“Ik heb geloofd, daarom heb ik gesproken” (2 Korinthe 4:13).

“Ik heb geloofd, daarom heb ik gesproken” (2 Korinthe 4:13).


Straatverkopers boeien mij. Ik heb hen talloze keren afgewezen — maar het was niet persoonlijk. Diep vanbinnen bewonder ik hen. Ik zou meer op hen willen lijken.

Ze lijken niet te lijden onder de vrees voor mensen. Ze stappen midden op de stoep, maken oogcontact, glimlachen, en duwen dan hun parfums of telefoonhoesjes onder je neus. Ze weten dat we niet willen luisteren, maar toch spreken ze. Een vrouw heeft mij onlangs overgehaald met haar zware accent. Ze verhief haar stem, en toen ze zag dat ik aarzelde, wist ze dat ze me had. Ze rook mijn angst. Voor ik wist wat er gebeurde, hadden mijn kinderen enorme ballonnen in hun handen en speelgoed in hun armen, en vroeg ze hen welke ze het leukst vonden. Ze was vastbesloten dat ik haar boodschap zou horen.

Waarom deel ik het evangelie niet op die manier?

Hoe sta ik, om de vergelijking te gebruiken, langs de straat, wachtend tot verloren mannen en vrouwen mij vragen stellen over een man genaamd Jezus? Hoe vaak grijp ik momenten aan, maak ik oogcontact, verhef ik mijn stem en verkondig ik het goede nieuws van Jezus Christus tot hen die er niet voor kiezen om mij in de gemeente te op te zoeken?

We hebben het beste nieuws te delen, het grootste aanbod te verkondigen — tegen de beste prijs voor onze hoorders. Zullen straatverkopers dan brutaler zijn? “Het zit niet in mijn karakter,” antwoord je. Je bent verlegen en introvert. Je ouders hoefden je nooit te verbieden om met vreemden te praten. Je ongemak hierbij maakt de Grote Opdracht meer een grote last. Hoe kun je dat vervelende gevoel overwinnen om beter deel te nemen aan Christus’ zending?

Ik wil helpen om deze angst te smoren. Wij zouden mensen over Jezus moeten vertellen. We zouden niet onze voorgangers moeten betalen om dat werk voor ons te doen. Ik wil je graag praktisch advies geven door twee wegen voor te stellen die zelden overwogen worden. Ik ga ervan uit dat je zelf liefde hebt voor Christus, dat je voortdurende bid, dat je afhankelijk bent van de Geest, dat je kennis hebt van het Evangelie, een groeiende zorg voor de verlorenen, en een ijver voor Gods naam. Hoe kunnen zij die verlegen zijn brutaler worden tot Gods eer?

Angsten afstompen

Overweeg onze straatverkoper. Is hij onverschillig voor afwijzing? Nee. Maar hij is afgestompt. De eerste paar dagen waarin zijn schuchtere aanprijzingen werden genegeerd, deden misschien pijn, maar honderd dagen later is zijn angst afgestompt. “Nee bedankt” laat de aarde niet meer beven. Het is niet persoonlijk. Naarmate hij dag na dag opduikt en praat met mensen die hij niet kent over producten die de meesten niet willen, wordt zijn angst beter beheersbaar.

Geleidelijke, herhaalde blootstelling aan wat we vrezen, vermindert het. We weten dit. Wanneer onze kinderen voor het eerst het zwembad ingaan, beginnen we hen in het ondiepe gedeelte en brengen hen na verloop van tijd dieper. We gooien hen niet meteen in het diepe.

Hetzelfde geldt voor evangelisatie. We maken een fout wanneer we aannemen dat onze enige opties zijn om er zo in te springen of aan de kant te blijven staan. Je kunt strategisch waden. Je kunt comfortabeler worden met wat vereist is bij evangelisatie voordat je evangeliseert. Het is niet alles-of-niets.

