevaagd worden, maar meer nog iedere ziel zal de volle toorn over de zonde moeten dragen. 

Jesaja 2:12,19-21 wijst de grootste zonde aan, hoogmoed. 

Want de dag van de HEERE van de legermachten zal zijn tegen al wie hoogmoedig en trots is, tegen al wie zich verheft, opdat hij vernederd zal worden…

En Jesaja vervolgt met woorden die je vast bekend klinken…

Dan zullen zij de grotten van de rotsen binnengaan en de holen in de grond, uit angst voor de HEERE en vanwege de glorie van Zijn majesteit, als Hij opstaat om de aarde te verschrikken. 20 Op die dag zal de mens zijn zilveren afgoden en zijn gouden afgoden, die hij voor zichzelf gemaakt had om zich daarvoor neer te buigen, voor de ratten  en de vleermuizen werpen. 21 Dan zullen zij de spleten in de rotsen binnengaan en de kloven in de rotsen, uit angst voor de HEERE, en vanwege de glorie van Zijn majesteit, als Hij opstaat om de aarde te verschrikken

Wie kan blijven staan op die dag? Het is verschrikkelijk om te vallen in de handen van de levende God! 

Zie je in welk gevaar je bent als je de Heere niet kent, zie je in welk gevaar Ovezande is? Dit is niet pessimistisch, dit is realistisch. Gods heiligheid kan niet samengaan met zonde.

Maar… op die dag is er niet alleen oordeel, er zal een SPRUIT zijn.

2. De Messias (vers 2)

Vers 2
Op die dag zal de SPRUIT van de HEERE tot een heerlijk sieraad zijn, en de vrucht van de aarde tot trots en luister voor hen in Israël die ontkomen zijn.

Wat is dat? Letterlijk staat er, “op die dag zal wat de Heere doet opkomen tot een heerlijk sieraad zijn.” Maar het gaat hier niet letterlijk over een plantje wat opkomt, maar over de Messias. De komende Verlosser die op zal bloeien. Ook Jeremia profeteerde over Hem.

Jeremia 33:15
In die dagen en in die tijd zal Ik voor David een SPRUIT van gerechtigheid doen opkomen. Hij zal recht en gerechtigheid doen op aarde. 

En in de bekende Kersttekst lezen we ook over Hem.

Jesaja 11:1-4
Want er zal een Twijgje opgroeien uit de afgehouwen stronk van Isaï, en een Loot uit zijn wortels zal vrucht voortbrengen. 2 Op Hem zal de Geest van de HEERE rusten: de Geest van wijsheid en inzicht, de Geest van raad en sterkte, de Geest van de kennis en de vreze des HEEREN. 3 Zijn ruiken zal zijn in de vreze des HEEREN. Hij zal niet oordelen naar wat Zijn ogen zien en Hij zal niet vonnissen naar wat Zijn oren horen. 4 Hij zal de armen recht doen in gerechtigheid en de zachtmoedigen van het land zal Hij met rechtvaardigheid vonnissen. Maar Hij zal de aarde slaan met de roede van Zijn mond en met de adem van Zijn lippen zal Hij de goddeloze doden.

Hij komt voort uit het geslacht van Isai, de vader van David en Hij zal bloeien en vruchten dragen, wie is dit anders dan de Jezus, de Christus? Hij zegt het zelf:

Openbaring 22:16
Ik, Jezus, heb Mijn engel gezonden om bij u in de gemeenten van deze dingen te getuigen. Ik ben de Wortel en het Nageslacht van David, de blinkende Morgenster.

Christus komt om te oordelen, de windvlaag uit Zijn mond zal de goddelozen doden. Maar, hier in vers 2 staat dat Hij tot sieraad zal zijn voor hen die ontkomen. 

Er is redding, er is een middel om de welverdiende straf te ontgaan. In Christus is verlossing, heerlijkheid en sieraad

Anders dan het Joodse volk verwachtte, kwam Christus eerst om in volmaakte gehoorzaamheid gerechtigheid te verwerven. Hoe schittert Hij, vol wijsheid, inzicht, raad, kracht, kennis en vrees. Hij kijkt niet naar wat voor ogen is, hij kijkt naar de harten.

Wil je deze Christus kennen, en bekend maken? Wil je dat Ovezande en Zuid-Beveland deze Christus ontmoeten? Door Zijn Geest is het mogelijk! Voor jou!

