Want ik weet dat dit mij tot zaligheid strekken zal, door uw gebed en de ondersteuning van de Geest van Jezus Christus, overeenkomstig mijn reikhalzend verlangen en hoop  dat ik in geen enkel opzicht beschaamd zal worden, maar dat in alle vrijmoedigheid, zoals altijd, Christus ook nu grootgemaakt zal worden in mijn lichaam, of het nu door het leven is of door de dood. Want het leven is voor mij Christus en het sterven is voor mij winst. (Filippenzen 1:19-21)

In de serie over de theologische kenmerken van Bethlehem van de afgelopen dertig jaar, focussen we ons nu op het Christelijk Hedonisme. En laten we vanaf het begin duidelijk zijn dat Bethlehem niet gebouwd is rond een slogan of label. De term “Christelijk Hedonisme” staat in geen van de officiële documenten van deze kerk. Het is niet in onze constitutie/grondwet, niet het verbond van de kerk, niet in de “Elder Affirmation of Faith,” niet opgenomen in het boekje wat onze waarden beschrijft en ook niet in “Ten Dimensions of Church Life.” Het is pakkend, het is controversieel, het staat niet in de Bijbel en je hoeft het niet mooi te vinden alleen om dat ik het mooi vind. Het doel van deze boodschap is dus niet om je een slogan of label op te dringen. Het is mijn doel om te spreken over de massieve en doordringende Bijbelse waarheid die sommigen van ons graag het Christelijk Hedonisme noemen.

Deze preek bevat dus een aantal van de saprijke en meest wonderlijke dingen die ik het liefst ken en ervaar. We moeten aan de slag. Hier is het overzicht:

Als eerste is er een probleem wat opgelost moet worden vanwege mijn tweede boodschap in deze serie.
Ten tweede is het Christelijke Hedonisme de oplossing voor dat probleem.
Ten derde geven C.S. Lewis en Paulus de basis voor die oplossing.
Ten vierde verandert deze oplossing — het Christelijk Hedonisme — alles in je leven. (Elf voorbeelden!)

Dat is de hele opgave voor de preek. Dus hier gaan we.

1. Wat ik in deel twee gezegd had creëerde een probleem
Ik vroeg: Waarom heeft God de wereld geschapen? En ik antwoordde: God schiep de wereld tot lof van de heerlijkheid van de genade van God die het hoogst weergegeven wordt in de dood van Jezus. Het probleem is dat in het hart van dit antwoord Gods zelfpromotie ligt. God schiep de wereld voor Zijn eigen lof. Voor Zijn eigen eer.

Oprah Winfrey, Brad Pitt, de vroegere C. S. Lewis, Eric Reece en Michael Prowse liepen allemaal weg van zo’n God. Ze struikelden over Gods zelfpromotie.

Oprah liet het orthodoxe Christendom achter zich toen ze 27 jaar oud was. De reden was de Bijbelse leer dat God jaloers is — Hij eist dat niemand anders onze hoogste trouw en genegenheid krijgt. Het klonk niet liefdevol voor haar.

Brad Pitt keerde zich af van het geloof van zijn jeugd, zegt hij, omdat God zegt: “Je moet zeggen dat Ik de beste ben… het lijkt me dat het om ego gaat.”

C.S. Lewis klaagde, voordat hij tot bekering kwam, dat Gods eis om geprezen te worden klonk als “een ijdele vrouw die complimenten wil.”

Eric Reece, de schrijver van “An American Gospel,” verwierp de Jezus van de Evangeliën omdat alleen een egomaniac zou eisen dat we van Hem hielden boven onze ouders en kinderen.

En Michael Prowse, een columnist voor de London Financial Times, keerde zich af omdat alleen “tirannen, opgeblazen van trots, hunkeren naar bewondering.”

Mensen zien dit dus als een probleem — dat God de wereld schiep voor Zijn eigen eer. Ze denken dat zulk een zelfverheffing immoreel en liefdeloos is. Het kan zijn dat jij het ook zo voelt.

2. Het Christelijk Hedonisme is het Bijbelse antwoord op dit probleem

Het Christelijk Hedonisme zegt: God is het meest verheerlijkt in ons wanneer wij het meest voldaan zijn in Hem. Dat is de korte samenvatting van wat we bedoelen met Christelijk Hedonisme. Als dit waar is, dan is er geen conflict tussen jou grootste vreugde en Gods grootste verheerlijking.