Stel je stelt jezelf het doel om tegen het einde van de zomer naar een onbekende in het park in de buurt te lopen en het Evangelie met hem te delen. Maar je voelt je ongemakkelijk om met onbekenden te praten. Doodsbang zelfs. Maar een deel van je wil het. Je wordt gedrongen. Je bent er klaar mee om een slaaf te zijn van angst, en je weet dat je het zou moeten doen, dat je het kunt doen. Ja, God zal je helpen.

Maar wat nu? Een antwoord: Afstompen. Begin door twee weken lang ieder dag tegen vijf onbekenden hartelijk “hallo” te zeggen. Mensen in het park, voorbijgangers bij je huis, in de supermarkt. Voeg dan de volgende week toe: “Hallo, hoe gaat het vandaag?” Na een goede tijd in gebed waarin je je angsten onder ogen ziet, werk je toe naar: “Hallo, dit klinkt misschien vreemd, maar ik ben een Christen, mag ik voor je bidden?” En dan: “Hallo. Ik ben een Christen en ik heb het heerlijkste nieuws ter wereld ontdekt en ik geloof dat iedereen het zou moeten horen. Mag ik het met je delen?”

Mensen zullen je vreemd aankijken. Sommigen zullen dingen zeggen die je niet verwacht (zowel negatief als positief). God zal geëerd worden, en na verloop van tijd (zo vertrouwen we) zullen zielen gered worden. Evangelisatie vereist altijd geloof en moed, maar biddende stappen nemen om jezelf af te stompen voor angst kan helpen. Bergen krimpen tot heuvels, dan tot molshopen, door herhaalde pogingen.

Of misschien is je angst afwijzing. Sommigen van ons moeten vaker “nee” horen — met opzet. Hoe? Mij werd voorgesteld om verzoeken te doen waarvan je weet dat ze afgewezen zullen worden om je angst onder ogen te zien. Vraag de man in de snackbar of het mogelijk is om een frikandel te kopen en er gratis een tweede bij te krijgen. Vraag de serveerster op het terras om een gratis koffie. Als je het met goede humor vraagt, kan zoiets heel nederig makend en goed voor ons zijn. Na verloop van tijd neem je jezelf minder serieus, vrees je het gevreesde “nee” minder, en bied je het evangelie vrijer aan — waarbij je onderweg veel “nee’s” hoort. Stomp jezelf in gebed af voor deze angst door het onder ogen te zien in beheerste doses.

Ontwikkel je stem

“Dood en leven zijn in de macht van de tong, wie hem liefheeft, zal de vrucht ervan eten.” (Spreuken 18:21). De tong heeft de macht om leven of dood te bevorderen, en dit is nergens duidelijker dan bij het delen van het Evangelie. Sommigen verlichten misschien het geweten door te zeggen dat geloof een privézaak is tussen hen en God. Maar wij zeggen met David en Paulus: “Ik heb geloofd, daarom heb ik gesproken” (2 Korinthe 4:13).

Maar je praat misschien niet veel. Je wordt nerveus — je handpalmen zweten, je schouders spannen, je keel wordt droog. De meeste verlegen mensen zijn verlegen omdat ze geen zelfverzekerde communicators zijn, daar ben ik ervan overtuigd. Op zijn minst zouden ze minder verlegen zijn als ze zekerder zouden spreken. Hun gebrek aan stemkracht, helderheid of muzikaliteit houdt de innerlijke leugen in stand dat anderen niet naar hen willen luisteren. Ze klinken niet prettig. Dus groeit de onzekerheid en blijven ze in hun schulp, waarbij ze het geheel toeschrijven aan hun vaststaande persoonlijkheid.

Ik heb mede-introverten gevraagd: “Als je stem prettiger klonk, betrouwbaarder was, een meer resonerende, heldere klank had, zou je dan meer spreken dan je nu doet?” Hun antwoorden zijn voorspelbaar. Natuurlijk zouden ze dan meer spreken. De angst om niet goed te klinken smoort vele pogingen. Ik ben ervan overtuigd dat stemwerk in het algemeen ernstig wordt verwaarloosd, maar vooral voor verlegen schapen in de gemeente. Sommigen van degenen die het meest waard zijn om naar te luisteren, blijven de stilsten onder ons — uit nederigheid, ja, maar ook uit gebrek aan vertrouwen in het bespelen van hun instrument.

