Maar ik zeg: Wandel door de Geest en u zult zeker de begeerte van het vlees niet volbrengen. Want het vlees begeert tegen de Geest in, en de Geest tegen het vlees in; en die staan tegenover elkaar, zodat u niet doet wat u zou willen. (Galaten 5:16-18)

Vorige week hebben we uit Galaten 5:13-15 geleerd dat het goede nieuws van Christus een oproep is tot vrijheid. Gods geopenbaarde wil voor een ieder van ons is dat we de mogelijkheid, het vermogen en het verlangen hebben om te doen wat ons de grootste voldoening zal geven voor nu en de komende duizend jaar. We hebben ook geleerd dat liefde de enige activiteit is die we in vrijheid kunnen uitvoeren. “u bent tot vrijheid geroepen … maar dien elkaar door de liefde.” Deze liefde is niet optioneel, het is een gebod. En het is behoorlijk radicaal: “U zult uw naaste liefhebben als uzelf.” Met andere woorden, we zijn tot vrijheid geroepen om het geluk van anderen te verlangen en te zoeken met dezelfde ijver zoals je dit geluk voor jezelf verlangt en zoekt. Maar als je dit gebod serieus neemt, gaat het zo in tegen onze natuurlijke neigingen dat het onmogelijk lijkt. Dat ik in de morgen op moet staan met dezelfde bezorgdheid voor jou behoeften als voor die van mijzelf, dat lijkt volkomen buiten mijn macht. Als dit het Christelijke leven is, het zorgen voor een ander zoals ik voor mezelf zorg, dan is dat moeilijk, inderdaad, en ik voel me hopeloos om het ooit uit te leven.

Paulus antwoord op deze ontmoediging vinden we in Galaten 5:16-18. Het geheim is dat we moeten leren om door de Geest te wandelen (v. 16). Als het Christelijke leven te moeilijk lijkt, moeten we bedenken dat we niet geroepen zijn om alleen te leven. We moeten leven door de Geest van God. Het gebod van liefde is niet op onze schouders gelegd als toch weer een nieuwe last om rechtvaardig te worden door werken; het is iets wat gebeurd als we in vrijheid door Gods Geest wandelen. Mensen die proberen lief te hebben zonder op Gods Geest te vertrouwen, eindigen altijd in een verlangen om de eigen behoeften te vervullen in plaats van te delen van hun volheid door Gods Geest. En als liefde gebruikt wordt om de eigen behoeften  te vervullen, is liefde geen liefde meer. Liefde is niet makkelijk voor ons. Maar het goede nieuws is dat het niet in de eerste plaats ons werk is maar het werk van God. We moeten allemaal leren door de Geest te wandelen.

Ik wil de boodschap van vandaag opbouwen rond 3 vragen: Wat? Waarom? en, hoe? Wat is “wandelen door de Geest”? Waarom is het cruciaal om door de Geest te wandelen? En, erg praktisch, hoe kunnen we door de Geest wandelen.

Wat is wandelen door de Geest?

Eerst, wat is “wandelen door de Geest”? Er zijn twee andere beelden in dit verband die licht kunnen geven over de betekenis van “wandelen door de Geest”. Het eerste beeld vinden we in vers 18: “Als u echter door de Geest geleid wordt, bent u niet onder de wet.” Als Paulus gezegd had, “als je de Geest volgt ben je niet onder de wet”, dan zou dat waar geweest zijn, maar door de lijdende vorm (“door de Geest geleid”) te gebruiken legt hij de nadruk op het werk van de Geest, niet een werk van ons. De Geest is niet een leider als de een degene die het tempo bepaald in een wedstrijd. Hij is de leider als een locomotief van een trein. We volgen niet in eigen kracht. We worden geleid door Zijn kracht. Dus “wandelen door de Geest” betekend dat we aangesloten blijven aan de Goddelijke bron van kracht zodat we gaan waarheen Hij leidt.