In feite is er dan niet alleen geen conflict tussen jou geluk en Gods eer, maar Zijn heerlijkheid schijnt in jou geluk wanneer jou geluk in Hem is. En, omdat God de bron van ons grootste geluk en de grootste Schat in de wereld is, en Zijn heerlijkheid het geschenk is waarin we onze grootste voldoening vinden, is dit het vriendelijkste en meest liefdevolle wat Hij zou kunnen doen — dat Hij Zichzelf wilde openbaren, dat Hij Zichzelf groot wilde maken en dat Hij Zichzelf wilde verdedigen voor onze eeuwige tevredenheid. “[Overvloed] van blijdschap is bij Uw aangezicht, lieflijkheden zijn in Uw rechterhand, voor altijd” (Psalm 16:11).

God is de Enige voor wie zelfverheffing de meest liefdevolle daad is, want Hij verheft het enige wat ons volledig en voor altijd voldoening geeft. Wanneer wij onszelf verheffen, is dat liefdeloos omdat we de mensen daardoor afleiden van enige Persoon die ons voor eeuwig gelukkig kan maken, God. Maar wanneer God Zichzelf verheft, vestigt Hij de aandacht op de enige Persoon die ons voor eeuwig gelukkig kan maken, Hijzelf. Hij is geen egomaniac. Hij is een oneindig heerlijke en alles-verzadigende God, die ons eeuwige en volste vreugde geeft in Hemzelf.

Dat is de oplossing voor ons probleem.

Nee Oprah, als God niet jaloers was voor al jou liefde, dan zou Hij niet geven om je uiteindelijke ellende.

Nee Brad Pitt, als God niet van jou zou eisen dat je Hem als het beste ziet, dan zou Hij niet geven om je hoogste geluk.

Nee Meneer Lewis, God is niet ijdel in het eisen van jouw lofprijzing. Dit is Zijn hoogste deugd en jou grootste vreugde.

Nee Eric Reece, wanneer Jezus jou liefde voor Hem niet eiste boven de liefde voor je kinderen, dan zou Hij je hart verkopen aan dat wat je geen blijvende voldoening kan geven..

Nee Michael Prowse, God hunkert niet naar bewondering, Hij bied het je als je hoogste vermaak.

God is het meest verheerlijkt in ons, wanneer wij het meest voldaan zijn in Hem. Gods ontwerp om naar Eigen eer te streven blijkt liefde te zijn. En onze plicht om Gods heerlijkheid na te streven blijkt een zoektocht naar vreugde te zijn. Dat is de oplossing voor het probleem van Gods zelfverheffing.

3. C.S. Lewis en Paulus geven de basis voor deze oplossing — de basis voor het Christelijk Hedonisme

Lewis zag de basis voor Christelijk Hedonisme in de menselijke ervaring. Paulus laat het zien in de brief aan de Filippenzen. Hier is de grote ontdekking zoals ik het voor het eerst las in het boek van Lewis, “Reflections on the Psalms.” Hij ontdekt waarom Gods vraag naar lofprijzing niet ijdel is.

Het meest duidelijke feit over lofprijzing — van God of van iets anders — ontsnapte me vreemd genoeg. Ik dacht aan lofprijzing in termen van complimenten, goedkeuring of het geven van eer. Het was me nog nooit opgevallen dat elk genoegen spontaan overloopt in lofprijzing, tenzij… verlegenheid of de angst om anderen te vervelen dit gevoel bewust bedwingt. Overal in de wereld klinken lofprijzingen — geliefden loven hun minnaressen, lezers hun favoriete dichter, wandelaars loven het platteland, spelers loven hun favoriete spel — de lofprijzing van het weer, wijnen, gerechten, acteurs, motoren, paarden, colleges, landen, historische figuren, kinderen, bloemen, bergen, zeldzame postzegels, zeldzame kevers en soms zelfs politici en geleerden. Het was me niet opgevallen hoe de nederigste en tegelijkertijd meest evenwichtige en ruime geesten het meeste loven, terwijl de dwazen, buitenbeentjes en zij die ontevreden zijn het minst loven…

Het was me niet opgevallen dat, zoals mensen spontaan loven wat ze waarderen, ze ons ook spontaan aansporen om in hun lofprijzing voor datgene te delen: “Is ze niet mooi?” “Was het niet heerlijk?” “Denk je ook niet dat het prachtig is?” De Psalmisten doen, wanneer ze iedereen vertellen om God te loven, wat iedereen doet wanneer zij over iets spreken waar ze om geven. Mijn hele, meer algemene, probleem met de lofprijzing van God hing af van mijn absurde weigering, wat het meest Waardevolle betreft, van dat wat we het liefst doen en wat we inderdaad niet kunnen laten, over alles wat wij waarderen.