En deze stilte bouwt muren tussen ons. Zulk is de kracht en het wonder van de stem. Je stem is een kanaal tot om je ziel uit te drukken. De stem kan je onthullen, je verenigen met anderen, niet alleen je boodschap maar je diepste zelf delen met hoorders. Wanneer stemcoaches over spreken praten, realiseer je je dat ze geen verbeterde presentaties aanbieden in de klas of op het werk; ze bieden aan om je te bevrijden. Ze weten dat de stem het kanaal is van onze gedachten, emoties, overtuigingen, de weg die onze innerlijke mens aflegt om anderen te ontmoeten. Woorden communiceren ons hart. En Christenen weten dat dit diep theologisch is. Onze God is een sprekende God die eeuwig heeft bestaan met het Woord. We beelden af en openbaren onszelf door woorden.

Dus hoe tragisch het is dat dit kanaal verstopt en gevangen raakt door jaren van verwaarlozing, onzekerheid en slechte gewoonten. Ik weet dit uit eerste hand. Mijn hele leven heb ik weinig gepraat. Ik bestudeer de stem om te proberen verloren tijd in te halen. En ik heb ontdekt dat je kunt leren hoe je je stem gebruikt. Je hoeft niet voor altijd opgesloten te blijven in lusteloos, krakend, half-verstikt spreken. Je kunt hartstochtelijk, dynamisch, zelfs moeiteloos spreken, na veel inspanning. Uit het hart kan de mond bekwaam spreken.

Betere stemgewoonten kunnen dus een levensstijl ontgrendelen die meer vastberaden en zelfverzekerd is om over alle onderwerpen te spreken, inclusief het belangrijkste: Jezus Christus. Net zoals je slechte gewoonten hebt geleerd, kun je goede gewoonten leren. Je instrument is intact — het moet alleen opnieuw besnaard worden. Lees speels boeken voor met je kinderen. Drink de hele dag door veel water. Spreek je gedachten uit en lees hardop wanneer mogelijk. Geef vrijheid aan gezichtsexpressie. Oefen tongbrekers. Masseer je gezicht. Neurie vaak. Zing in de auto, en zing harder in de gemeente. Oefen het delen van het Evangelie met je echtgenoot. Versterk je middenrif. Je kunt je stem verbeteren. Met instructies — om vanuit het middenrif te ademen, te articuleren, te ontspannen, goede houding aan te nemen, je stem naar voren te projecteren — zul je meer vertrouwen hebben om te evangeliseren. Christenen hebben zich bekommerd om geletterdheid omdat we de Schriften lezen, en we moeten ons bekommeren om de stem om het Evangelie te spreken.

Dwazen voor Christus

Geen vaardigheden of strategieën zullen compenseren voor ware liefde voor Jezus, ware liefde voor zielen, en een waar verlangen dat anderen delen in je vreugde. We hebben de Geest van God nodig. We moeten het Evangelie kennen. We moeten wedergeboren zijn. We moeten bidden. We moeten omarmen dat we dwazen zijn voor Christus, zwak gemaakt voor Christus, en verworpen voor Christus. Geen persoonlijkheidstype, verminderde angsten of geslepen vaardigheden kunnen deze behoeften vervangen.

Maar verlegen en stille gelovige, we hebben je stem nodig, je verhaal, je inzichten in de heerlijkheid van Christus. Je bent misschien meer een Andreas dan een Petrus, maar je moet spreken. Je werd gered om te spreken van Christus en Zijn voortreffelijkheden. Je kleine hoek van de wereld heeft je nodig om je getuigenis te dragen van het Evangelie van de genade van God. Leg je angsten bloot, doorwaad moeilijkheden, ontwikkel vertrouwen in je stem, en wees vrij om van Christus te spreken tot Gods eer. Christus is te goed, en de eeuwigheid te nabij, om te zwijgen.