Het volgende beeld van wandelen door de Geest vinden we in vers 22: “De vrucht van de Geest is echter: liefde, blijdschap, vrede, geduld, vriendelijkheid, goedheid, geloof, zachtmoedigheid, zelfbeheersing.” Als ons Christelijke leven bestaat uit het wandelen in liefde en blijdschap, dan moet “wandelen in de Geest”, “de vruchten van de Geest dragen” betekenen. Maar opnieuw, het werk van de Geest word benadrukt en niet ons werk. Hij brengt de vruchten voort. Misschien heeft Paulus dit van een beeld wat Jezus gebruikte. Herinner je Johannes 15:4-5: “Blijf in Mij, en Ik in u. Zoals de rank geen vrucht kan dragen uit zichzelf, als zij niet in de wijnstok blijft, zo ook u niet, als u niet in Mij blijft. Ik ben de Wijnstok, u de ranken; wie in Mij blijft, en Ik in hem, die draagt veel vrucht.” Dus “wandelen door de Geest” betekend “blijf in de Wijnstok.” Blijf stevig verenigd met de levende Christus. Snijd jezelf niet af van de stroom van Gods Geest.

Dus het antwoord op onze eerste vraag —Wat is wandelen door de Geest?— luidt: Het betekent dat we “door de Geest geleid worden” en dat we “de vruchten van de Geest dragen.” Het werk van de Heilige Geest wordt benadrukt, maar toch is het een gebod voor ons om iets te doen. Onze wil is er diep bij betrokken. We moeten gekoppeld blijven aan de locomotief. We moeten in de Wijnstok blijven. En er zijn een aantal dingen die we kunnen doen om onszelf niet af te snijden van de stroom van Gods kracht. Maar voor  we vragen hoe we ons kunnen laten leiden door de Geest vragen we ons het volgende af…

Waarom is het cruciaal om door de Geest te wandelen?

Waarom is het cruciaal om door de Geest te Wandelen? De tekst geeft ons twee redenen, een in vers 16 en een in vers 18. In vers 16 is de drijfveer om door de Geest te wandelen dat als je dit doet, je de verlangens van het vlees niet bevredigd. De RVS-vertaling is hier fout door het tweede deel van vers 16 een gebod te maken in plaats van een belofte. De RVS zegt: “Bevredig de verlangens van uw vlees niet.” Alle andere grote vertalingen zitten goed door het als belofte te vertalen omdat deze Griekse constructie deze betekenis ook op alle andere plaatsen heeft. Het vers moet vertaald worden zoals bijvoorbeeld de NASB-vertaling het zegt, “Maar ik zeg: Wandel door de Geest en u zult zeker de begeerte van het vlees niet volbrengen.” Dus de eerste reden waarom we door de Geest zouden moeten wandelen is dat als we dit doen, we de verlangens van het vlees zijn overwonnen.

In een pas gehouden preek heb ik geprobeerd het “vlees” te definiëren, zoals Paulus het gebruikt. Meestal (niet altijd, zie hieronder) verwijst het niet zomaar naar een fysiek deel van ons. (Paulus beschouwd het lichaam op zichzelf niet als kwaad.) Het “vlees” is het ego wat een leegheid voelt en de middelen gebruikt binnen zijn eigen kracht om deze leegheid te vervullen. Het vlees is de “ik” die mij probeert te bevredigen buitenom Gods barmhartigheid. Let op Galaten 5:24, “Maar wie van Christus zijn, hebben het vlees met zijn hartstochten en begeerten gekruisigd.” Vergelijk dit met Galaten 2:20, “Ik ben met Christus gekruisigd; en niet meer ik leef, maar Christus leeft in mij; en voor zover ik nu in het vlees leef, leef ik door het geloof in de Zoon van God,  Die mij heeft liefgehad en Zichzelf voor mij heeft overgegeven.” In 2:20 is “vlees” bedoelt in zijn minder gebruikelijke mening die alleen betrekking heeft het gewone lichamelijke bestaan wat in zichzelf niet kwaad is (“ik leef nu in het vlees”).

Maar het is belangrijk om op te merken dat in 5:24 staat dat het “vlees” is gekruisigd en in 2:20 staat dat het “ik” gekruisigd is. Dit is waarom ik vlees in zijn negatieve vorm definieer als een uitdrukking van het “ik” of het “ego”. En let op dat sinds het oude vleselijke ego in 2:20 is gekruisigd, er een nieuw “ik” leeft, en het speciale aan de nieuwe “ik” is dat het door het geloof leeft. “voor zover ik nu in het vlees leef, leef ik door het geloof in de Zoon van God, Die mij heeft liefgehad en Zichzelf voor mij heeft overgegeven.” Het vlees is de ego die de leegheid voelt maar het verafschuwd deze te vervullen door geloof, d.w.z., door afhankelijk te zijn van Gods barmhartigheid in Christus. In plaats daarvan geeft het vlees de voorkeur aan het gebruik van goede werken en losbandige middelen binnen zijn eigen kracht om zijn leegheid te vervullen. Zoals Romeinen 8:7 zegt, “Immers, het denken van het vlees is vijandschap tegen God. Het onderwerpt zich namelijk niet aan de wet van God.” Het fundamentele kenmerk van het vlees is dat het opstandig is. Het wil zich niet onderwerpen aan Gods absolute autoriteit en zich niet vertrouwen op Gods absolute barmhartigheid. Het vlees spreekt zoals een oude TV commercial, “ik doe het liever zelf.”