Ik denk dat we het heerlijk vinden om te loven wat ons blij maakt omdat de lofprijzing ons genoegen niet alleen uitdrukt maar ook vervuld; het is de bedoelde vervulling. Het is niet als een compliment wanneer geliefden elkaar vertellen hoe mooi ze zijn, maar het is de vreugde die niet volledig is totdat deze is uitgedrukt.

Daar was het. Gods vaste bevel, dat we Hem zien als heerlijk en dat we Hem loven, is een bevel dat we met niets minder tevreden moeten zijn dan onze volledige vreugde in Hem. Lofprijzing is niet alleen een uitdrukking, het is de vervulling van onze vreugde in wat het meest vreugdevolle is, namelijk, God. [Overvloed] van blijdschap is bij Uw aangezicht, lieflijkheden zijn in Uw rechterhand, voor altijd” (Psalm 16:11). In het eisen van onze lofprijzing, eist Hij de volledigheid van onze vreugde. God is het meest verheerlijkt in ons wanneer wij het meest verzadigd zijn in Hem.   

Dat Christus gezien zal worden als groot

En dat is wat we vinden in Filippenzen 1:20-21:

Overeenkomstig mijn reikhalzend verlangen en hoop dat ik in geen enkel opzicht beschaamd zal worden, maar dat in alle vrijmoedigheid, zoals altijd, Christus ook nu grootgemaakt [vergroten, groot gezien worden] zal worden in mijn lichaam, of het nu door het leven is of door de dood. Want het leven is voor mij Christus en het sterven is voor mij winst.

Paulus zegt dat het zijn grootste verlangen en hoop is — ik hoop dat het jou grootste verlangen is — dat Christus in hem als groot gezien zal worden — uiterst groot. Dat is waarom God ons schiep en ons gered heeft — om Christus er uit te laten zien zoals Hij werkelijk is — uiterst groot.

Het verband tussen de verzen 20 en 21 is de sleutel om te zien hoe Paulus denkt dat dat zal gebeuren. Het gaat gebeuren, Paulus zegt —  Christus zal grootgemaakt worden in mijn lichaam, levend of dood — “Want het leven is voor mij Christus en het sterven is voor mij winst” (vers 21). Let er op dat “leven” in vers 20 overeenkomt met “leven” in vers 21 en dat “dood” in vers 20 overeenkomt met “sterven” in vers 21. Paulus legt dus uit dat in beide gevallen — in leven en in sterven — Christus als groot gezien zal worden.

Hij zal grootgemaakt worden in mijn leven “want het leven is voor mij Christus”. Hij legt het uit in Filippenzen 3:8: “Ja, beslist, ik beschouw ook alles als schade vanwege de voortreffelijkheid van de kennis van Christus Jezus, mijn Heere.” Dus Christus is kostbaarder, waardevoller, en meer verzadigend dan alles wat het leven op aarde kan geven. “Ik beschouw ook alles als schade vanwege de voortreffelijkheid van de kennis van Christus Jezus, mijn Heere.”

Dat is wat Paulus bedoelt wanneer hij in Filippenzen 1:21 zegt: “het leven is voor mij Christus.”  En dat is hoe zijn leven Christus vergroot — Hem als groot laat zien. Christus wordt wordt in het leven van Paulus het meest vergroot wanneer Paulus, in dit leven, het meest voldaan is in Christus. Dat is de duidelijke leer van deze twee teksten.

Dood als winst?

En het wordt nog duidelijker wanneer we over het sterfgedeelte van Filippenzen 1:20-21 denken. Christus zal in mijn lichaam grootgemaakt worden in mijn lichaam door de dood, “het sterven is voor mij winst” (vers 21). Waarom zou de dood winst zijn? Het antwoord staat in vers 23b: “ik heb de begeerte om heen te gaan en bij Christus te zijn, want dat is verreweg het beste” De dood is winst omdat het een grotere nabijheid tot Christus betekent. De dood is “heengaan en bij Christus zijn.”