Straatverkopers boeien mij. Ik heb hen talloze keren afgewezen — maar het was niet persoonlijk. Diep vanbinnen bewonder ik hen. Ik zou meer op hen willen lijken.

Ze lijken niet te lijden onder de vrees voor mensen. Ze stappen midden op de stoep, maken oogcontact, glimlachen, en duwen dan hun parfums of telefoonhoesjes onder je neus. Ze weten dat we niet willen luisteren, maar toch spreken ze. Een vrouw heeft mij onlangs overgehaald met haar zware accent. Ze verhief haar stem, en toen ze zag dat ik aarzelde, wist ze dat ze me had. Ze rook mijn angst. Voor ik wist wat er gebeurde, hadden mijn kinderen enorme ballonnen in hun handen en speelgoed in hun armen, en vroeg ze hen welke ze het leukst vonden. Ze was vastbesloten dat ik haar boodschap zou horen.

Waarom deel ik het evangelie niet op die manier?

Hoe sta ik, om de vergelijking te gebruiken, langs de straat, wachtend tot verloren mannen en vrouwen mij vragen stellen over een man genaamd Jezus? Hoe vaak grijp ik momenten aan, maak ik oogcontact, verhef ik mijn stem en verkondig ik het goede nieuws van Jezus Christus tot hen die er niet voor kiezen om mij in de gemeente te op te zoeken?

We hebben het beste nieuws te delen, het grootste aanbod te verkondigen — tegen de beste prijs voor onze hoorders. Zullen straatverkopers dan brutaler zijn? “Het zit niet in mijn karakter,” antwoord je. Je bent verlegen en introvert. Je ouders hoefden je nooit te verbieden om met vreemden te praten. Je ongemak hierbij maakt de Grote Opdracht meer een grote last. Hoe kun je dat vervelende gevoel overwinnen om beter deel te nemen aan Christus’ zending?

Ik wil helpen om deze angst te smoren. Wij zouden mensen over Jezus moeten vertellen. We zouden niet onze voorgangers moeten betalen om dat werk voor ons te doen. Ik wil je graag praktisch advies geven door twee wegen voor te stellen die zelden overwogen worden. Ik ga ervan uit dat je zelf liefde hebt voor Christus, dat je voortdurende bid, dat je afhankelijk bent van de Geest, dat je kennis hebt van het Evangelie, een groeiende zorg voor de verlorenen, en een ijver voor Gods naam. Hoe kunnen zij die verlegen zijn brutaler worden tot Gods eer?

Angsten afstompen

Overweeg onze straatverkoper. Is hij onverschillig voor afwijzing? Nee. Maar hij is afgestompt. De eerste paar dagen waarin zijn schuchtere aanprijzingen werden genegeerd, deden misschien pijn, maar honderd dagen later is zijn angst afgestompt. “Nee bedankt” laat de aarde niet meer beven. Het is niet persoonlijk. Naarmate hij dag na dag opduikt en praat met mensen die hij niet kent over producten die de meesten niet willen, wordt zijn angst beter beheersbaar.

Geleidelijke, herhaalde blootstelling aan wat we vrezen, vermindert het. We weten dit. Wanneer onze kinderen voor het eerst het zwembad ingaan, beginnen we hen in het ondiepe gedeelte en brengen hen na verloop van tijd dieper. We gooien hen niet meteen in het diepe.

Hetzelfde geldt voor evangelisatie. We maken een fout wanneer we aannemen dat onze enige opties zijn om er zo in te springen of aan de kant te blijven staan. Je kunt strategisch waden. Je kunt comfortabeler worden met wat vereist is bij evangelisatie voordat je evangeliseert. Het is niet alles-of-niets.

Stel je stelt jezelf het doel om tegen het einde van de zomer naar een onbekende in het park in de buurt te lopen en het Evangelie met hem te delen. Maar je voelt je ongemakkelijk om met onbekenden te praten. Doodsbang zelfs. Maar een deel van je wil het. Je wordt gedrongen. Je bent er klaar mee om een slaaf te zijn van angst, en je weet dat je het zou moeten doen, dat je het kunt doen. Ja, God zal je helpen.