3. De heiligen (vers 3)

We kunnen ontsnappen aan de toorn, Gods Geest heeft jouw daarvan overtuigd, maar als het voor jou kan, kan ook Beveland ontsnappen aan het oordeel! Want op die Oordeelsdag zal er een overblijfsel zijn! 

Vers 3
Dan zal het gebeuren dat wie in Sion overgebleven is, en wie in Jeruzalem overgelaten is, heilig genoemd zal worden, eenieder die in Jeruzalem ten leven opgeschreven is.

Er zal straks een heilig volk staan voor God en daar zullen Bevelanders staan die genaderd zijn tot het hemelse Jeruzalem. 

Hebreeën 12:22-24
Maar u bent genaderd tot de berg Sion en tot de stad van de levende God, tot het hemelse Jeruzalem en tot tienduizendtallen van engelen, 23 tot een feestelijke vergadering en de gemeente van de eerstgeborenen, die in de hemelen opgeschreven zijn, en tot God, de Rechter over allen, en tot de geesten van de rechtvaardigen, die tot volmaaktheid zijn gekomen, 24 en tot de Middelaar van het nieuwe verbond, Jezus, en tot het bloed van de besprenging, dat van betere dingen spreekt dan dat van Abel.

Christus kwam, de Messias kwam. Hij is the Great Reset van Israel. Hij bracht het grote herstel. Hij is het grote herstel. De Zoon van David, de ware Jood, de Rechtvaardige, de Wortel van het geslacht van David, de Nieuwe Mens en op Hem wordt een heilige Tempel gebouwd van levende stenen, Hij is wat God zou laten bloeien en in Hem geënt door het geloof, zowel Jood als heiden, zijn we het volk van God. Veilig in Sion tegen de terechte toorn.

Ben jij veilig in Sion? Ben jij ten leven opgeschreven in het hemelse Jeruzalem?

4. Hun reiniging

Ze zullen heilig genoemd worden… 

Vers 4
Wanneer de Heere de vuilheid van de dochters van Sion afgewassen zal hebben en de vele bloedschuld van Jeruzalem uit het midden ervan weggespoeld zal hebben door de Geest van oordeel en door de Geest van uitbranding.

Broeders en zusters, we moeten gewassen worden, je wordt heilig genoemd, omdat Hij al je bloedschuld wegspoelt. Al die zonde, al je hoogmoed en trots. Die demonen die je achtervolgen, die invloeden van de wereld die je geestelijke leven verlammen. Hoe vuil is het. Maar de Heere zal het afwassen, wegspoelen. 

Dochters van Sion, bruid van Christus, de Heere wil je wassen, door Zijn beloofde Heilige Geest.

1 Korinthe 6:10-11
Dwaal niet! Ontuchtplegers, afgodendienaars, overspelers, schandknapen, mannen die met mannen slapen, dieven, hebzuchtigen, dronkaards, lasteraars en rovers zullen het Koninkrijk van God niet beërven. 11 Sommigen van u zijn dat wel geweest, maar u bent  
schoongewassen, maar u bent geheiligd, maar u bent gerechtvaardigd, in de Naam van de Heere Jezus en door de Geest van onze God.

We zullen ze tegenkomen in Ovezande. O bid, dat ze hier binnen zullen komen en gewassen zullen worden. Dit volk onder Gods toorn kan gewassen worden! Hun lippen kunnen aangeraakt worden en veranderd worden in reine lippen!

De Heer wil alles wegspoelen wat zo heerlijk zichtbaar wordt in doop.

Handelingen 22:16
En nu, waarom aarzelt u? Sta op, laat u dopen en uw zonden afwassen onder aanroeping van de Naam van de Heere.

Dit gebeurt door de beloofde Pinkstergeest, in de Naam van de Heere Jezus. 

Handelingen 2:1-4
En toen de dag  van het Pinksterfeest vervuld werd, waren zij allen eensgezind bijeen. 2 En plotseling kwam er uit de hemel een geluid als van een geweldige windvlaag en dat vervulde heel het huis waar zij zaten. 3 En aan hen werden tongen als van vuur gezien, die zich verdeelden, en het zat op ieder van hen. 4 En zij werden allen vervuld met de Heilige Geest en begonnen te spreken  in andere talen, zoals de Geest hun gaf uit te spreken.