Dat is waarom Paulus in vers 21 het sterven winst noemt. Je telt al het verlies dat de dood je zal kosten (je familie, je werk, je droompensioen, de vrienden die je achterlaat, je favoriete lichamelijke genoegens) — je telt alle verliezen op en dan vervang je ze alleen met de dood en Christus — wanneer je dan met vreugde “winst!” zegt, dan wordt Christus in je dood grootgemaakt. Christus wordt het meest vergroot in je sterven, wanneer je zoveel verzadiging vind in Christus dat je alles verliezen en het krijgen van Christus winst noemt.

Of om beide gedeelten samen te vatten: Christus is verheerlijkt in jou wanneer Hij kostbaarder is dan alles wat het leven kan geven of de dood kan nemen.

De centrale plaats van het kruis

Dat is de Bijbelse basis voor het Christelijk Hedonisme: God is het meest verheerlijkt in ons wanneer wij het meest voldaan zijn in Hem.

En dit was eigenlijk al vanzelfsprekend in het tweede deel van deze serie. God schiep de wereld tot lofprijzing van de heerlijkheid van de genade van God die het hoogst weergegeven wordt in de dood van Jezus. Dat betekent dat het streven naar Zijn eigen lofprijzing het hoogtepunt bereikt op de plaats waar het ons het meeste goed doet, het kruis. Aan het kruis handhaaft God Zijn heerlijkheid en biedt Hij ons vergeving. Aan het kruis hersteld God Zijn eigen eer en verzekerd Hij ons geluk. Aan het kruis vergroot God Zijn eigen waarde en geeft Hij voldoening voor onze ziel.

In de grootste daad in de geschiedenis maakte Christus het mogelijk voor onwaardige zondaren dat God het meest in ons verheerlijkt zou worden wanneer wij het meest voldaan zouden zijn in Hem.

4. Christelijk Hedonisme verandert alles: 11 illustraties

Dood
1. We hebben net gezien hoe het de dood veranderd. Wanneer je Christus groot wilt maken in je sterven is dat niet door een grote prestatie, succes of een heldhaftig offer. Er is enkel een kinderlijke overgave in de armen van Degene die het verlies van alles winst maakt.

Bekering
2. Het Christelijk Hedonisme verandert de manier waarop we denken over bekering. Mattheüs 13:44: “Het Koninkrijk der hemelen is ook gelijk aan een schat, in de akker verborgen, die iemand vond en verborg; en van blijdschap daarover gaat hij heen en verkoopt alles wat hij heeft, en koopt die akker.” Christen worden betekent niet alleen de waarheid geloven. Het betekent het vinden van een schat. Evangelisatie wordt dus geen overtuiging van de waarheid maar een wijzen naar de Schat — die meer waarde heeft dan alles wat ze hebben.

De strijd van het geloof
3. Het Christelijk Hedonisme verandert “de goede strijd van het geloof” (1 Timotheüs 6:12). Johannes zegt in Johannes 1:12: “Maar allen die Hem aangenomen hebben, hun heeft Hij macht gegeven kinderen van God te worden, namelijk die in Zijn Naam geloven.” Geloven in Jezus is Hem aannemen. Als wat? Als de oneindig waardevolle Schat die Hij is. Geloof is deze Schat te zien en er van te genieten. En daarom is die strijd van het geloof een strijd voor vreugde in Jezus. Een strijd om Jezus te zien en van Hem te genieten is meer waard dan wat dan ook in de wereld. Omdat dit genieten laat zien dat Hij meest waardevol is .

Strijd tegen het kwaad
4. Het Christelijke Hedonisme verandert de manier waarop we tegen het kwaad in ons leven strijden. Jeremia 2:13 geeft de Christelijk Hedonistische definitie van kwaad: Want Mijn volk heeft een dubbel kwaad gedaan: “Mij, de bron van levend water, hebben zij verlaten, om zich bakken uit te hakken, lekkende bakken, die geen water houden.” Kwaad is de suïcidale voorkeur voor de lege bronnen van de wereld boven het levende water van Gods gemeenschap. We bestrijden kwaad door te streven naar de volle voldoening in de rivier van Gods verrukkelijke gaven (Psalm 36:9).

Hel
5. Het Christelijk Hedonisme verandert de manier waarop we denken over de hel. Omdat de manier waarop we gered worden en naar de hemel gaan om Jezus te omhelzen als de bron van je grootste vreugde, is de hel een plaats van lijden, een plaats van eeuwige ellende die bereidt is voor mensen die weigeren gelukkig te zijn in de Drie-enige God.