Maar wat nu? Een antwoord: Afstompen. Begin door twee weken lang ieder dag tegen vijf onbekenden hartelijk “hallo” te zeggen. Mensen in het park, voorbijgangers bij je huis, in de supermarkt. Voeg dan de volgende week toe: “Hallo, hoe gaat het vandaag?” Na een goede tijd in gebed waarin je je angsten onder ogen ziet, werk je toe naar: “Hallo, dit klinkt misschien vreemd, maar ik ben een Christen, mag ik voor je bidden?” En dan: “Hallo. Ik ben een Christen en ik heb het heerlijkste nieuws ter wereld ontdekt en ik geloof dat iedereen het zou moeten horen. Mag ik het met je delen?”

Mensen zullen je vreemd aankijken. Sommigen zullen dingen zeggen die je niet verwacht (zowel negatief als positief). God zal geëerd worden, en na verloop van tijd (zo vertrouwen we) zullen zielen gered worden. Evangelisatie vereist altijd geloof en moed, maar biddende stappen nemen om jezelf af te stompen voor angst kan helpen. Bergen krimpen tot heuvels, dan tot molshopen, door herhaalde pogingen.

Of misschien is je angst afwijzing. Sommigen van ons moeten vaker “nee” horen — met opzet. Hoe? Mij werd voorgesteld om verzoeken te doen waarvan je weet dat ze afgewezen zullen worden om je angst onder ogen te zien. Vraag de man in de snackbar of het mogelijk is om een frikandel te kopen en er gratis een tweede bij te krijgen. Vraag de serveerster op het terras om een gratis koffie. Als je het met goede humor vraagt, kan zoiets heel nederig makend en goed voor ons zijn. Na verloop van tijd neem je jezelf minder serieus, vrees je het gevreesde “nee” minder, en bied je het evangelie vrijer aan — waarbij je onderweg veel “nee’s” hoort. Stomp jezelf in gebed af voor deze angst door het onder ogen te zien in beheerste doses.

Ontwikkel je stem

“Dood en leven zijn in de macht van de tong, wie hem liefheeft, zal de vrucht ervan eten.” (Spreuken 18:21). De tong heeft de macht om leven of dood te bevorderen, en dit is nergens duidelijker dan bij het delen van het Evangelie. Sommigen verlichten misschien het geweten door te zeggen dat geloof een privézaak is tussen hen en God. Maar wij zeggen met David en Paulus: “Ik heb geloofd, daarom heb ik gesproken” (2 Korinthe 4:13).

Maar je praat misschien niet veel. Je wordt nerveus — je handpalmen zweten, je schouders spannen, je keel wordt droog. De meeste verlegen mensen zijn verlegen omdat ze geen zelfverzekerde communicators zijn, daar ben ik ervan overtuigd. Op zijn minst zouden ze minder verlegen zijn als ze zekerder zouden spreken. Hun gebrek aan stemkracht, helderheid of muzikaliteit houdt de innerlijke leugen in stand dat anderen niet naar hen willen luisteren. Ze klinken niet prettig. Dus groeit de onzekerheid en blijven ze in hun schulp, waarbij ze het geheel toeschrijven aan hun vaststaande persoonlijkheid.

Ik heb mede-introverten gevraagd: “Als je stem prettiger klonk, betrouwbaarder was, een meer resonerende, heldere klank had, zou je dan meer spreken dan je nu doet?” Hun antwoorden zijn voorspelbaar. Natuurlijk zouden ze dan meer spreken. De angst om niet goed te klinken smoort vele pogingen. Ik ben ervan overtuigd dat stemwerk in het algemeen ernstig wordt verwaarloosd, maar vooral voor verlegen schapen in de gemeente. Sommigen van degenen die het meest waard zijn om naar te luisteren, blijven de stilsten onder ons — uit nederigheid, ja, maar ook uit gebrek aan vertrouwen in het bespelen van hun instrument.