Al hun schuld en al hun vrees werd verteerd toen de Geest van God als een wind van vuur neerdaalde. Petrus was zijn angst kwijt en dacht er niet meer aan om Christus te verloochenen. Het is Gods adem die deze discipelen reinigt en aanvuurt. 

En Hij wil het vandaag doen, Hij wil het blijven doen, steeds als ons getuigenis door zonde verstilt. Want die Geest van oordeel, die Wind van oordeel begint bij het huis van God. Het is niet allereerst de wereld, het zijn niet de heidenvolken, maar de geheiligden (vers 3) die de Geest van oordeel en uitbranding (vers 4) kennen. Jij, als je Christus wilt volgen zult die Wind die alles wat onheilig is wegvaagt leren kennen. Wil je dat? 

Wil je dat Gods heiligende vuur nu neerdaalt en zuivert wat in de weg staat om door je heen te schitteren? Het zal komen, laat het je niet overvallen. Wees er blij mee als je het vuur in je hart voelt verteren wat zondig is.

Kom, Heilige Geest, stort op ons Uw vuur, en zend Uw rivier, in Ovezande en over de hele aarde. Laat Uw heil, Uw verlossing de hele aarde vervullen. 

Dit vuur is meer dan brandende liefde, het is oordeel, het is pijn, voor Gods geliefde kinderen.

1 Petrus 4:12-19
Geliefden, laat de hitte van de verdrukking onder u, die tot uw beproeving dient, u niet bevreemden, alsof u iets vreemds overkwam. 13 Maar verblijd u naar de mate waarin u gemeenschap hebt aan het lijden van Christus, opdat u zich ook in de openbaring van Zijn heerlijkheid mag verblijden en verheugen. 14  Als u smaad wordt aangedaan om de Naam van Christus, dan bent u zalig, want de Geest van de heerlijkheid en van God rust op u. Wat hen betreft wordt Hij wel gelasterd, maar wat u betreft wordt Hij verheerlijkt. 15 Maar laat niemand van u lijden als een moordenaar of dief, of kwaaddoener, of als iemand die zich met de zaken van iemand anders bemoeit. 16 Als iemand echter als christen lijdt, laat hij zich daarvoor niet schamen, maar God in dit opzicht verheerlijken. 17 Want nu is het de tijd dat het oordeel begint bij het huis van God; en als het eerst bij ons begint, wat zal het einde zijn van hen die het Evangelie van God ongehoorzaam zijn? 18  En als de rechtvaardige nauwelijks zalig wordt, waar zal de goddeloze en de zondaar verschijnen? 19 Daarom, laten ook zij die lijden naar de wil van God, hun zielen aan Hem, als de getrouwe Schepper, toevertrouwen in het doen van het goede.

Hij beproefd je om te zien of je echt Christus wilt of liever alle gemakken van de wereld. Maar het lijden met Hem, het vuur van verdrukking, maakt Zijn heerlijkheid zichtbaar, het brengt vruchten voort. Door het vuur van verdrukking heen wordt je een tempel waarin de Geest van de heerlijkheid rust.  

Hij zal in u zijn. Die Geest die de tempel vervulde met rook en vuur, wil in je hart wonen en werken.

Als je het Evangelie van God gehoorzaam bent, ben je het huis van God en zul je de Geest van oordeel leren kennen die je zuivert en reinigt zodat je straks smetteloos voor Hem gesteld zal worden in heerlijkheid. 

Dit is niet het laatst oordeel, niet de toorn van God, die volle gloed droeg Christus. Maar deze hitte is Zijn corrigerende vaderliefde.

Hebreeën 12:6-7
Want de Heere bestraft wie Hij liefheeft, en Hij geselt iedere zoon die Hij aanneemt. 7 Als u bestraffing verdraagt, behandelt God u als kinderen. Want welk kind is er dat niet door zijn vader bestraft wordt? 

De vonken die afspatten van een brandend huis schrikken ons af zodat we niet dichterbij komen en verbranden. Door het vuur van verdrukking verlost God je van het eeuwige vuur.

Wat is er in je leven wat je zo neerdrukt, wat maakt ons zo krachteloos? Waar mag het vuur branden, wat mag het verzengen in je leven? Laat alles verbranden wat Christus onteert, laat alles vergaan wat mijn getuigenis verhindert. 