Zelfverloochening
6. Het Christelijk Hedonisme verandert de manier waarop we denken over zelfverloochening. Oh, het is daar echt in de leer van Jezus: “Laat wie achter Mij wil komen zichzelf verloochenen, zijn kruis opnemen en Mij volgen” (Markus 8:34). Maar nu gaat dit het volgende betekenen:

Ontzeg jezelf de rijkdom van deze wereld zodat je de rijkdom van het zijn met Mij kunt hebben.
Ontzeg jezelf de roem van de wereld om je te verheugen in Gods goedkeuring.
Ontzeg jezelf de zekerheid en veiligheid van deze wereld om een veilige en vaste gemeenschap met Christus te hebben.
Ontzeg jezelf de korte onbevredigende genoegens van deze wereld zodat je de voor eeuwig de volheid van vreugde en genoegen kunt genieten aan de rechterhand van God.

Dit betekent dat er niet iets is als ultieme zelfverloochening want het leven is Christus en het sterven is winst.

Geld
7. Het Christelijk Hedonisme verandert de manier waarop we denken over het omgaan met geld en de daad van het geven. Handelingen 20:35: “Het is zaliger te geven dan te ontvangen.” 2 Korinthe 9:7: “Laat ieder doen zoals hij in zijn hart voorgenomen heeft, niet met tegenzin of uit dwang, want God heeft een blijmoedige gever lief.” Het motief om een vrijgevig persoon te zijn, is dat het onze vreugde in God benadrukt en aanwakkert. En het streven naar de diepste vreugde is het streven naar geven, niet naar krijgen.

Gezamenlijke aanbidding
8. Het Christelijk Hedonisme verandert de manier waarop we gezamenlijk aanbidden. Gezamenlijke aanbidding is een gemeenschappelijke daad waarin we God verheerlijken. Maar God is verheerlijkt in die dienst wanneer de mensen voldoening vinden in Hem. Daarom zien de aanbiddingsleiders — muzikanten of predikers — het vooral als hun taak om een fontein van levend water open te breken en een feestmaal van rijk voedsel te verspreiden. De taak van hen die aanbidden is om te eten en te drinken en te verzadigd “Ahhh” te zeggen. Want God is het meest verheerlijkt in hen die Hem aanbidden wanneer zij het meest voldaan zijn in Hem.

Onbekwaamheid en zwakte
9. Het Christelijk Hedonisme verandert de manier waarop we onbekwaamheid en zwakte ervaren. Verbluffend en tegenstrijdig genoeg zegt Jezus tegen de zwakke door een door gestoken Paulus: “Mijn genade is voor u genoeg, want Mijn kracht wordt in zwakheid volbracht.” Waarop Paulus antwoordt: “Daarom zal ik veel liever (ja, dit is de stem van een door een doorn gestoken Christen Hedonist) roemen in mijn zwakheden, opdat de kracht van Christus in mij komt wonen” (2 Korinthe 12:9).

Liefde
10. Het Christelijk Hedonisme verandert de definitie van liefde. Paulus beschrijft de liefde van de Macedoniërs als volgt: “dat te midden van veel beproeving door verdrukking, de overvloed van hun blijdschap en hun buitengewoon diepe armoede in overvloedige mate geleid hebben tot de rijkdom van hun vrijgevigheid” (2 Korinthe 8:2). In vers acht noemt Paulus dit liefde. “Overvloedige blijdschap” in “veel beproeving door verdrukking” en “buitengewoon diepe armoede” overstroomde in liefdevolle vrijgevigheid. Nog steeds arm. Nog steeds verdrukt. Maar zo vol van vreugde dat het overstroomd in liefde. Het Christelijk Hedonisme definieert liefde dus als de overstroming (of uitbreiding) van vreugde in God die de behoeften van anderen voldoet.

Dienen
11. Het Christelijk Hedonisme verandert de betekenis van dienen. Wat is het doel van de grote apostel Paulus met zijn bediening? 2 Korinthe 1:24: “Niet dat wij heersen over uw geloof, maar wij zijn medearbeiders aan uw blijdschap, want u staat vast door het geloof.” Elke dienst moet op de een of andere manier een samenwerking zijn voor hun vreugde.

Dat is waarom God jou geschapen heeft. Dat is waarom Christus voor jou gestorven is. Dat is waarom we jou dienen als herders. En dat is waarom ik deze boodschap moest brengen. We werken met jou voor je vreugde in God. Omdat God het meest verheerlijkt is in ons, wanneer wij het meest voldaan zijn in Hem.