En deze stilte bouwt muren tussen ons. Zulk is de kracht en het wonder van de stem. Je stem is een kanaal tot om je ziel uit te drukken. De stem kan je onthullen, je verenigen met anderen, niet alleen je boodschap maar je diepste zelf delen met hoorders. Wanneer stemcoaches over spreken praten, realiseer je je dat ze geen verbeterde presentaties aanbieden in de klas of op het werk; ze bieden aan om je te bevrijden. Ze weten dat de stem het kanaal is van onze gedachten, emoties, overtuigingen, de weg die onze innerlijke mens aflegt om anderen te ontmoeten. Woorden communiceren ons hart. En Christenen weten dat dit diep theologisch is. Onze God is een sprekende God die eeuwig heeft bestaan met het Woord. We beelden af en openbaren onszelf door woorden.

Dus hoe tragisch het is dat dit kanaal verstopt en gevangen raakt door jaren van verwaarlozing, onzekerheid en slechte gewoonten. Ik weet dit uit eerste hand. Mijn hele leven heb ik weinig gepraat. Ik bestudeer de stem om te proberen verloren tijd in te halen. En ik heb ontdekt dat je kunt leren hoe je je stem gebruikt. Je hoeft niet voor altijd opgesloten te blijven in lusteloos, krakend, half-verstikt spreken. Je kunt hartstochtelijk, dynamisch, zelfs moeiteloos spreken, na veel inspanning. Uit het hart kan de mond bekwaam spreken.

Betere stemgewoonten kunnen dus een levensstijl ontgrendelen die meer vastberaden en zelfverzekerd is om over alle onderwerpen te spreken, inclusief het belangrijkste: Jezus Christus. Net zoals je slechte gewoonten hebt geleerd, kun je goede gewoonten leren. Je instrument is intact — het moet alleen opnieuw besnaard worden. Lees speels boeken voor met je kinderen. Drink de hele dag door veel water. Spreek je gedachten uit en lees hardop wanneer mogelijk. Geef vrijheid aan gezichtsexpressie. Oefen tongbrekers. Masseer je gezicht. Neurie vaak. Zing in de auto, en zing harder in de gemeente. Oefen het delen van het Evangelie met je echtgenoot. Versterk je middenrif. Je kunt je stem verbeteren. Met instructies — om vanuit het middenrif te ademen, te articuleren, te ontspannen, goede houding aan te nemen, je stem naar voren te projecteren — zul je meer vertrouwen hebben om te evangeliseren. Christenen hebben zich bekommerd om geletterdheid omdat we de Schriften lezen, en we moeten ons bekommeren om de stem om het Evangelie te spreken.

Dwazen voor Christus

Geen vaardigheden of strategieën zullen compenseren voor ware liefde voor Jezus, ware liefde voor zielen, en een waar verlangen dat anderen delen in je vreugde. We hebben de Geest van God nodig. We moeten het Evangelie kennen. We moeten wedergeboren zijn. We moeten bidden. We moeten omarmen dat we dwazen zijn voor Christus, zwak gemaakt voor Christus, en verworpen voor Christus. Geen persoonlijkheidstype, verminderde angsten of geslepen vaardigheden kunnen deze behoeften vervangen.

Maar verlegen en stille gelovige, we hebben je stem nodig, je verhaal, je inzichten in de heerlijkheid van Christus. Je bent misschien meer een Andreas dan een Petrus, maar je moet spreken. Je werd gered om te spreken van Christus en Zijn voortreffelijkheden. Je kleine hoek van de wereld heeft je nodig om je getuigenis te dragen van het Evangelie van de genade van God. Leg je angsten bloot, doorwaad moeilijkheden, ontwikkel vertrouwen in je stem, en wees vrij om van Christus te spreken tot Gods eer. Christus is te goed, en de eeuwigheid te nabij, om te zwijgen.

Lees hier het originele artikel.