Het is dan ook niet verwonderlijk dat we in vers 17 een strijd zien tussen ons vlees en Gods Geest. Het is op het eerste gezicht een probleem dat er een levende strijd wordt gestreden tussen het vlees en de Geest in de Christen, omdat volgens vers 24 het vlees in de Christen gekruisigd is. We zullen het hebben over de manier waarop het vlees is gekruisigd als we naar vers 24 gaan. Maar laten we Paulus nu eerst nog even het voordeel van de twijfel geven, er vanuit gaan dat ze beiden waar zijn, en ons focussen op de strijd in ons, het vlees tegen Gods Geest.

Gods Geest overwint ons vlees

Vers 17 zegt, “Want het vlees begeert tegen de Geest in, en de Geest tegen het vlees in; en die staan tegenover elkaar, zodat u niet doet wat u zou willen.” Het belangrijkste wat we kunnen leren van dit vers is dat de Christen een innerlijke strijd ervaart. Als je over jezelf gezegd hebt toen ik het vlees beschreef, “Nou, er is in mij nog veel vlees te vinden” betekent dat niet perse dat je geen Christen bent. Een Christen is niet iemand die geen verkeerde verlangens heeft. Een Christen is een persoon die in strijd is met deze verlangens door de kracht van de Heilige Geest. Een strijd in je ziel is juist niet slecht. Hoewel we verlangen naar de dag dat ons vlees volledig is afgestorven en we alleen nog pure en liefdevolle verlangens kennen in ons hart, is er nog iets ergers dan de strijd tussen het vlees en de Geest, namelijk geen innerlijke strijd omdat dan het vlees aan de macht is in het lichaam. Laten we God loven om de innerlijke strijd. Kalmte over de zonden betekend de dood. De Geest is afgedaald om strijden tegen het vlees. Houdt dus moed als je ziel soms een slagveld lijkt. Het teken dat de Geest van God in je woont is niet dat je geen slechte verlangens hebt, maar dat je in strijd bent met tegen deze verlangens.

Maar als je de verzen 16 en 17 samen neemt is het belangrijkste punt niet dat er strijd is, maar de overwinning door de Heilige Geest. Vers 16 zegt dat deze verkeerde verlangens niet tot rijpheid zullen komen wanneer je door de Geest wandelt. Als je door de Geest wandelt, smoor je de begeerten van het vlees in de kiem. Nieuwe, op God gerichte verlangens verdringen onze op het lichaam gerichte verlangens. Vers 16 belooft overwinning over de verlangens van het vlees, niet dat er geen strijd zal zijn maar de Heilige Geest zal de overwinnaar zijn in die strijd. In feite denk ik dat Paulus in vers 24, als hij zegt dat het vlees gekruisigd is, bedoelt dat er een beslissende strijd is is gestreden die gewonnen is door de Geest. De Heilige Geest heeft de hoofdstad ingenomen en de rug van de verzetsbeweging gebroken. Het vlees is zo goed als dood. De ondergang is zeker. Maar er zijn nog overgebleven verzetshaarden. De guerrilla’s van het vlees willen hun wapens niet neerleggen en daar moet dagelijks tegen verdedigd worden. De enige manier om dit te doen is door de Heilige Geest, en dat is wat het betekend om door de Geest te wandelen. We moeten zo leven dat Hij overwinning geeft over de slinkende verzetsbeweging van het vlees. De eerste reden, waarom we door de Geest moeten wandelen is, dat als we dat doen, het vlees overwonnen is.

