Toen Jakob uit zijn slaap ontwaakte, zei hij: De HEERE is werkelijk op deze plaats, en ik heb het niet geweten. (Genesis 28:16)
Lees verder Efeze 4:25—5:4.
Toen Jakob uit zijn slaap ontwaakte, zei hij: De HEERE is werkelijk op deze plaats, en ik heb het niet geweten. (Genesis 28:16)
Lees verder Efeze 4:25—5:4.
Vrolijkheid is een deugd. Lichtzinnigheid is een ondeugd. Dwaze praat en gekkigheid zou meteen stoppen als we zeiden, “Zeker, de Heere is op deze plaats.” Als je jezelf de volgende keer overgeeft aan vrolijkheid — ik bedoel niet de onschuldige vrolijkheid, maar de vrolijkheid die verbonden is aan onreinheid of een ander soort kwaad — stel je dan voor dat je een opgeheven vinger ziet en een stem hoort die zegt, “Zeker, de Heere is op deze plaats.”
Laat je ontspanning vrij zijn van zonde. Laat je vermaak zo zijn dat je er van kunt genieten terwijl God toekijkt. En hoe veel vaker zouden we ook van Christus spreken als we voelden dat God op deze plaats was.
Waar hebben jullie het over deze middag? Veel mensen die zeggen dat ze Christen zijn vinden de gesprekken op zondagmiddag moeilijk. Ze beginnen niet direct met een gesprek wat in hun ogen werelds is, daarom praten ze meestal wat over dominees, maar zo’n gesprek over dominees is nog slechter dan een gesprek over de duivel zelf. Ik had liever dat je op een godsdienstige manier over Satan sprak dan ongodsdienstig over de engelen van de gemeente.
Er is wordt een verhaal vertelt over de ene dominee en een verhaal over de andere en het gesprek bouwt niets op. Als ze een engel hoorden zeggen, “De Heere is op deze plaats” dan zou het gesprek de hele middag ergens anders over gaan.
Stel je voor dat er hier vandaag zijn die de afgelopen tijd in persoonlijk gevaar en nood zijn geweest. Broeders, denken jullie niet dat jullie volmaakte rust zouden hebben gehad, middenin die storm, wanneer je een stem hoorde die zei, “Zeker, de Heere is op deze plaats”?
Vrolijkheid is een deugd. Lichtzinnigheid is een ondeugd. Dwaze praat en gekkigheid zou meteen stoppen als we zeiden, “Zeker, de Heere is op deze plaats.” Als je jezelf de volgende keer overgeeft aan vrolijkheid — ik bedoel niet de onschuldige vrolijkheid, maar de vrolijkheid die verbonden is aan onreinheid of een ander soort kwaad — stel je dan voor dat je een opgeheven vinger ziet en een stem hoort die zegt, “Zeker, de Heere is op deze plaats.”
Laat je ontspanning vrij zijn van zonde. Laat je vermaak zo zijn dat je er van kunt genieten terwijl God toekijkt. En hoe veel vaker zouden we ook van Christus spreken als we voelden dat God op deze plaats was.
Waar hebben jullie het over deze middag? Veel mensen die zeggen dat ze Christen zijn vinden de gesprekken op zondagmiddag moeilijk. Ze beginnen niet direct met een gesprek wat in hun ogen werelds is, daarom praten ze meestal wat over dominees, maar zo’n gesprek over dominees is nog slechter dan een gesprek over de duivel zelf. Ik had liever dat je op een godsdienstige manier over Satan sprak dan ongodsdienstig over de engelen van de gemeente.
Er is wordt een verhaal vertelt over de ene dominee en een verhaal over de andere en het gesprek bouwt niets op. Als ze een engel hoorden zeggen, “De Heere is op deze plaats” dan zou het gesprek de hele middag ergens anders over gaan.
Stel je voor dat er hier vandaag zijn die de afgelopen tijd in persoonlijk gevaar en nood zijn geweest. Broeders, denken jullie niet dat jullie volmaakte rust zouden hebben gehad, middenin die storm, wanneer je een stem hoorde die zei, “Zeker, de Heere is op deze plaats”?
Ter overdenking
“Ik ben met u al de dagen” (Mattheüs 28:20) is een grote bemoediging voor Christenen, zowel wanneer ze alleen zijn (Handelingen 18:9–10), als wanneer ze samen zijn (Mattheüs 18:20). Dit moet ook invloed hebben op ons gedrag. In alles moet je de Heere kunnen danken en om Zijn zegen kunnen vragen (Romeinen 14:6). Doe niets waarvan je geweten je weerhoudt (Romeinen 14:23).
Preek nr. 401, 21 juli 1861
Beschikbaar gesteld door Day One
Ter overdenking
“Ik ben met u al de dagen” (Mattheüs 28:20) is een grote bemoediging voor Christenen, zowel wanneer ze alleen zijn (Handelingen 18:9–10), als wanneer ze samen zijn (Mattheüs 18:20). Dit moet ook invloed hebben op ons gedrag. In alles moet je de Heere kunnen danken en om Zijn zegen kunnen vragen (Romeinen 14:6). Doe niets waarvan je geweten je weerhoudt (Romeinen 14:23).
Preek nr. 401, 21 juli 1861
Beschikbaar gesteld door Day One