Kan de Heere hier zielen brengen, kan Hij ze aan ons toevertrouwen? 

  • Er zal een vrouw binnenkomen die getreiterd word door demonen. Lachen we haar in ons hart uit omdat ze zich zo vreemd gedraagt? Zal ze hier liefde en vrijheid leren kennen?
  • Er zal een oude man binnenkomen die heel zijn leven gewerkt heeft en nooit iets van Christus gezien heeft, zuchten we dan om zijn blindheid?
  • De Heere zal een vrouw binnen brengen die gebroken is, bijna niks aan heeft, misbruiken we haar dan, met onze ogen, of beschermen we haar dan door onze ogen te bedwingen?
  • Er zal een jongen binnenkomen die je tijd nodig heeft, stuur je hem dan weg omdat je zo met deze wereld bezig bent en geen tijd hebt om te dienen?
  • Er zal een broeder binnenkomen die ons terechtwijst en beschuldigd, dit is niet van God, we spelen maar wat. Zullen we bang worden en zwijgen?
  • De Heere zal zielen tot geloof brengen. Zullen we dan trots zijn en alle eer van God roven door onszelf te verhogen?

Zijn zondaren hier veilig? Alles wat in jou een struikelblok kan Zijn tot Christus moet verbrand worden. Vandaag! Je kan zoveel in je leven opgebouwd hebben dat het je Christus niet meer kunt zien, vraag God om erop te blazen met de hitte van Zijn mond. Dat doet de Geest, alles wegneemt wat Christus bedekt en wat je tegenhoudt om Christus te volgen.

En dan door ons heen, gedreven door de geweldige wind van Gods Geest, met tongen van vuur, zullen we getuigen. Het oordeel aankondigen en de SPRUIT, de Messias, ten toonstellen tot sieraad en heerlijkheid. In Ovezande, in Zuid-Beveland, zodat we straks met het overblijfsel de Heere schouder aan schouder zullen dienen.

Ken je dat brandende schuldgevoel, ken je de schaamte die als een vuur naar je gezicht schiet als je denkt aan je Vader die verdrietig is over je zonde? Dat is het vuur wat je hart schoonmaakt. Luister naar de Heilige Geest als Hij je overtuigd. 

Als je Christus verlangd en Zijn heerlijkheid en sieraad, die kroon van het leven, samen met het overblijfsel hier in Ovezande, vraag dan nu om die Geest van oordeel en uitbranding. Laat Hem alle zonde, hoogmoed en haat in je hart aanwijzen en verschroeien, alles waarin je verkeerd bent opgevoed, alles waarin de duivel macht heeft in je leven, alles waarin de wereld de kamers van je hart is binnen gedrongen. Laat Gods vurige Geest erover blazen. Hij plant er heiligheid, nederigheid en liefde voor terug.

Dit is de grote schoonmaak, die van ons hart, voor we dit gebouw schoon kunnen maken en zielen kunnen ontvangen.

Als de Heere al het vuil wegbrandt, zal Zijn heerlijkheid hier zijn, over deze samenkomsten als een wolk en rook overdag en ’s nachts als een vlammend vuur. Hij zal ons beschutten. Hij zal ons beschermen. Wat er ook tegen op komt. 

Het overblijfsel zal behouden worden, ook in Beveland!

Gelijk de storm het water zweept,
En ’t naar de hoogste plaatsen jaagt,
Verneder zo, o Heer, mijn ziel,
En doe met haar wat U behaagt.

Zoals de rank des wijnstok buigt,
Gesneden op des Landsmans Woord
Zo reinig van mijn ‘ik’ mij Heer,
Dan breng ik meerder vruchten voort. 

Heer, buig mij als het trotse graan,
Dat Gij doet bukken voor de wind;
Maak zo mij door Uw Geesteskracht
Een ned’rig en ootmoedig kind.

En als mijn trotse hart vergeefs
De wind Uw Geestes ruisen laat,
Laat dan die Geest een vuur mij zijn;
Verteer wat dan nog wederstaat.

Zoals de Pottenbakker ’t leem
Tot vaten in Zijn handen kneedt,
Maak zo mij, Heer, een bruikbaar vat,
Vervuld met U, tot dienst bereid.
(742, wijs 573)

Deze preek is gehouden op 28 mei 2024 in De Levensboom in Ovezande.