En Jezus kwam naar hen toe, sprak met hen en zei: Mij is gegeven alle macht in hemel en op aarde. Ga dan heen, onderwijs al de volken, hen dopend in de Naam van de Vader en van de Zoon en van de Heilige Geest, hun lerend alles wat Ik u geboden heb, in acht te nemen. (Mattheüs 28:18—19)

Lees verder Handelingen 13:1—13.


En Jezus kwam naar hen toe, sprak met hen en zei: Mij is gegeven alle macht in hemel en op aarde. Ga dan heen, onderwijs al de volken, hen dopend in de Naam van de Vader en van de Zoon en van de Heilige Geest, hun lerend alles wat Ik u geboden heb, in acht te nemen. (Mattheüs 28:18—19)

Lees verder Handelingen 13:1—13.


Er zijn jonge mensen die graag naar het buitenland gaan, maar vaak zijn dit mensen met een slechte conditie, zonder kracht en vermogen. Ik bid dat de Heere ook de begaafde mensen zal roepen. Als je misschien zelf wat overvloed hebt, wat is er beter dan je leven en je overvloed te wijden aan de zaak van de Verlosser? Jonge mannen die schitterende vooruitzichten hebben en nog niet voor een gezin moeten zorgen, zou het niet een nobelere zaak zijn om je schitterende vooruitzicht over te geven en een nederige prediker te worden?

Ik heb mijn eigen geweten ondervraagd, ik denk dat ik ongehoorzaam zou zijn als dit arbeidsveld zou verlaten en naar het buitenland zou gaan om het Woord te prediken. Maar ik denk dat veel van mijn broeders die nu nog hier werken met het grootste voordeel hun taak hier kunnen laten rusten om te gaan waar hun aanwezigheid waardevoller zou zijn als de aanwezigheid van duizenden die hier blijven.

Ik verlang er naar dat we jonge mensen zien die alles geven wanneer God hun hart aanraakt. Ik verlang mensen te zien van de universiteit en van het ROC — artsen, advocaten, handelaren en monteurs die alles wat ze hebben, geven om Christus te preken en te onderwijzen als God hun hart aanraakt. We willen weer Judsons en Brainerds. We moeten onze hoogste en beste mensen sturen!

Er zijn jonge mensen die graag naar het buitenland gaan, maar vaak zijn dit mensen met een slechte conditie, zonder kracht en vermogen. Ik bid dat de Heere ook de begaafde mensen zal roepen. Als je misschien zelf wat overvloed hebt, wat is er beter dan je leven en je overvloed te wijden aan de zaak van de Verlosser? Jonge mannen die schitterende vooruitzichten hebben en nog niet voor een gezin moeten zorgen, zou het niet een nobelere zaak zijn om je schitterende vooruitzicht over te geven en een nederige prediker te worden?

Ik heb mijn eigen geweten ondervraagd, ik denk dat ik ongehoorzaam zou zijn als dit arbeidsveld zou verlaten en naar het buitenland zou gaan om het Woord te prediken. Maar ik denk dat veel van mijn broeders die nu nog hier werken met het grootste voordeel hun taak hier kunnen laten rusten om te gaan waar hun aanwezigheid waardevoller zou zijn als de aanwezigheid van duizenden die hier blijven.

Ik verlang er naar dat we jonge mensen zien die alles geven wanneer God hun hart aanraakt. Ik verlang mensen te zien van de universiteit en van het ROC — artsen, advocaten, handelaren en monteurs die alles wat ze hebben, geven om Christus te preken en te onderwijzen als God hun hart aanraakt. We willen weer Judsons en Brainerds. We moeten onze hoogste en beste mensen sturen!

Ter overdenking

Zendingswerk hangt niet af van de oproep van avontuur, maar van de oproep van God. Christus’ apostelen waren goed voorbereid en hebben de toets van de tijd doorstaan (Markus 3:14; Lukas 22:28; Johannes 14:9; Handelingen 11:25–26; Galaten 1:15–18). Johannes Markus werd later erg nuttig (2 Timotheüs 4:11), maar eerst ging hij te vroeg, nog voordat hij geroepen en voorbereid was (Handelingen 13:13; 15:38).

Preek 383, 21 april 1861

Beschikbaar gesteld door Day One


Ter overdenking

Zendingswerk hangt niet af van de oproep van avontuur, maar van de oproep van God. Christus’ apostelen waren goed voorbereid en hebben de toets van de tijd doorstaan (Markus 3:14; Lukas 22:28; Johannes 14:9; Handelingen 11:25–26; Galaten 1:15–18). Johannes Markus werd later erg nuttig (2 Timotheüs 4:11), maar eerst ging hij te vroeg, nog voordat hij geroepen en voorbereid was (Handelingen 13:13; 15:38).

Preek 383, 21 april 1861

Beschikbaar gesteld door Day One