Gods Geest geeft wet-vervullende vruchten

De tweede reden om door de Geest te wandelen, of om je door de Geest te laten leiden, vinden we in vers 18: “Als u echter door de Geest geleid wordt, bent u niet onder de wet.” Dit betekent niet dat je Gods wet niet hoeft te vervullen. Dat doe je wel. Dat is wat de verzen 13 en 14 zeggen, “maar dien elkaar door de liefde. Want de hele wet wordt in één woord vervuld, namelijk hierin: U zult uw naaste liefhebben als uzelf.” En Romeinen 8:3-4 zegt, “Hij heeft Zijn eigen Zoon gezonden in een gedaante gelijk aan het zondige vlees en dat omwille van de zonde, en de zonde veroordeeld in het vlees, opdat de rechtvaardige eis van de wet vervuld zou worden in ons, die niet naar het vlees wandelen, maar naar de Geest.”

Daarom betekent dit niet dat we de wet niet vervullen. Het betekent dat, wanneer je wordt geleid door de Locomotief van de Geest, we over het spoor gaan van de wet als op een vreugdevolle manier en niet door de wet op eigen kracht als een ladder vanaf beneden te beklimmen. Als we geleidt worden door de Geest liggen we niet onder de straf en vloek van de wet omdat dat wat de wet vereist geproduceerd wordt door de Geest, namelijk, Liefde. Let op vers 22: de eerste allesomvattende vrucht van de Geest is liefde, die volgens vers 14 de hele wet vervuld. En om te bevestigen dat dit precies is wat Paulus denkt besluit hij de lijst met vruchten in vers 23 met de woorden, “Daartegen richt de wet zich niet.” Met andere woorden, hoe kun je onder de straf en vloek van de wet zijn als de zaken die de wet vereist, als de vruchten aan de takken van je leven groeien? Dus de tweede reden om door de Geest te wandelen is eigenlijk hetzelfde als de eerste reden. Je smoort verleiding in de kiem. Vers 18 zegt, doe het omdat je dan vrij bent van de straf en vloek van de wet, omdat de vruchten die uit de Geest zijn, de wet vervullen. De Geest is de volheid die overloopt in liefde. Daarom overwint het de leegheid die het vleest drijft, en het loopt over in daden van liefde die de wet vervullen.

Hoe kunnen we door de Geest wandelen?

Maar de meest waardevolle vraag is: “Hoe kunnen we door de Geest wandelen?” We hebben allemaal wel eens een dominee horen zeggen, “laat je leiden door Gods Geest,” of “Laat de Geest toe je te beheersen” waarna we in de war naar huis gingen omdat we niet wisten wat dit praktisch inhield. Hoe laat je je leiden door Gods Geest? Ik ga proberen je te laten zien dat het antwoord is dat je je door Gods Geest laat leiden als je hart gelukkig is in God. Of om het anders te zeggen, je wandelt door de Geest als je hart rust in de beloften van God. De Geest regeert over het vlees in je leven als je door het geloof in de Zoon van God leeft, Die je zo heeft lief gehad dat Hij zichzelf voor jou gegeven heeft en nu alles laat meewerken voor jou welzijn.

Er staan hiervoor vijf bewijzen in Galaten. Ten eerste, Galaten 5:6, “In Christus Jezus heeft namelijk niet het besneden zijn enige kracht, en ook niet het onbesneden zijn, maar het geloof, dat door de liefde werkzaam is.” Waar geloof werkt altijd liefde, omdat het geloof de schuld, angst en hebzucht verdringt en ons een begeerte geeft om van Gods kracht te genieten. Maar Galaten 5:22 zegt dat liefde een vrucht van de Geest is. Dus als liefde noodzakelijkerwijs geproduceerd wordt door het geloof en het ook een vrucht is van de Geest, dan is een waar geloof de manier om te wandelen door de Geest. Een gelukkig rusten in de beloften van God is het kanaal van de Geest.

Ten tweede, let op Galaten 5:5, “Want wij verwachten door de Geest, uit het geloof, de gerechtigheid waarop wij hopen.” Hoe kunnen we Jezus verwachten “door de Geest”? “uit geloof!” Wanneer je gelukkig bent in God en rust in zijn beloften, dan verwacht je door de Geest en wandel je door de Geest.

Ten derde, kijk naar Galaten 3:23, “Voordat het geloof echter kwam, werden wij door de wet bewaakt” Het komen tot geloof bevrijdt een persoon van het leven onder de wet. Maar wat zegt 5:18? “Als u echter door de Geest geleid wordt, bent u niet onder de wet.” Hoe moeten we ons dan laten leiden door de Geest? Door het geloof. Door te mediteren op de betrouwbaarheid en kostbaarheid van Gods beloften, tot onze harten vrij zijn van de knagende schuld en hebzucht. Dit is hoe de Heilige Geest vervuld en leidt.

