En uit Zijn volheid hebben wij allen ontvangen. (Johannes 1:16)

Lees verder Kolossenzen 2:1—10.


En uit Zijn volheid hebben wij allen ontvangen. (Johannes 1:16)

Lees verder Kolossenzen 2:1—10.


De tekst vertelt ons dat er volheid is in Christus. Er is in Hem een volheid van Godheid, “Want in Hem woont heel de volheid van de Godheid” (Kolossenzen 2:9). Er is in Hem volheid van volmaakte menselijkheid, want die Godheid werd in Hem “lichamelijk” geopenbaard. Delend in vlees en bloed, in alles gelijk aan Zijn broers, ontbrak er niets in Hem wat nodig was voor de volmaaktheid van zijn menselijkheid.

Er is volheid van verzoenende kracht in Zijn bloed, want “het bloed van Jezus Christus, Zijn Zoon, reinigt ons van alle zonde” (1 Johannes 1:7). Er is volheid van rechtvaardigende gerechtigheid in Zijn leven, want “er is nu geen verdoemenis voor hen die in Christus Jezus zijn” (Romeinen 8:1). Er is volheid van overwicht in Zijn pleiten, want “Hij kan ook volkomen zalig maken wie door Hem tot God gaan, omdat Hij altijd leeft om voor hen te pleiten” (Hebreeën 7:25).

Er is volheid van overwinning in Zijn dood, want “door de dood” heeft Hij “hem die de macht over de dood had – dat is de duivel – teniet gedaan” (Hebreeën 2:14). Er is volheid van kracht in Zijn opstanding uit de dood, want “daardoor zijn we opnieuw geboren tot een levende hoop” (1 Petrus 1:3). Er is volheid van triomf in Zijn hemelvaart, want “toen Hij opvoer in de hoogte, nam Hij de gevangenis gevangen en gaf Hij gaven aan de mensen” (Efeze 4:8).

Er is volheid van onuitsprekelijke en ongekende zegen, een volheid van genade om te vergeven, van genade om te herscheppen, van genade om te heiligen, van genade om te bewaren en van genade om te volmaken.

Er is altijd volheid, volheid overdag en volheid ’s nachts. Volheid van troost in verdrukking en volheid van leiding in voorspoed. Er is volheid van elke eigenschap van God, van wijsheid, kracht, liefde. Het is een volheid die we onmogelijk kunnen opmeten, laat staan ontdekken.

De tekst vertelt ons dat er volheid is in Christus. Er is in Hem een volheid van Godheid, “Want in Hem woont heel de volheid van de Godheid” (Kolossenzen 2:9). Er is in Hem volheid van volmaakte menselijkheid, want die Godheid werd in Hem “lichamelijk” geopenbaard. Delend in vlees en bloed, in alles gelijk aan Zijn broers, ontbrak er niets in Hem wat nodig was voor de volmaaktheid van zijn menselijkheid.

Er is volheid van verzoenende kracht in Zijn bloed, want “het bloed van Jezus Christus, Zijn Zoon, reinigt ons van alle zonde” (1 Johannes 1:7). Er is volheid van rechtvaardigende gerechtigheid in Zijn leven, want “er is nu geen verdoemenis voor hen die in Christus Jezus zijn” (Romeinen 8:1). Er is volheid van overwicht in Zijn pleiten, want “Hij kan ook volkomen zalig maken wie door Hem tot God gaan, omdat Hij altijd leeft om voor hen te pleiten” (Hebreeën 7:25).

Er is volheid van overwinning in Zijn dood, want “door de dood” heeft Hij “hem die de macht over de dood had – dat is de duivel – teniet gedaan” (Hebreeën 2:14). Er is volheid van kracht in Zijn opstanding uit de dood, want “daardoor zijn we opnieuw geboren tot een levende hoop” (1 Petrus 1:3). Er is volheid van triomf in Zijn hemelvaart, want “toen Hij opvoer in de hoogte, nam Hij de gevangenis gevangen en gaf Hij gaven aan de mensen” (Efeze 4:8).

Er is volheid van onuitsprekelijke en ongekende zegen, een volheid van genade om te vergeven, van genade om te herscheppen, van genade om te heiligen, van genade om te bewaren en van genade om te volmaken.

Er is altijd volheid, volheid overdag en volheid ’s nachts. Volheid van troost in verdrukking en volheid van leiding in voorspoed. Er is volheid van elke eigenschap van God, van wijsheid, kracht, liefde. Het is een volheid die we onmogelijk kunnen opmeten, laat staan ontdekken.

Ter overdenking

Loof God dat Hij de volheid niet voor Zichzelf hield. De gemeente wordt omschreven als Christus lichaam en vervulling (Efeze 1:23). We kunnen uit Zijn volheid ontvangen (Johannes 1:16), daarmee vervuld worden (Efeze 3:19) en daarnaar groeien (Efeze 4:13).

Preek 415, 20 oktober 1861

Beschikbaar gesteld door Day One


Ter overdenking

Loof God dat Hij de volheid niet voor Zichzelf hield. De gemeente wordt omschreven als Christus lichaam en vervulling (Efeze 1:23). We kunnen uit Zijn volheid ontvangen (Johannes 1:16), daarmee vervuld worden (Efeze 3:19) en daarnaar groeien (Efeze 4:13).

Preek 415, 20 oktober 1861

Beschikbaar gesteld door Day One