Ten vierde, bekijk Galaten 3:5, de duidelijkste van allemaal: “Hij dan Die u de Geest verleent en krachten onder u werkt, doet Hij dat uit de werken van de wet, of uit de prediking van het geloof?” De Geest doet Zijn machtige werk in en door ons alleen uit de prediking van het geloof. We worden door geloof alleen geheiligd. De manier om door de Geest te wandelen en daardoor de verlangens van ons vlees niet te vervullen is door te luisteren naar verrukkelijke beloften van God en daarop te vertrouwen. Verheug je er in en rust in deze beloften.

Als laatste, denk na over Galaten 2:20, “Ik ben met Christus gekruisigd; en niet meer ik leef, maar Christus leeft in mij; en voor zover ik nu in het vlees leef, leef ik door het geloof in de Zoon van God, Die mij heeft liefgehad en Zichzelf voor mij heeft overgegeven.” Wie is de Christus die in Paulus leeft? Dat is de Geest. zoals 4:6 zegt: “heeft God de Geest van Zijn Zoon uitgezonden in uw harten,” En hoe leeft Christus volgens 2:20 in Paulus? Hoe wandelt Paulus door de Geest van de Zoon? Dag aan dag geeft hij zijn zorgen aan God, bevrijdt hij zijn leven van schuld, angst en hebzucht, en wordt hij gedragen door de Geest. Hoe moeten we dan wandelen door de Geest. Het antwoord is duidelijk. Stop om te proberen de leegheid in je leven te vervullen met honderd stukjes wereld en laat je ziel rusten in God. De Geest wil het werk van vernieuwing in je leven werken als je Zijn onuitsprekelijke beloften dag en nacht overdenkt en daarin rust. (zie ook: Romeinen 15:13, 2 Petrus 1:4, en Jesaja 64:4.)

Het geheim van wandelen door de Geest

Gisteren, rond half zes, stond ik in de keuken van mijn geliefde leraar Daniel Fuller in Pasadena, California. Ik sprak met zijn vrouw Ruth. En wat ik nooit meer zal vergeten is dat er op het aanrecht vier enorme beloften van God geplakt waren, getypt op kleine stukjes papier. Ruth plakte ze daar zodat ze er tijdens haar werk over na kon denken. Dat is hoe je wandelt door de Geest.

Ik heb een klein stukje papier bij de stoel waar ik bid en wanneer ik een belofte lees die me kan weglokken van mijn schuld, angst en hebzucht, schrijf ik ze op. Dan kan ik mijn ziel er in droge periodes mee doorweken. De strijd van het geloof wordt gestreden met de beloften van God. En de strijd van het geloof is dezelfde als de strijd om te wandelen door de Geest. Hij werkt wanneer we in Zijn beloften rusten. George Muller schreef (Autobiography, p. 152-4):

Ik zag duidelijker dan ooit dat een ziel die gelukkig is in de Heere de eerste grote en primaire zaak is die elke dag aanwezig moeten zijn. Het eerste waar ik me zorgen om moest maken was niet, hoeveel moet ik God dienen, of hoe kan ik God verheerlijken; maar krijg ik mijn ziel gelukkig, hoe krijg ik mijn innerlijke mens gevoed… Nu wat is het voedsel voor de innerlijke mens? Niet gebed maar, het Woord van God.

George Muller leerde het geheim van wandelen door de Geest: overdenk de waardevolle waarheid van Gods Woord tot je hart gelukkig is in God, rustend in Zijn beloften.

Hudson Taylor heeft het ook moeten leren. Hij hoorde van rellen in de buurt van een zendingspost. Het volgende moment hoorde George Nichol, een van de evangelisten, Taylor zijn favoriete Hymn fluiten: “Jezus, ik rust, rust in de vreugde van Wie U bent.” Hudson Taylor “had geleerd dat voor hem, maar één leven mogelijk was, dat gezegende leven van rusten en verheugd zijn in de Heere onder alle omstandigheden, terwijl hij te maken had met moeilijkheden, innerlijke en uiterlijke, grote en kleine” (Spiritual Secret, p.209).

Ik zeg tot jullie, broeders en zusters, wandel door de Geest, en je zult de verlangens van je vlees niet bevredigen. Je zult verleiding overwinnen en Gods leiding ervaren als je hart rust in de beloften en gelukkig is in God.